Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
MEIOSE EN MITOSE
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Geslachtscel en Lichaamscel
Je kan het verschil noemen tussen een lichaamscel en een geslachtscel
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Meiose
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Gewone celdeling heet ook wel: A) mitose B)meiose
A
mitose
B
meiose
Slide 9 - Quiz
Er vindt celdeling plaats om zaadcellen te maken. Is dit mitose of meiose A) Mitose B) meiose
A
Mitose
B
Meiose
Slide 10 - Quiz
Wat is het verschil tussen mitose en meiose?
A) Bij mitose worden geslachtscellen gemaakt. B) Bij meiose worden geslachtscellen gemaakt.
A
Bij mitose worden geslachtscellen gemaakt
B
Bij meiose worden geslachtscellen gemaakt
Slide 11 - Quiz
Voortplanting waarbij twee geslachtscellen samenkomen, noemen we..... A) Mitose B) Meiose C) Geslachtelijke voortplanting
A
Mitose
B
Meisose
C
Geslachtelijke voortplanting
Slide 12 - Quiz
Deze zaadcel bevat 23 chromosomen. Bij welke deling is deze zaadcel ontstaan? A) Mitose B) Meiose
A
Mitose
B
Meiose
Slide 13 - Quiz
Waar vindt de mitose plaats in ons lichaam? A) Alleen de huid B) Overal in het lichaam C) overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal. D) In de eierstokken en in de teelballen
A
Alleen in de huid
B
Overal in het lichaam
C
Overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal