Hoe is deze persoon president van Amerika geworden?
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3
Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
§8.4 Democratie in Amerika
In deze les:
Hoe is deze persoon president van Amerika geworden?
Slide 1 - Diapositive
Wat weet jij van Donald Trump?
Slide 2 - Carte mentale
De democraat Barack Obama (2009-2017).
- Eerste 'zwarte' president van de VS (leus: 'YES, WE CAN!')
- Een president bekleedt zijn functie 4 jaar, en kan daarna eenmalig worden herkozen.
De voorganger van de huidige president:
Slide 3 - Diapositive
Het kiesstelsel:
- De VS is de oudste democratie met een gekozen president ter wereld (vanaf 1789). De VS kent een tweepartijenstelsel, dus je stemt op de Republikeinen of op de Democraten. (Trump is Republikein)
- De VS bestaat uit 50 staten. Wanneer je de meeste stemmen van een staat hebt gekregen, krijg je alle stemmen van die staat. Wie in de meeste staten heeft gewonnen, wordt president ("the-winner-takes-all")
Kortom: stel, 52% van de Amerikanen stemt op jou, dan hoef je nog niet president te zijn!
In de VS is sprake van televisiedemocratie. Wie het meeste geld heeft voor politieke tv-spotjes, heeft een grote kans om te winnen!
Volgende dia: Hoe werken de Amerikaanse presidentsverkiezingen? (1:30) met 1 kijkvraag.
Filmpje is uit 2016, maar legt het wel prima uit.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Twee uitspraken: 1. Een Amerikaanse inwoner heeft niet direct invloed op wie de nieuwe president wordt, maar wel indirect door te mogen stemmen op een afgevaardigde.
2. Hiernaast zie je olifant, dit is het logo van de republikeinen.
A
Beide uitspraken zijn juist
B
Beide uitspraken zijn onjuist
C
Alleen uitspraak 1 is juist
D
Alleen uitspraak 2 is juist
Slide 6 - Quiz
Junta's
De Verenigde Staten kent dus de oudste democratie, maar de landen in Zuid-Amerika kenden tijdens de Koude Oorlog (1945-1991 kenden bijna allemaal een militaire dictatuur (= Junta).
Deze Junta's voerden 'smerige oorlogen', zo werden democraten en communisten gemarteld en gedood.
"De dwaze moeders' protesteerden, omdat zij niet te horen kregen waar hun zonen waren. De zonen werden gedrogeerd en uit vliegtuigen gegooid. De dwaze moeders kregen uit veel landen steun, bv via WK voetbal '78 in Argentinie.
De Verenigde Staten steunde de Junta, omdat de VS bang was dat, na Cuba o.l.v. de dictator Castro, nog meer landen in Zuid-Amerika communistisch zouden worden.
Zo hielp de VS Pinochet om dictator van Chili te worden, zolang Chili maar niet communistisch werd. Chili werd een dictatuur.
Volgende dia: Nederlandse journalisten in 1978 Dwaze Moeders met 2 kijkvragen
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Welke uitspraak is onjuist?
A
Vrijwel alle landen in Zuid-Amerika kenden tijdens de Koude Oorlog een militaire dictatuur
B
Toen de Koude Oorlog in de jare '90 eindigde, werden ook steeds meer landen in Zuid-Amerika een democratie.
C
Junta betekent hetzelfde als 'militaire dictatuur'
D
De Verenigde Staten was fel tegen de militaire dictators in landen in Zuid-Amerika
Slide 9 - Quiz
Bij het vak geschiedenis heb je 3 soorten vragen, namelijk 1. Beschrijvende vragen, 2. Verklarende vragen en 3. Waarderende vragen.
Vraag 1: "Hoe reageerde de Argentijnse politie op 'dwaze moeders' op het moment dat zij op een plein in de hoofdstad Buenos Aires gingen demonstreren?" Vraag 2: "Waarom wilde de Argentijnse politie verhinderen dat de 'dwaze moeders' geinterviewd werden door Nederlandse journalisten?"
Wat voor soort vragen zijn de bovenstaande twee vragen?
Veel Oranje-spelers (bv van Hanegem en Cruyff) gingen niet mee naar het WK-voetbal in Argentinie 1978 om solidair te zijn met de 'Dwaze moeders' en als protestactie tegen de aanwezig militaire dictatuur. 1. Heeft hierdoor Oranje de WK-finale verloren? 2. Zou jij als Oranje-voetballer meegaan naar het WK'78?
Slide 12 - Question ouverte
Stelling: "Onze koning Willem-Alexander had NOOIT met Maxima mogen trouwen!"
Begn met 'ja' of 'nee'. Onderbouw vervolgens jouw standpunt: