Bouwsteen 6, 7 en 8 (schrijven)

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Bouwsteen 6: informatie en meningen (schrijven)

Lesdoel

• Je maakt je tekst levendiger en duidelijker door figuurlijk      taalgebruik;
• Je presenteert duidelijk feiten en meningen. 

Figuurlijk taalgebruik

Met figuurlijk taalgebruik probeer je een beeld op te roepen. Je wil een tekst hiermee levendiger en/of duidelijker maken.

Bijvoorbeeld:

Waar wordt geen gebruik gemaakt van figuurlijk taalgebruik?

1. Hij kookt van woede.
2. Hij is héél boos.
3. Het stoom komt uit zijn oren.
4. Hij springt uit zijn vel.

Feiten en/of mening?

Beantwoord de volgende vragen:

In een informatieve tekst maak ik gebruik van:

1. feiten
2. meningen
3. feiten en meningen

Bij een instructie maak je gebruik van:

1. feiten
2. meningen
3. feiten en meningen

Bij een betoog maak je gebruik van:

1. feiten
2. meningen
3. feiten en meningen

Bouwsteen 7: evalueren (schrijven)

Lesdoel:

• je beoordeelt en verbetert je eigen tekst.

Betrouwbaarheid en samenhang spelen hierbij een belangrijke rol!

Bouwsteen 8: samenvatten (schrijven)

Lesdoel:

• je vat eenvoudige teksten samen;
• je legt uit waarom een wel/niet goed is.

Lees de instructie over "samenvatten" bij bouwsteen 8 (voor de eerste opgave) goed door.

Aan de slag!

Maak de opdrachten bij bouwsteen 6, 7 en 8.