Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Thema 4: Stevigheid en beweging
Basisstof 1: Het skelet
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Toets bespreken
Instructie Thema 4 bs 1
Huiswerk
Docent:
Cijfers / doelen bespreken met je.
Slide 2 - Diapositive
Terugblik - Vooruitblik
In de biologie worden organismen geordend.
Vorige thema ging over ordening.
Mensen behoren tot 'de gewervelden' in
het Rijk van de dieren. (mensen zijn zoogdieren)
Mensen hebben een inwendig skelet met een wervelkolom.
Slide 3 - Diapositive
T4 stevigheid en beweging
- BS 1: Het skelet
- BS 2: Botten
- BS 3: Beenverbindingen
- BS 4: Spieren
- BS 5: Gezond bewegen
Slide 4 - Diapositive
Doel: Het skelet
Je kent de delen van het lichaam.
Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
Je kunt de functies van het skelet noemen.
Slide 5 - Diapositive
welke botten ken je al?
Slide 6 - Carte mentale
Slide 7 - Vidéo
Delen lichaam
we kunnen het lichaam opdelen in 3 delen:
hoofd
romp
ledenmaten
Slide 8 - Diapositive
Skelet
In het lichaam zitten botten. Een ander woord voor botten zijn beenderen.
Al je beenderen samen vormen het beenderstelsel ook wel het skelet.
Het skelet is het geraamte van de mens.
Slide 9 - Diapositive
Verwarrend
De ellepijp en de spaakbeen liggen allebei in je hand en zijn lastig uit elkaar te houden.
ellepijp ligt aan de kant ven pink
spaakbeen ligt aan de kant van de duim
Slide 10 - Diapositive
Schedel
Alle botten samen in hoofd gedeelte noemen we een schedel.
De schedel beschermt onder andere je hersenen.
De schedel wordt gedragen door je wervelkolom.
Slide 11 - Diapositive
Wervelkolom
De schedel wordt gedragen door je wervelkolom (ruggengraat).
De wervelkolom bestaat uit halswervels, borstwervels en lendenwervels.
Onder de lendenwervels zit het heiligbeen en daaraan het staartbeen.
Slide 12 - Diapositive
Het skelet
Borstkas= borstwervels, ribben en borstbeen
Schoudergordel= schouderbladeren en steutelbeenderen
Bekken= heupbeenderen en heiligbeen
Slide 13 - Diapositive
Borstkas: borstwervels, ribben en borstbeen
Slide 14 - Diapositive
Schoudergordel: Schouderbladen en sleutelbeenderen
Slide 15 - Diapositive
Bekken: Heupbeenderen en heiligbeen
Slide 16 - Diapositive
4 functies skelet
1 Stevigheid. Het skelet geeft stevigheid aan je lichaam. Zonder skelet zou je in elkaar zakken.
2 Bescherming. Het skelet zorgt voor bescherming van je organen. De borstkas beschermt de longen en het hart, de schedel beschermt de hersenen.
3 Beweging. Het skelet maakt beweging mogelijk. De meeste botten van je skelet zijn zo met elkaar verbonden dat ze kunnen bewegen. Met de spieren die aan de botten vastzitten, kun je bewegen.
4 Vorm. De vierde functie van het skelet is vorm geven aan je lichaam. De schedel geeft bijvoorbeeld een ronde vorm aan je hoofd.
Slide 17 - Diapositive
Uit welke delen bestaat het skelet?
A
Schedel en ledematen en armen
B
Romp, ledematen en armen en benen
C
Schedel, romp, ledematen
D
Schedel, romp, ledematen en armen en benen
Slide 18 - Quiz
Al je botten in je lichaam vormen samen ...?
A
de schedel
B
het beenderstelsel of het skelet
C
de wervels
D
het bekken
Slide 19 - Quiz
Waar kan je lichaam door bewegen?
A
Alleen door botten
B
Door botten en spieren samen
C
Alleen door spieren
Slide 20 - Quiz
Wat wordt er beschermd door onze borstkas?
A
Maag en nieren
B
Hart en longen
C
Hersenen
D
Darmen en maag
Slide 21 - Quiz
Welke functies heeft ons skelet?
A
Vormgeven, bescherming en stevigheid
B
Vormgeven, stevigheid en beweging
C
Beweging,
vormgeven, stevigheid en bescherming
Slide 22 - Quiz
Hoe heten de groen gekleurde botten?
A
Halswervels
B
Borstwervels
C
Lendewervels
D
Heiligbeen
Slide 23 - Quiz
Noem eens een ander woord voor botten?
A
Skelet
B
Beenderen
C
Geraamte
Slide 24 - Quiz
Hoe noemen we nummers 1 en 2?
1
2
A
1 = schouderblad
2 = ribben
B
1 = sleutelbeen
2 = schouderblad
C
1 = schouderblad
2 = sleutelbeen
D
1 = ribben
2 = sleutelbeen
Slide 25 - Quiz
Welk deel van de wervelkolom zit vast aan je heupbeenderen?
A
Staartbeen
B
Wervelkolom
C
Lendenwervels
D
Heiligbeen
Slide 26 - Quiz
Doel: Het skelet
Je kent de delen van het lichaam.
Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
Je kunt de functies van het skelet noemen.
Slide 27 - Diapositive
Maken Thema 1:
Huiswerk 7 februari
Maken §4.1: 1 tm 5
+
Leren 4.1
(Dus ook het skelet met al zijn botten!!)
(Plan dit voor de komende week)
KGT
Slide 28 - Diapositive
Nabespreking
Hoe is het gegaan? Wat ging goed? Wat vond je moeilijk? Welke vragen heb je nog?