Klas 2BKT2 Lesweek 7 - Les 2

Kapitel
Achtung!

Mobieltjes in je eigen tas.

Op tafel liggen je:
Boek
Schrift
Etui


1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Kapitel
Achtung!

Mobieltjes in je eigen tas.

Op tafel liggen je:
Boek
Schrift
Etui


Slide 1 - Diapositive

Donnerstag den 7. Oktober 2021

Slide 2 - Diapositive

Was macht ihr diese Stunde ?



BK

Was weiβt du noch?
Schreiben
Lesen 

Tips voor de toets
KT

Was weiβt du noch?
Schreiben
Lesen oder Aufgabe 24 (KT Buch Seite 45)

Tips voor de toets

Slide 3 - Diapositive

Lernziele
Was lernt ihr diese Stunde?

  • Je kunt de regels voor het gebruik van hoofdletters toepassen.
  • Je kunt de hoofdlijnen van een tekst over personen begrijpen.

Slide 4 - Diapositive

Was weiβt du noch? 

Slide 5 - Diapositive

Wann Groβbuchstaben benutzen.
5
timer
5:00

Slide 6 - Diapositive

Wann Groβbuchstaben benutzen.

Slide 7 - Diapositive

Hausaufgaben Woche 40

Slide 8 - Diapositive

Lesen
Anna aus München.




timer
10:00

Slide 9 - Diapositive

Lesen

Slide 10 - Diapositive

 4 super tips voor de toets
2 . 
Bij vraagzinnen worden het persoonlijke voornaamwoord en het werkwoord omgedraaid (net als in het Nederlands).

Wo wohnst du? / Waar woon jij?


Slide 11 - Diapositive

 4 super tips voor de toets
1. 
Zelfstandige naamwoorden worden in het Duits met een hoofdletter geschreven.
Datzelfde geldt ook voor het eerste woord van een zin.

Meine Schwester heiβt Floor.

Slide 12 - Diapositive

 4 super tips voor de toets
3 . 
De werkwoordsvorm van wir / sie / Sie is gelijk aan het hele werkwoord (muv “sein”).







Wir haben hunger
Sie haben hunger
Herr Maier, haben Sie hunger?
Wir sind neunzehn Jahre alt.
Sie sind neunzehn Jahre alt.
Herr Maier, wie alt sind Sie?

Slide 13 - Diapositive

 4 super tips voor de toets
4. 
Je zou je toets kunnen beginnen met het opschrijven van het rijtje met persoonlijke voornaamwoorden en de werkwoordsvormen van “sein” en “haben”.

Slide 14 - Diapositive

Neem voor morgen een boek mee en vergeet je pen niet.

Slide 15 - Diapositive