3.2 Politieke ideologieën / 3.3 Politieke hoofdstromingen

Vorming
3.2 Politieke ideologieën
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Vorming
3.2 Politieke ideologieën

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

De ideale samenleving
Politieke partijen streven naar een ideale samenleving. Dit baseren ze op hun politieke visie of ideologie.

Ideologie = Samenhangend geheel van ideeën en denkbeelden over de mens en de gewenste inrichting van de samenleving, zowel maatschappelijk als politiek.

Slide 3 - Diapositive

Ik wil ...
Nee, ik wil ...

Slide 4 - Diapositive

Waar gaat een ideologie over?
Een ideologie heeft standpunten over:
  1. Politiek gebied (Hoe is de macht verdeeld?)
  2. Sociaal-cultureel gebied (Hoe vrij mogen burgers zijn?)
  3. Sociaal-economisch gebied (Hoe wordt welvaart verdeeld?)

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Vorming
3.3 Politieke hoofdstromingen

Slide 7 - Diapositive

Politieke hoofdstromingen
Het geheel van ideeën, opvattingen en wensen over de inrichting van de samenleving of het betreft een aantal gelijk denkende mensen die zich verenigd hebben rond bepaalde politieke ideeën.

Slide 8 - Diapositive

Voorbeelden van stromingen
  1. Socialisme
  2. Confessionalisme
  3. Liberalisme
  4. Ecologisme
  5. Pragmatisme
  6. Populisme

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Orde scheppen in de chaos
Veelgebruikte begrippen in de politiek:
  • Conservatief vs Progressief
  • Links vs Rechts
  • Confessioneel vs niet-Confessioneel
  • Ideologisch vs Pragmatisch
  • Nationalistisch vs Internationalistisch
  • Materialistisch vs Post-materialistisch ... (zucht)

Slide 11 - Diapositive

Progressief - Conservatief
Progressief = Gericht op maatschappelijke verandering in de richting van meer sociale gelijkheid en/of democratisering.

Conservatief = gericht op het behoud van/terugkeer naar traditionele normen en waarden.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Links - Rechts
Links
  • Progressief (meestal socialistisch)
  • Gelijke kansen, macht en inkomen
  • Actieve overheid

Rechts
  • Conservatief (meestal liberalistisch)
  • Inkomensongelijkheid is onvermijdelijk
  • Passieve overheid (lage belastingen)
  • Vrijheid en eigen verantwoordelijkheid

Slide 14 - Diapositive

Confessioneel - niet-confessioneel
Confessioneel = gericht op christelijke waarden en normen in de inrichting van de samenleving, waarbij men uitgaat van wat er in de Bijbel staat.

Niet-confessioneel = Je gaat niet uit van de Bijbel, waardoor je christelijke waarden en normen in de samenleving niet bepalend zijn.

Slide 15 - Diapositive

Ideologisch - Pragmatisch
Ideologisch = vasthouden aan een bepaalde visie
--> SGP zal vasthouden aan de Bijbel (confessionalisme)

Pragmatisch = politieke keuzes worden gemaakt obv praktische bruikbaarheid en een analyse van de werkelijkheid/problemen.
--> Je kijkt per situatie wat het beste is, ook al hoort dat niet bij je visie

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Nationalisme - Internationalisme
Nationalisme = Politieke ideologie die stelt dat de staat als politieke eenheid samenvalt met de samenleving als sociaal-culturele eenheid. > (Het eigen land centraal in denken en doen)

Internationalisme = Ideeën/groeperingen die juist in internationale samenwerking een oplossing zien voor politieke en maatschappelijke problemen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Materialisme - post-materialisme
Materialisme = het enige wat telt is geld

Post-materialisme = Je beschikt over voldoende geld, maar je vindt in feite geld en bezit niet zo belangrijk

Slide 20 - Diapositive