ORIËNTATIE OP DOELGROEPEN_VERSTANDELIJKE BEPERKING

• Sociaal werk
• MBO
• Studiejaar 1

ORIËNTATIE OP DOELGROEPEN

TERUGBLIK VORIGE LES; LICHAMELIJKE PROBLEMATIEKEN

Heb jij iemand in je omgeving met een verstandelijke beperking?

JA

NEE

Zou jij met cliënten willen werken die een verstandelijke beperking hebben?

😒🙁😐🙂😃

LICHT VERSTANDELIJKE BEPERKING

MATIG VERSTANDELIJKE BEPERKING

ERNSTIG VERSTANDELIJKE BEPERKING

ZEER ERNSTIG VERSTANDELIJKE BEPERKING

QUIZ: wat heb jij onthouden van de vorige opdracht?

"Een verstandelijke beperking is altijd direct zichtbaar"

1. Waar
2. Niet waar

Hebben meer tijd nodig om zelfstandig te worden in uitvoeren van persoonlijke verzorging en huishoudelijke taken

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

"Relaties met anderen zijn belangrijk voor alle gradaties van een verstandelijke beperking"

1. Waar
2. Niet waar

Kunnen over het algemeen zelf hun persoonlijke verzorging doen

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

Hebben ondersteuning nodig bij alle aspecten van persoonlijke verzorging, gezondheid en veiligheid.

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

"Mensen met een ernstig verstandelijke beperking kunnen vaardigheden leren voor vrijetijdsbesteding, bijv. knutselen"

1. Waar
2. Niet waar

Kunnen in bepaalde mate oplossingen vinden en problemen aanpakken

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

Hebben weinig begrip van geschreven taal, getallen, hoeveelheden, tijd en geld.

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

"Zo’n 18% van alle mensen met een verstandelijke beperking heeft een zeer ernstig verstandelijke beperking"

1. Waar
2. Niet waar

"Bij een licht verstandelijke beperking kan de communicatie en het taalgebruik minder volwassen zijn"

1. Waar
2. Niet waar

Hebben over het algemeen begrip van enkele eenvoudige instructies of gebaren.

1. Licht verstandelijke beperking
2. Ernstig verstandelijke beperking
3. Matig verstandelijke beperking
4. Zeer ernstig verstandelijke beperking

Kun je benoemen wat de achtergronden en kenmerken van de doelgroep 'mensen met een verstandelijke beperking’ zijn ?    

010

De les was voor mij duidelijk

😒🙁😐🙂😃