opfrisser hfd 6

Gelijk na de Eerste Wereldoorlog werd er een nieuwe Duitse regering gevormd. Onder welke naam?
A
Het Duitse Rijk
B
Republiek van Versailles
C
Republiek van Weimar
D
Duitsland
1 / 20
suivant
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Gelijk na de Eerste Wereldoorlog werd er een nieuwe Duitse regering gevormd. Onder welke naam?
A
Het Duitse Rijk
B
Republiek van Versailles
C
Republiek van Weimar
D
Duitsland

Slide 1 - Quiz

Wie had de macht in de Republiek van Weimar?
A
Een keizer
B
Het parlement
C
Een dictator
D
Een koning

Slide 2 - Quiz

Economische crisis
Versailles- herstelbetalingen door Dld
Geld bijdrukken-geld wordt minder waard, inflatie
Wantrouwen in de regering, Republiek van Weimar

Slide 3 - Diapositive

De parlementaire democratie in de Republiek van Weimar kreeg te maken met grote problemen. Noem deze.

Slide 4 - Question ouverte

Welke oorzaak voor de val van de Weimar Republiek zie je op de afbeelding?
A
Hitler aan de macht
B
Hyperinflatie
C
Beurskrach
D
Vrede van Versailles

Slide 5 - Quiz

Wat weet jij eigenlijk
van fascisme?

Slide 6 - Carte mentale

Kenmerken van fascisme 
  • Fascisme is tegen: vooral dingen die 'vreemd' zijn en tegen andere culturen.

  • Fascisme is anti-democratisch

  • Er is één leider. Hij bepaalt wat goed is. (Leidersbeginsel/Führerbeginsel)


  • Het fascisme verheerlijkt geweld en militair vertoon.

Slide 7 - Diapositive

Fascisme of nationaal-socialisme?
A
fascisme: mensen zijn ongelijk
B
fascisme: leidersbeginsel
C
Nationaal- socialisme: antisemitisme
D
Nationaal-socialisme: er staat Duitse tekst op

Slide 8 - Quiz

Wat is géén kenmerk van het fascisme?
A
Sterke leider
B
Democratisch
C
Nationalisme
D
Geweld is goed

Slide 9 - Quiz

Fascisme is niet...
A
nationalistisch
B
terroristisch
C
totalitair
D
anti semitisch

Slide 10 - Quiz

Leg het verschil tussen fascisme en nationaalsocialisme uit

Slide 11 - Question ouverte

Overname Hitler
  • Republiek van Weimar 1919-1931
  • Verdrag van Versailles 1919
  • Crisis tot politieke chaos
  • Rijksdagbrand 1933

Slide 12 - Diapositive

Antisemitisme in Nazi-Duitsland
  • Hitler maakt gebruik van de Jodenvervolgingen in het verleden


  • Geeft Joden de schuld van ALLES wat fout was


  • Pesterijen, beledigingen, geweld (SA)

Slide 13 - Diapositive

Appeasementpolitiek
  • Hitler maakt een einde aan het verdrag van Versailles
  • Duitsland gaat herbewapenen
  • Bondgenootschap met Italië (Mussolini)
  • Bezetting Rijnland
  • Aansluiting Oostenrijk (Anschluss)
  • Eis (Hitler) Sudetenland (Tsjechö-Slowakije)
  • Conferentie München, Hitler krijgt zijn zin

Slide 14 - Diapositive


Conferentie van München
september 1938



  • Hitler ging met de Anschluß en met het opeisen van Sudetenland wel erg sterk tegen het Verdrag van Versailles in.
  • Engeland, Frankrijk, Italië en Duitsland komen samen op de Conferentie van München
  • Hier wordt besloten dat Hitler Sudentenland krijgt als hij belooft daarna te stoppen met zijn verdere opmars...

Slide 15 - Diapositive

Hoe en waarom kreeg Duitsland het Sudetenland in handen?
A
Tijdens de conferentie van Munchen 'gaven' Eng + FR dit aan Hitler. Ze wilden de vrede bewaren.
B
Hitler viel dit gebied met geweld binnen en voegde het toe aan Duitsland
C
Tsjecho-Slowakije gaf dit gebied op aan de Duitsers omdat ze bang waren voor een oorlog
D
De mensen in dit gebied stemden voor een aaneensluiting met Duitsland

Slide 16 - Quiz

Op de conferentie van Munchen wordt besloten dat Oostenrijk bij Duitsland hoort
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Hoe wordt de inname van Oostenrijk genoemd?
A
Anschluss
B
Conferentie van Munchen
C
Oorlog
D
D-Day

Slide 18 - Quiz

Waarom tekende Hitler het molotov ribbentrop-pact?
A
Hij was bevriend met Stalin
B
Hij vond dat Stalin ook bij de Conferentie van MUnchen had moeten zijn
C
Hij wiilde geen oorlog op twee fronten
D
Hitler wilde samen met Stalin Europa veroveren

Slide 19 - Quiz

Door welke gebeurtenis begint WO II?

Slide 20 - Question ouverte