AK - Hoofdstuk 5 deel 1

Keuzedeel pabo








Hoofdstuk 5. Bevolking
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Keuzedeel pabo








Hoofdstuk 5. Bevolking

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je er een beetje zin in?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel mensen wonen er op de wereld?

Slide 3 - Carte mentale

Zie werkboek - 5 - blz 92
Planning
1:  30 aug
2: 6 sept
3: 13 sept
4: 20 sept
5: 27 sept
6:  4 okt
7: 11 okt
8: 25 okt
H5 (deel 1) Bevolking
H5 (deel 2)
Bevolking
H6 (deel 1)
Landbouw
H6 (deel 2)
Landbouw
H7 (deel 1)
Industrie
H7 en H8
Industrie
Diensten
H8 en H9
Diensten
Topografie
Kaartvaard
H9 en HH
Topografie
Kaartvaard
Herhaling

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel inwoners heeft NL ongeveer?
A
15 - 16 miljoen
B
17 - 18 miljoen
C
19 - 20 miljoen
D
21 - 22 miljoen

Slide 5 - Quiz

17,5

Waar heeft de bevolkingsspreiding mee te maken?

Slide 6 - Carte mentale

Klimaat
landschap
Werkgelegenheid/welvaart
Politieke situatie 

Migratie -> werk/welvaart of politiek
Programma les 1


  • Start
  • Theorie 5.1 Bevolking in Nederland
  • Opdracht
  • Pauze
  • Theorie 5.2 Bevolking in Europa en 5.3 de wereld 
  • Opdracht
  • Afronding 

H5:
  • De student kan de bevolkingsspreiding in Nederland, Europa en de wereld beschrijven en verklaren;
  • De student kan ontwikkelingen in de bevolking in Nederland, Europa en de wereld beschrijven en verklaren;

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

A. In welke gebieden in NL wonen veel mensen?
B. In welke gebieden in NL wonen weinig mensen?

Slide 8 - Question ouverte


A. Vooral in West-Nederland (in de Randstad) en in gebieden waar twee of meer middelgrote steden vlak bij elkaar liggen (bijvoorbeeld Arnhem - Nijmegen, Heerlen - Sittard - Maastricht).

B. Vooral in de buitengebieden zoals Zeeuws-Vlaanderen, de Waddeneilanden, Noordoost-Groningen, de Noordoostpolder. En in natuurgebieden zoals de Veluwe en de duinen.
Dun- en dichtbevolkte gebieden
  • Bevolkingsdichtheid
  • Dichtbevolkt / dunbevolkt
  • Randstad: stedenring (Ruhrgebied Duitsland)
  • Groene hart

Slide 9 - Diapositive

Bevolkingsdichtheid: aantal inwoners per vierkante kilometer in een land of gebied

Waarom dunbevolkt? 
Lagere werkgelegenheid t.o.v. andere gebieden. 


Groei van de bevolking
Geboorte- en sterftecijfers

Natuurlijke bevolkingsgroei (momenteel)
- geboorteoverschot

Natuurlijke bevolkingsafname (rond 2030)
- afname door sterfteoverschot (vergrijzing)

Niet natuurlijke bevolkingsgroei
- immigratie
- emigratie

Slide 10 - Diapositive

Natuurlijke bevolkingsgroei:
Wanneer de bevolking groeit door positief geboorteoverschot (NL: sprake van een kleine natuurlijke bevolkingsgroei) . 
Er worden meer mensen geboren dan dat mensen overlijden.

Geboortecijfer: aantal geboorten per 1000 inwoners v/d gemiddelde bevolking per jaar. 
Sterftecijfer: aantal sterfgevallen per 1000 inwoners v/d gemiddelde bevolking per jaar

Natuurlijke bevolkingsafname
Wanneer de bevolking afneemt door een sterfteoverschot. In landen waar de vergrijzing groot is, neemt de bevolking af. 
Demografisch transitiemodel
Pre-transitiefase (voor)
- hoog geboortecijfer (grote gezinnen)
- hoog sterftecijfer (sterfte zuigelingen & kraamvrouwen & epidemieën 

Transitiefase
Fase 1 - NL: 1870 
- sterftecijfer daalt (betere medische omstandigheden)
Fase 2 - NL: 1890 
- geboortecijfer daalt (kinderarbeid - Kinderwetje - school - kosten)
later anticonceptie & minder traditie (katholieke gezinnen)

