hh klas 1 tussen-n, verkleinwoord, bezitsvorm, cijfers en getallen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

 Spelling Blok 4 & 5

verkleinwoorden van zn 

Wat plak je achter een zn om er een verkleinwoord van te maken?

verkleinen zn

bank                                               bankje

film                                                 filmpje

prei                                                 preitje

slang                                         slangetje

woning                                         woninkje

uitzonderingen

Soms moet je vanwege een mogelijke verkeerde uitspraak de schrijfwijze van woorden aanpassen.

Voorbeelden:

auto                                 autootje

kar                                    karretje

café                                  cafeetje

woorden op -y

Bij verkleinwoorden van woorden die eindigen op –y ( met een medeklinker ervoor ) schrijf je apostrof.

Bijvoorbeeld:

baby                                     baby’tje

hobby                                 hobby’tje

cowboy                                cowboytje

Wat is de verkleinvorm van "radio"?

Wat is de verkleinvorm van "etalage"?

Wat is de verkleinvorm van "moment"?

Wat is de verkleinvorm van "verdieping"?

Wat is de verkleinvorm van "cd"?

Wat is de verkleinvorm van "pony"?

Waarom is het groentesoep en geen groentensoep?

Je schrijft de tussenletter -(e)n-:

Als het eerste deel van de samenstelling een znw is dat alleen meervoud op -n of -en heeft.

rozenstruik

eendenkooi

getuigenverklaring

Geen tussen -n  

Je schrijft geen tussen –n als...

...het eerste woord een meervoud op –s heeft

asperge - asperges  =>  aspergesoep

horloge - horloges  =>  horlogemaker

...het eerste woord 2 meervouden heeft (op –s en op -n)

vitamine - vitaminen/vitamines  =>  vitaminepil

weide - weides/weiden  =>  weidevogel

Geen tussen -n

Je schrijft geen tussen –n als...

...het eerste woord uniek is

(uniek = er is er maar 1 van)

zon - zonnestraal

maan - maneschijn (wat je ziet, niet volgens de natuurkunde) 

Let op: ster - sterrenkunde (er zijn meer sterren)

Geen tussen -n

Je schrijft geen tussen –n als...

...het eerste woord geen meervoud heeft

rijst + pap = rijstepap

tarwe + product = tarweproduct

Geen tussen -n

Je schrijft geen tussen –n als...

... het eerste woord het tweede woord versterkt

beer + sterk = beresterk

aap + trots = apetrots

... het eerste woord geen znw is

goedemorgen (goed = geen znw,  maar een bn)

spinnewiel (spinnen = geen znw, maar een ww)

Maar: spinnenweb (spin + web)

 regel 1:

Je kunt de bezitsvorm maken door een s achter de naam of een zelfstandig naamwoord te zetten. 

de schoenen van mijn vader  >  mijn vaders schoenen

de kleren van mijn zusje >  mijn zusjes kleren

het beroep van Sarah >  Sarahs beroep 

regel 2: 

Als een naam of zelfstandig naamwoord op een a, i, o, u, of y, eindigt, dan zet je een ' voor de s. Je schrijft dus 's

een '- teken heet een apostrof

het huis van oma   >   oma's huis

de moeder van Eddy   >   Eddy's moeder

de speen van de baby   >   baby's speen

Regel 3: 

Eindigt het zelfstandig naamwoord of de naam op een sisklank? 

Schrijf dan alleen een apostrof, dat is ' 

De broer van Max  >  Max' broer

De zus van Bas  >  Bas' zus

Hoe geef je de bezitsvorm aan?

goed of fout gespeld ?
de fiets van Lieke
-> Liekes fiets

Regel

Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!

1. goed
2. fout

goed of fout gespeld ?
de auto van Kasper
-> Kaspers boeken

Regel

Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!

1. goed
2. fout

goed of fout gespeld ?

de broer van Sally -> Sallys broer

Regel

Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!

1. goed
2. fout

maak een bezitsvorm:
de sigaar van opa

goed of fout gespeld ?

de laptop van Hans -> Hans' laptop

Regel

Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!

1. goed
2. fout

maak een bezitsvorm
De jas van Els

Cijfers en getallen

Uitschrijven met letters:

• Getallen tot twintig: twaalf, derde
  
• Tientallen tot honderd: dertig
  
• Honderd- en duizendtallen: tweehonderd, zesduizend
  

Cijfers en getallen

In getallen:

• Maten, gewichten, afstand: 150 cm, 15 kg, 3 km
• Procent: 50%
• Gram: 80 gram
• Euro: 60 euro

Cijfers en getallen
Wat is goed?

1. Dertig liter
2. 30 liter
3. Dertig lt
4. 30 lt

Cijfers en getallen
Wat is goed?

1. 2 van de 3
2. Twee van de drie
3. 2 vd 3
4. Twee vd drie

Zelftoets

Maak de zelftoetsen van Spelling blok 4 en blok 5

Klaar? Kies dan uit:

-ga verder met reflectieverslag

-start met bijspijkeren spelling (vanaf 4.10)