21/22 Kernbegrippen verkoopcijfers

Verkoopcijfers 
Schooljaar 2021-2022
Klas 2hvsa
Docent: mevrouw Jansen
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
RetailMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Verkoopcijfers 
Schooljaar 2021-2022
Klas 2hvsa
Docent: mevrouw Jansen

Slide 1 - Diapositive

Herhaling kernbegrippen
Verkoopprijs, inkoopprijs, brutowinst, omzet, inkoopwaarde van de omzet, btw, consumentenomzet, brutowinstpercentage, exploitatiekosten, nettowinst

Slide 2 - Diapositive

Een ondernemer koopt een product in voor € 24,- / De brutowinst is € 9,- / Wat is de verkoopprijs?

Slide 3 - Question ouverte

€ 24,- + € 9,- = € 35,-

Slide 4 - Diapositive

De consumentenprijs is € 24,90 / btw is 21% / Wat is de btw in euro's?

Slide 5 - Question ouverte

€ 24,90 : 121 x 21 = € 4,32

Slide 6 - Diapositive

Oefenvraag 
  • Consumentenomzet is € 273.851,-
  • Btw is 9%
  • Wat is de omzet?

Slide 7 - Diapositive

€ 273.851,- : 109 x 100 = € 251.238,53

Slide 8 - Diapositive

Hoeveel procent is de consumentenomzet?
A
altijd 100%
B
dat weet je niet van tevoren
C
109% of 121%
D
kan elk percentage zijn

Slide 9 - Quiz

Een winkelier koopt 60 broeken in voor € 44,- per stuk / Van de 60 broeken worden er 50 verkocht / Wat is de IWO?

Slide 10 - Question ouverte

50 x € 44,- = € 2.200,-

Slide 11 - Diapositive

De consumentenomzet is € 67.850,- / btw hoog / brutowinst is 45% / bereken de IWO in euro's.

Slide 12 - Question ouverte

€ 67.850 : 121 x 100 = € 56.074,38 (is de omzet) : 100 x 55 = € 30.840,91 (is de IWO)

Slide 13 - Diapositive

Omzet is € 375.000 / Inkoopwaarde van de omzet is
€ 125.000 / Wat is de brutowinstmarge?

Slide 14 - Question ouverte

Omzet - IWO = brutowinst 
€ 375.000 - € 125.000 = € 250.000

€ 250.000 : € 375.000 x 100 = 66,67 %

Slide 15 - Diapositive

Een winkel heeft in 2013 een jaaromzet van € 388.990 / In 2014 stijgt de omzet naar € 403.900 / In 2015 is de omzet € 404.132. Neem 2014 als basisjaar. Wat is het indexcijfer van 2013? Rond af op één decimaal.

Slide 16 - Question ouverte

Waarde te berekenen jaar : waarde basisjaar x 100 / Berekening wordt dan € 388.990 : € 403.900 x 100 = 96,3

Slide 17 - Diapositive

Van een winkel zijn de volgende indexcijfers bekend: 2009 is 98 / 2010 is 101 / 2011 is 99,5 / 2012 is 100. De omzet in 2009 is € 4.206.000 / Wat is de omzet in het basisjaar 2012?

Slide 18 - Question ouverte

€ 4.206.000 : 98 x 100 = € 4.291.836,73

Slide 19 - Diapositive

Oefenvraag
  • De omzet van een supermarkt was in 2018 € 6.700.980
  • In 2017 was de omzet € 6.500.800
  • Met hoeveel procent is de omzet gestegen?
  • Uitwerking op bord 

Slide 20 - Diapositive

Huiswerk voor volgende week
Maken opdrachten in de reader:
  • Verkoopprijs                                                                         - pag. 8 
  • Btw en consumentenprijs                                             - pag. 10, 11 en 12
  • Omzet en consumentenomzet                                   - pag. 14, 15 en 16
  • IWO, brutowinst, brutowinstpercentage                - pag. 20 en 21
  • Exploitatiekosten en nettowinst                                - pag. 23, 24 en 25
  • Indexcijfers                                                                          - pag. 26, 27, 28
  • Procentuele verandering                                              - pag. 30 en 31

Slide 21 - Diapositive

Inkoopfactuurprijs is € 85.000 
Btw is hoog
Brutowinstmarge is 35%
Wat is de omzet?
85.000 : 121 x 100 = 70.247,93 : 65 x 100 = 108.073,74

Slide 22 - Diapositive

Consumentenomzet € 93.000
Btw laag
Brutowinstopslag 45%
Wat is de brutowinst?
93.000 : 109 x 100 = 85.321,10 : 145 x 45 = 26.478,96

Slide 23 - Diapositive