Par 4.1 De rechten van de ministers en de Eerste en de Tweede Kamer

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Par 4.1 De rechten van de ministers en de Eerste en Tweede Kamer

Lezen

Blz 21, stukje de rechten van de ministers en de Eerste en de Tweede Kamer. 

Leerdoelen

- Je weet welke rechten de Eerste en de Tweede Kamer hebben en hoe de rechten werken.

- Je kent het recht van initiatief.

- Je kent het recht van amendement.

- Je kent het recht van budget.

- Je kent het recht van interpellatie.

- Je kent het recht van enquête.

- Je kent de belangrijkste klassieke grondrechten van 1848.

- Je kent de belangrijkste sociale grondrechten van 1983.

- Je kent de kenmerken van een rechtstaat en hoe die werkt.

- Je kent de functies van de wetgevende, uitvoerende en controlerende macht.

- Je weet hoe ons land geregeerd wordt.

- Je kunt de volgende begrippen herkennen en beschrijven gemeenteraad, Provinciale Staten, rechten van de Kamers, klassieke en sociale grondrechten, coalitie, oppositie, rechtstaat.

Quiz

Maar eerst gaan we kijken wat jullie nog weten van de vorige lessen.. 

Welke kleur stoeltjes heeft de Eerste Kamer?

1. Blauw
2. Rood
3. Groen
4. Geel

Van welke politieke stroming van Kuyper de leider?

1. Socialisten
2. Protestanten
3. Katholieken
4. Liberalen

Welke groep wil algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen?

1. Socialisten
2. Liberalen
3. Katholieken
4. Protestanten

Waarom mag Thorbecke in 1848 wel de grondwet wijzigen?

1. Willem II doet afstand van de troon
2. Willem II is bang voor een revolutie in Nederland
3. Willem II is het gezeur van Thorbecke zat
4. Willem II moet toegeven van zijn vrouw

Bij welk deel van de bevolking begon de Eerste Feministische Golf?

1. Arme mannen
2. Arme vrouwen
3. Rijke mannen en vrouwen
4. Rijke vrouwen

Wie krijgen er met de pacificatie van 1917 helemaal niks?

1. Confessionelen en vrouwen
2. Socialisten en katholieken
3. Socialisten en liberalen
4. Liberalen en vrouwen

Welke twee stromingen werkten er samen in 1917?

1. Protestanten en liberalen
2. Socialisten en confessionelen
3. Socialisten en liberalen
4. Katholieken en socialisten

Mindmap

Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf. 

Herhalen

Grondwet 1848.

Koning Willem II.

Thorbecke.

Ministeriële verantwoordelijkheid.

Sociale kwestie.

Schoolstrijd.

Pacificatie van 1917.

Evenredige vertegenwoordiging.

Eerste Feministische Golf.

Rechten

Regering neemt samen met de Eerste en de Tweede Kamer de belangrijkste beslissingen. 

Ze hebben verschillende rechten. 

Recht van initiatief

Ministers hebben dit recht, zij mogen wetsvoorstellen indienen. 

Ook leden van de Tweede Kamer mogen voorstellen indienen. 

Recht van amendement

Dit is het recht om wetsvoorstellen te wijzigen. Bijvoorbeeld als je het niet helemaal eens bent met een wet. Of je wilt wat toevoegen. 

Dit recht heeft de Tweede Kamer.

Recht van budget

De Eerste en Tweede Kamer hebben allebei dit recht. Recht om uitgaven en inkomsten te controleren. En een wet goed of af te keuren. 

Recht van interpellatie

Recht om een minister te ondervragen over een besluit of uitspraak. 

Recht van enquête

Het recht om een zaak tot de bodem toe uit te zoeken. Mensen kunnen onder ede ondervraagd worden. 

Rechten Tweede Kamer

Initiatief

Amendement

Budget

Interpellatie

Enquete

Rechten Eerste Kamer

Budget

Interpellatie

Enquete

Bevoegdheden

Wetgevende bevoegdheden:

Initiatief, amendement, budget.

Controlerende bevoegdheden:

Interpellatie en enquete. 

Quiz

Eens kijken wie er goed heeft opgelet..

Het indienen van een wetsvoorstel. Welk recht hoort daarbij?

1. Recht van amendement
2. Recht van Interpellatie
3. Recht van initiatief
4. Recht van motie

Een wijziging van een wetsvoorstel indienen.
Welk recht hoort daarbij?

1. Recht van amendement
2. Recht van Interpellatie
3. Recht van initiatief
4. Recht van motie

Bij welk recht hoort:
Een minister voor een spoeddebat naar de kamer roepen.

1. Recht van amendement
2. Recht van Interpellatie
3. Recht van initiatief
4. Recht van motie

Wat is geen parlementair recht? Recht van..............

1. Interpellatie
2. Amendement
3. Censureren
4. Initiatief

Wie heeft in Nederland de wetgevende macht?

1. De regering
2. Het parlement
3. De koning
4. De rechters

En nu?

Check of alle leerdoelen op je mindmap staan.

Maak de vragen van paragraaf 4.1