Chapitre 1 grammaire D "Het lidwoord"

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Présence

tout le monde est présent?

Programme

• Wat hebben we vorige les gedaan?

Doel van vandaag:

Aan het einde van de paragraaf:

- kun je de juiste lidwoorden gebruiken.

wat is een lidwoord noem een aantal voorbeelden is het NL

Wat is het verschil tussen
de/ het en een

Lidwoorden

En Français...

+ le    -> m

+ la    -> v

+ les ->  mv

+ l'     ->  klinkers & 'stomme h'

Vul het lidwoord in:
... jour (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... musique (v)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... prix (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... cousins (m/mv)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... famille (v)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Vul het juiste lidwoord in:
... âge (m)

1. le
2. la
3. les
4. l'

Notez! - Let op!

Voor een 'onbepaald' lidwoord gebruik je voor 

m - un

v - une

Schema Lidwoorden

lidwoord	m	v	mv
bepaald	le/l'	la/l'	les
onbepaald	un	une

Verander het lidwoord in un/une:
le jardin

1. un jardin
2. une jardin

Verander het lidwoord in un/une:
le truc

1. un truc
2. une truc

Verander het lidwoord in un/une:
la photo

1. un photo
2. une photo

Verander het lidwoord in un/une:
la fille

1. un fille
2. une fille

Verander het lidwoord in le/la/les:
de katten

1. le chats
2. les chats
3. la chats

Verander het lidwoord in le/la/les:
un problème

1. le problème
2. la problème
3. les problèmes

Verander het lidwoord in le/la/les:
de berichten

1. la message
2. le message
3. les messages

AU TRAVAIL

Faire: ex 16, 17 a, d, e, 18 

page 32

 apprendre: A t/m D chapitre 1