Formuleren 5H taalfouten

Doelen van deze les:
Je kunt de volgende fouten verbeteren:
2. verwijsfouten   (blz 232 NN)
3. incongruentie  (blz 237 NN)
4. dat- alsconstructie  (blz 239 NN)
7. zinnen onjuist begrenzen (blz 246 NN)
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Doelen van deze les:
Je kunt de volgende fouten verbeteren:
2. verwijsfouten   (blz 232 NN)
3. incongruentie  (blz 237 NN)
4. dat- alsconstructie  (blz 239 NN)
7. zinnen onjuist begrenzen (blz 246 NN)

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

De man ..... ik de weg vroeg, was niet bekend in de buurt.
A
waaraan
B
aan wie

Slide 4 - Quiz

Ik pakte de hamer, ..... ik een spijker in de muur wilde slaan.
A
waarmee
B
met wie

Slide 5 - Quiz

Hij vroeg het meisje ....... hij kent om mee te gaan naar de kermis.
A
die
B
dat
C
wat

Slide 6 - Quiz

Hij kreeg een contract .... nogal veel onduidelijkheden bevatte.
A
die
B
dat
C
wat

Slide 7 - Quiz

Dat is het beste ........ ik ooit gedaan heb.
A
dat
B
wat

Slide 8 - Quiz

Hij is al de hele week ziek, ..... erg lastig is voor zijn vrienden.
A
dat
B
wat
C
die

Slide 9 - Quiz

Hij wil een hond ..... altijd bij hem blijft
A
dat
B
die

Slide 10 - Quiz

Ze doen waar ..... zin in hebben.
A
ze
B
hun

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Wat is goed?
A
De media schrijft erg negatief over dat bedrijf.
B
De media schrijven erg negatief over dat bedrijf.

Slide 13 - Quiz

Wat is goed?
A
Drugs veroorzaken erg veel overlast in de buurt.
B
Drugs veroorzaakt erg veel overlast in de buurt.

Slide 14 - Quiz

Wat is goed?
A
De jeugd had veel last van de coronacrisis.
B
De jeugd hadden veel last van de coronacrisis.

Slide 15 - Quiz

Wat is goed?
A
Meer dan de helft van de Nederlandse vrouwen heeft een baan.
B
Meer dan de helft van de Nederlandse vrouwen hebben een baan.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

De nederlandse regering denkt dat als er maar veel bezuinigd wordt het wel goed komt met de economie.

Slide 18 - Question ouverte

We moeten de tent goed vastzetten zodat als het straks gaat waaien hij niet weg waait.

Slide 19 - Question ouverte

Denk je ook dat als we vrijdag winnen tegen Argentinië dat we dan wereldkampioen worden?

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Ik ga naar school. Omdat ik les heb.

Slide 23 - Question ouverte

Het is wel moeilijk om goed te formuleren. Als je er nooit zo veel aandacht aan hebt besteed.

Slide 24 - Question ouverte

Hoe goed ben jij in spelling?
Heel goed
Goed
niet zo goed
Ik moet er nog veel aandacht aan besteden.

Slide 25 - Sondage

Oefenen
Formuleren oefen je met de opdrachten in NN, hfdst 7. (verwijsfouten, incongruentie, dat-alsconstructie en zinnen onjuist begrenzen) 
Spelling oefen je met hoofdstuk 8 NN

Ga  naar de online methode (via Magister, leermiddelen) en kijk wat er voor je klaar staat.

Slide 26 - Diapositive