502

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Leerdoelen 5.1

Wat we deze les doen:

Lezen                                (5 min)

Planning & herh.           (5 min)

HW nakijken                    (3min)

Uitleg 5.1                         (10 min)

Opdracht samen           (8 min)

Zelf aan het werk         (10 min)

Afsluiten                           (5 min)

Pak je

spullen

Energie uitrekenen met behulp van vermogen.

Je kunt het rendement van een energieomzetting uitrekenen.

Je kunt de energie in joule naar kWh omrekenen en andersom.

Lezen

Planning

	maandag	woensdag
week 19	Oefentoets	Toets H6 (8 mei)
week 20	Uitleg over het PO	PO (15 mei)
week 21	vrij	5.1
week 22	5.1	5.2
week 23	5.2	5.3
week 24	5.4	Samenvatten
week 25	Oefentoets	Toetsweek
week 26	Toetsweek	Toetsweek

Opdracht 4

Opdracht 4

licht

Vermogen...

.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.

Vermogen...

.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.

vermogen=​tijd​​energie​​

Vermogen...

.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.

vermogen=​tijd​​energie​​

P=​t​​E​​

Elektrische energie op 2 manieren

E=P⋅t

E=P⋅t

joule=watt⋅seconde

J=W⋅s

kilowattuur=kilowatt⋅uur

kWh=kW⋅h

3600000J=1kWh

1000W=1kW

3600s=1h

a

• Ze zet chemische energie om in zwaarte-energie.

b

• Gegeven:
  t = 4,4 s
  E = 8100 J
• Gevraagd:
  nuttige vermogen, P
  
• Formule:
  E = P x t
  
• Berekenen:
  P = E / t = 8100 / 4,4 = 1841
• Antwoord:
  P = 1841 W

Rendement

Het deel van de energie die nuttig wordt omgezet noem je rendement.

Rendement

Het deel van de energie die nuttig wordt omgezet noem je rendement.

Voorbeeld:

Een lamp maakt met 300 J elektrische energie

275 J aan licht.

Wat is het rendement?

Rendement

Het deel van de energie die nuttig wordt omgezet noem je rendement.

                                               %

Voorbeeld:

Een lamp maakt met 300 J elektrische energie

275 J aan licht.

Wat is het rendement?

η=​E​in​​​​E​nuttig​​​​⋅100

Aan het werk

Opdracht 7

Opdracht 11

Opdracht 14

Klaar? Lees 5.2 en maak 20