Blok 7 les 3

Blok 7 les 3
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 9 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Blok 7 les 3

Slide 1 - Diapositive

Waarmee begint elke voedselketen?
A
met bacteriën
B
met planten
C
met schimmels
D
met insecten

Slide 2 - Quiz

Welke kleur moet zo'n plant zijn?
A
groen
B
groene bladeren
C
bruin
D
bruine bladeren

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

Wanneer kan een bonenplantje voor zichzelf zorgen / eigen voedsel maken?
A
als hij bladeren heeft
B
als hij vruchten heeft
C
als hij wortels heeft
D
als hij bloemen heeft

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Welke dingen zijn nodig voor fotosynthese?
A
water, licht, zuurstof
B
water, kooldioxide, zuurstof
C
water, licht, kooldioxide

Slide 8 - Quiz

Wat maakt de plant met deze 'hulpstoffen' / dingen?
A
zuurstof
B
water
C
plantenvoeding
D
suiker

Slide 9 - Quiz

Als deze waterplant in het
donker komt te staan...
A
dan komen er nog meer luchtbellen in het water
B
dan verdwijnen de luchtbellen
C
dan verandert er niets

Slide 10 - Quiz

Dat komt omdat...
A
licht is verdwenen
B
kooldioxide is verdwenen
C
zuurstof is verdwenen

Slide 11 - Quiz

Waarom zijn (etende) rupsen
een probleem bij een
aardbeienkwekerij?
A
De planten kunnen geen water meer opnemen.
B
De planten krijgen teveel mineralen.
C
De aardbeienoogst wordt minder goed.
D
De planten kunnen minder goed suiker maken.

Slide 12 - Quiz

Waarom groeien er op de bodem van een diepe vijver geen waterplanten?
A
Er is daar te weinig licht.
B
Er is daar te weinig zuurstof.
C
Op de bodem ligt teveel afval.
D
De bodem is te drassig om te kunnen wortelen.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Lien

Waaruit bestaat
plantenvoeding?
A
water met mineralen
B
water met suikers
C
water met zuurstof
D
water met kooldioxide

Slide 15 - Quiz

Hoe komt vitamine C
in druiven terecht?
A
De plant zuigt de vitamine C op uit het grondwater.
B
De plant maakt zelf vitamine C uit suiker.
C
De bladeren maken de vitamine C uit regenwater.
D
De bladeren nemen de vitamine C op uit de lucht.

Slide 16 - Quiz

Zet een stengel bleekselderij
in roodgekleurd water.
Na een tijdje zie je donkere plekjes.
Wat zijn dat?
A
bloedvaten
B
huidmondjes
C
vaatbundels

Slide 17 - Quiz

Welke kleur zijn de bladeren van de maretak?
A
bruin
B
groen

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

De wortels van de maretak zuigen water en mineralen uit van zijn gastheer (de boom). Zelf maakt de maretak daarmee suiker.
Hoe kun je dat zien?
A
aan de bessen
B
aan de wortels
C
aan de bladeren

Slide 20 - Quiz

Welke kleur zijn de bladeren van de bremraap?
A
groen
B
bruin

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Op welke plek staan een parasietplant, zoals de bremraap, in de voedselketen?
A
op de 1e plaats, net als de groene plant
B
op de 2e plaats
C
aan het einde van de voedselketen

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Vidéo

Waar haalt een NIET-vleesetende plant (dus een 'normale' plant) zijn mineralen vandaan?
A
uit de bodem
B
uit de lucht
C
uit het zonlicht
D
maakt hij zelf aan

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Vidéo

Zonnedauw haalt zijn mineralen dus uit insecten.
Maakt de zonnedauw zelf suiker?
A
Ja, de plant heeft groene bladeren.
B
Ja, de plant heeft bloemen.
C
Nee, de plant haalt suiker uit de insecten.
D
Nee, deze plant heeft geen suiker nodig.

Slide 28 - Quiz

Waarom is de zonnedauw een zeldzame plant?
A
omdat ze insecten vangen
B
omdat ze groeien op plekken met veel mineralen
C
omdat ze groeien op plekken met weinig mineralen
D
omdat ze er zo bijzonder uitzien

Slide 29 - Quiz

We gaan deze les leren:

- energie: (brandstof)
- zuurstof tegenover kooldioxide
- ademhaling - welke organen + functie
- de hikkk

Slide 30 - Diapositive

zuurstof + voedsel

VERBRANDEN

kooldioxide + energie + water

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Lien

Wat is er nodig om in je lichaam iets te kunnen 'verbranden'?
A
zuurstof en kooldioxide
B
zuurstof en energie
C
zuurstof en water
D
zuurstof en voedsel

Slide 33 - Quiz

Welke is een afvalstof?
A
kooldioxide
B
energie
C
water
D
zuurstof

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Vidéo

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Vidéo

Als je inademt...
A
...zwelt je borstkas op
B
...trekt je borstkas in
C
...trekt je buik in
D
...zwelt je buik op

Slide 38 - Quiz

Als je uitademt...
A
...zwelt je borstkas op
B
...trekt je borstkas in
C
...zwelt je buik op
D
...trekt je buik in

Slide 39 - Quiz

Wanneer is je borstomvang zo groot mogelijk?
A
Als je ribspieren zijn samengetrokken
B
Als je ribspieren ontspannen zijn
C
Als je middenrif omhoog is
D
Als je middenrif omlaag is

Slide 40 - Quiz

Slide 41 - Vidéo

Als je een zakje voor je mond houdt en je ademhaalt, dan herbruik je uitgeademde lucht. Wat betekent dat?
A
Dan krijg je meer energie
B
Dan krijg je meer lucht
C
Dan krijg je minder zuurstof binnen
D
Dan krijg je minder kooldioxide binnen

Slide 42 - Quiz

Slide 43 - Diapositive

Bij deze longtest wordt
gecontroleerd...
A
... hoe vaak je per minuut ademhaalt
B
...hoeveel liter lucht je in 1x uitademt
C
...hoeveel zuurstof er in de uitgeademde lucht zit
D
... hoeveel kooldioxide er in zit

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Vidéo

Welk deel van je lichaam trekt sterk samen als je de hik hebt?
A
je slokdarm
B
je borstbeen
C
je luchtpijp
D
je middenrif

Slide 46 - Quiz