Dictee 12 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4 Paul Abma eer eur oor aar

• Mentorles
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3
• Leerroute 4

Dictee 12 Paul Abma

eer

eur

oor

aar

uur

peer

deur

spoor

leraar

natuur

1. pir
2. per
3. peer

1. duur
2. deur
3. duer
4. dur

1. spor
2. spoer
3. spooor
4. spoor

1. leerraar
2. leerar
3. leraar
4. leeraar

1. nattuur
2. natuur
3. natur
4. nattur

1. bir
2. beer
3. ber

1. geur
2. guur
3. geer
4. gur

1. broor
2. boor
3. bor
4. beur

1. gubaar
2. begaar
3. gebar
4. gebaar

1. figuur
2. viguur
3. figgur
4. vigur

1. smir
2. smeer
3. smeer
4. smier

1. buurt
2. buert
3. beurt
4. burt

1. kor
2. koir
3. kroor
4. koor

1. gitaar
2. gittaar
3. gitar
4. gritaar

1. afontuur
2. avonduur
3. avontuur
4. avontur

1. verkir
2. verker
3. vurkeer
4. verkeer

1. scheer
2. scheur
3. schur
4. schuur

1. kantoor
2. kantor
3. kanttoor
4. kandoor

1. tofenaar
2. tovunaar
3. tovenaar
4. tovunar

1. culuur
2. cutluur
3. culteur
4. cultuur

Hoe moeilijk vond jij dit dictee?

-3100

Veel fout? Prima!

Veel goed? Ook prima!

je hebt weer wat geleerd ...

Noem een woord met daarin
eer
Iedereen schrijft dat woord nu op!

Noem een woord met daarin
eur
Iedereen schrijft dat woord nu op!

Noem een woord met daarin
oor
Iedereen schrijft dat woord nu op!

Noem een woord met daarin
aar
Iedereen schrijft dat woord nu op!

Noem een woord met daarin
uur
Iedereen schrijft dat woord nu op!