Humor , taal en situaties

spelen met taal en vormen van beeldspraak
'alles voor de humor
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

spelen met taal en vormen van beeldspraak
'alles voor de humor

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Soorten humor
Taalhumor
  • speelt met de betekenissen van woorden ( letterlijk versus figuurlijke betekenis)
  • speelt met de uitspraak of klanken van woorden

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Soorten humor
Ironie
Een tegenstelling tussen wat gezegd of getoond wordt 
  • en wat er eigenlijk bedoeld wordt (verbale ironie)
  • en de werkelijke situatie (situationele ironie)
  • en de pijnlijke context (dramatische ironie)

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Soorten humor
Sarcasme

  • op een scherpere, hardere toon
  • om de spot te drijven met iemand
  • kan soms kwetsend overkomen

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Soorten humor
Cynisme
Een (levens)houding 
  • waarbij je niet lijkt te geloven in een goede afloop
  • die wantrouwen uitdrukt tegenover anderen
  • die vaak voortvloeit uit frustratie

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Welke beeldspraak leent zich goed voor humor?

Slide 13 - Carte mentale

Soorten humor
Situatiehumor
  • vloeit voort uit een komische situatie of gebeurtenis
  • specifieke vorm: leedvermaak (lachen met andermans pijn of ongeluk)

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Vidéo

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive


Welke soort
humor is dit?
A
Cynisme
B
Situatiehumor
C
Ironie
D
Absurde humor

Slide 19 - Quiz

Welke onderwerpen
zijn taboe in comedy?

Slide 20 - Carte mentale

Nu aan de slag met Plot26

   1.  les 1 heb je al af
   2. volgende les heb je alles gemaakt t/m les 3

Slide 21 - Diapositive