Les 6. Het regeerakkoord

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Het regeerakkoord

05.01.21

Terugblik op vorige weken

Volksvertegenwoordiging

Doelen en planning

Aan het einde van de les begrijpen jullie wat een regeerakkoord is en hoe er tot 1 wordt gekomen. 

Aan het einde van de les begrijpen hoe de zetelverdeling in elkaar steekt. 

Zetelverdeling

Regeerakkoord

Uitleg eindopdracht

Er is gestemd en de stemmen zijn geteld.Wat gaat er nu gebeuren? 

De zetelverdeling

Een zetel is een stoel in de 

Tweede Kamer. 

Er zijn er 150. 

Evenredige verdeling

Aantal stemmen staat in verhouding tot het aantal zetels.

Er zijn 150 zetels in de Tweede Kamer.

Aantal uitgebrachte stemmen : 150 = aantal zetels.

Voorbeeld: 12.500.000 : 150 = 83.334

Bij elkaar opgeteld 150 

Dan nu, de vorming van het kabinet.

kabinet/coalitie

Ministers komen uit coalitiepartijen

(=regering = uitvoerende macht).

Meerderheidsstelsel (minimaal 76 zetels)

Met de meerderheid wordt er tot een regeerakkoord gekomen:

 - Compromis/afspraken van de regerende partijstandpunten.

(+ kabinet) --> Hele parlement is wetgevende macht

= ministers + koning (uitvoerende macht)

Huiswerkopdracht

Partijnaam: Wat voor boodschap zit er in je partijnaam?

PvdA = Partij voor de Arbeider

GroenLinks = Linkse standpunten met het oog op het milieu

SGP = Staatkundig Gereformeerde Partij  Christendom hoog in het vaandel

Van elk van de onderstaande thema’s neem je een bepaald standpunt aan.

Economie, Onderwijs, Immigratie en integratie, Milieu en energie, Europese Unie en Defensie.

Binnen welke stroming past jouw partij?