Post-transitiefase (na)
NL: 1975. Geboortecijfer stabiel. Sterftecijfer  later omhoog (vergrijzing)

Slide 11 - Diapositive

Hoezo zo grillig? Ineens een epidemie. 
Leeftijdsdiagram
A. Piramide  - transitiefase                    B. UI-vorm  (urn)                                     C. Granaatvorm
groeiende bevolking  - 1966             afnemende bevolking  - 1980             stabiele bevolking - 2013

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is er nodig om de bevolking snel te laten groeien?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer groeit de bevolking langzaam?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten 5.1 (en evt. 5.2)
  • Lees 5.1
  • Maak de vragen van 5.1 uit je werkboek en 5.2 (oriëntatievragen) 

Klaar? 
  • Kijk na
  • Lees verder
timer
15:00

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek een dun en dikbevolkt gebied op in Europa (figuur 5.5)

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

5.2 en 5.3 dun- en dichtbevolkte gebieden
Europa
  • Dichtbevolkt: vlakke gebieden, kruisingen, bereikbaarheid
  • Dunbevolkt: klimaat, gebergtes 

Wereldwijd
  • Dichtbevolkt: natuurlijke omstandigheden (voedsel), vlakke 
      gebieden/ transport
  • Dunbevolkt: klimaat, landschappen, poolgebieden
       woestijn, tropisch regenwouden, gebergtes

Slide 17 - Diapositive

Verklaren waarom dun of juist dichtbevolkt. Vooral door welvaart als je het wereldwijd bekijkt. 
Europa (net gevraagd)
  • Dichtbevolkt: NL, Duitsland, Ruhrgebied/langs de Rijn (Noord-Italie - Povlakte) . 
  • Londen/parijs/rome/madrid/berlijn -> vlakkge gebieden op kruisingne van wegen en goedbereikbaar (weg/water)
  • Dunbevolkt: Ijsland, scandineavie, siberie, lange koude winters en langer nachten. Berggebieden alpen. 
Wereld
  • Dichtbevolkt: China, India, Java, Westueiropa, oosten van VS e brazilie 
Zoek op wat de EGKS en EEG is.

Slide 18 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

5.2 en 5.3 Verschillen in Welvaart
Verschillen in welvaart  - EU
  • 1952: EGKS - 1958: EEG -> later EG -> 1992: EU (nu ook Oost-Europa - SU)
Doelstellingen. Wat zijn deze?
  1. Vrij verkeer van personen en goederen (beschermen van markt)
  2. Afspraken/wetten allerlei zaken (invoerrechten, subsidie. milieueisen)

Verschillen in welvaart - wereldwijd
  • Welvaart -> gemiddelde inkomen (BNP)
  • Energieverbruik
  • Welzijn (voedselvoorziening, inkomsten, educatie - analfabetisme, zorg)

Slide 21 - Diapositive

Wat zijn de doelstellingen van de EU? 
- vrij verkeer van personen/goederen
- afspraken over verschillende zaken (invoerrechten, subsidie, milieu)

Welke landen niet bij EU?
Noorwegen (aardolievoorraaden) en Zwistserland- zo rijk dat ze geen voordelen zien. 

Zweden en Denemarken geen euro. 
Andere landen moeten eerst voldoen aan eisen. Lage welvaart. 
Brexit. Waar staat dat voor? Britan-exit. 

Na de doelstellingen. 

Wereldwijd. Een paar indicatoren voor de welvaart. Zoals?
  • BNP: gemiddelde inkomen van mensen. Westerse cultuur. 
  • Gemiddelde energieverbruik. Soms grote verschillen zoals Amerika en Zuid-Afrika. 
  • Energieverbruik

Granaat = gelijkblijvend
(geboorte = sterfte)
Rijk
UI/Urn = afnemend 
(geboorte < stervend) 
Rijk
Piramide = groeiend 
(geboorte > sterfte)
Arm

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afronding
Huiswerk
  • Opdrachten werkboek H5.1 t/m 5.3 maken

Volgende week: H5.4 en 5.5 (en evt. herhaling) 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 2 - Bevolking en ruimte - re-urbanisatie - blz 117 (H5)

Hieronder zie je drie afbeeldingen van bouwprojecten uit de regio Rotterdam

Welke afbeelding past het best bij het begrip re-urbanisatie?


Bron: toets ak 2017
A
B
C

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions