Onderzoeksvaardigheden

Onderzoek doen
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
StudielessenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Onderzoek doen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het eind van deze instructie...

  • weet je wat de onderzoekscyclus is. 

  • kun je herkennen en uitleggen met wat voor soort hoofdvraag je te maken hebt.

  • kun je goede deelvragen bedenken bij een hoofdvraag.

  • kun je aan de hand van een schrijfplan en werkschema een onderzoek uitvoeren.

Slide 2 - Diapositive

Onderzoek doen is nieuwe kennis ‘maken’. Veel onderzoeken bestaan uit acht stappen. Samen vormen deze stappen de onderzoekscyclus.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

Vraag/probleem
  • De hoofdvraag geeft richting aan je onderzoek. Het is belangrijk dat je een 'haalbare' hoofdvraag hebt.

  • Jullie kiezen voor dit onderzoek een al geformuleerde hoofdvraag uit.

  • Er zijn verschillende soorten hoofdvragen: verklarend, voorspellend, vergelijkend en evaluerend.

  • Het onderzoeksverslag schrijven jullie in een beschouwende vorm: je geeft niet jouw mening, maar je wilt de lezer wel aan het denken zetten.

Slide 5 - Diapositive

Verklarende hoofdvragen
Vragen die helpen de oorzaken van een probleem of succes te achterhalen. De 'waarom' (of hoe) vraag.

  • Waarom is klimaatverandering een probleem voor Nederland?

  • Waarom is de textiel-/kledingindustrie zo vervuilend?

Slide 6 - Diapositive

Voorspellende hoofdvragen
Met een voorspellende vraag probeer je in de toekomst te kijken. Je doet een voorspelling over hoe een ontwikkeling (waarschijnlijk) zal gaan lopen of hoe iets eruit komt te zien.

  • Welke gevolgen zal de opwarming van de aarde met 1,5 graad hebben?

  • Welke duurzame ontwikkelingen kunnen helpen om het plasticgebruik te verminderen?

Slide 7 - Diapositive

Vergelijkende hoofdvragen
Dit type vragen grebuik je als je overeenkomsten en verschillen wilt onderzoeken/aantonen.

  • Wat zijn de overeenkomsten en de verschillen tussen de eerste klimaattop van 1995 en de laatste klimaattop van 2022?

  • Wat zijn de verschillen tussen de manier waarop de Rabobank en de ASR bank omgaan met duurzaamheid?

  • Wat zijn de voor- en nadelen van het gebruik van zonne-energie?

Slide 8 - Diapositive

Evaluerende hoofdvragen
Met evaluerende vragen bekijk je of iets wenselijk, goed, normaal of bruikbaar is. Bij de evaluerende vragen kun je jouw mening of oordeel geven.

  • Is het verbieden van de verkoop van auto's op fossiele brandstoffen per 2030 een goede oplossing voor het verminderen van de CO2 uitstoot wereldwijd?

  • Had Shell meer kunnen doen om klimaatverandering tegen te gaan?

Slide 9 - Diapositive

Kies een conflict uit en stel daarbij een hoofdvraag op.
timer
8:00

Slide 10 - Question ouverte

Vraag-antwoordstructuur
De inleiding bevat de hoofdvraag en in het middenstuk bespreek je de antwoorden op die vraag. Je sluit af met een conclusie of samenvatting.





Je introduceert je onderwerp in je inleiding. Dan bespreek je in het middenstuk de voordelen en de nadelen. Je sluit af met een afweging van de diverse punten.

Voor- en nadelenstructuur

Slide 11 - Diapositive

Probleem-oplossingstructuur
In je inleiding introduceer je het probleem. In je middenstuk bespreek je waarom het een probleem is. Wat zijn de oorzaken en wat zijn de gevolgen van het probleem? Wat zijn mogelijke oplossingen? Tot slot trek je een conclusie: wat zou de beste oplossing kunnen zijn?



In je inleiding introduceer je je onderwerp/ verschijnsel. Je kern bevat de kenmerken van het verschijnsel. Wat zijn voorbeelden ervan? Eventueel kun je ingaan op oorzaken en gevolgen van het verschijnsel. Tot slot rond je je onderwerp af.

Verklaringsstructuur

Slide 12 - Diapositive

Deelvragen
  • Deelvragen moeten relevant zijn voor het beantwoorden van de hoofdvraag. 

  • Deelvragen vormen verschillende stappen in je onderzoek.

  • Je stelt deelvragen op die passen bij jullie type hoofdvraag en de gekozen tekststructuur

Slide 13 - Diapositive

Bronnen verzamelen
  • Het verzamelen van bruikbare, betrouwbare bronnen is belangrijk bij het doen van onderzoek. Je selecteert meerdere, relevante bronnen om een volledig antwoord te krijgen.

  • Om goede deelvragen op te stellen, moet je bronnen verzamelen.

  • Je hebt verschillende soorten bronnen en je kunt ze op verschillende manieren zoeken
  • Artikelen (krant, magazine, internet)
  • Foto's/afbeeldingen
  • Documentaires
  • Gebouwen
  • Interviews
  • Boeken
  • Google / zoekopdrachten
  • Bibliotheek
  • Rondvragen

Slide 14 - Diapositive

Hypothese
Bij het opstellen van een hypothese doe je vooronderzoek. Het draait om het geven van concrete verwachtingen over de uitkomst van het onderzoek.

Je denkt dus al na over wat het antwoord op de hoofdvraag ongeveer zal zijn en stelt aan de hand van die informatie goede deelvragen op.

Oriënteren
  • Inlezen
  • Bronnen zoeken/selecteren
  • Globaal informatie ordenen
  • Relevante deelvragen opstellen bij je onderwerp

Slide 15 - Diapositive

Op welke manier(en) kan je goede bronnen verzamelen?

Slide 16 - Question ouverte

Primaire bronnen
Primaire bronnen zijn gemaakt door mensen die direct betrokken waren bij een kwestie of situatie. Standplaatsgebondeheid is
belangrijk bij deze bronnen.

Bijvoorbeeld:
  1. Ooggetuigen
  2. Gebouwen
  3. Overblijfselen

Slide 17 - Diapositive

Secundaire bronnen
Secundaire bronnen zijn (als het goed is) ontstaan op basis van informatie uit primaire bronnen. Deze bronnen komen vaak uit een andere tijd, de maker was niet zelf bij de gebeurtenis. 

Bijvoorbeeld:

Slide 18 - Diapositive

Voorbeeld
1. Ik kies een hoofdvraag: 
Welke gevolgen zou 2,0 graden opwarming van de aarde hebben voor het leven op aarde?

2. Op google zoek ik naar: gevolgen 2,0 graden opwarming
3. Ik stel de volgende deelvragen op:
  • Welke invloed heeft de opwarming op het weer?
  • Wat zijn de gevolgen van de zeespiegelstijging?
  • Waarom stijgt het aantal slachtoffers van infectieziektes bij een opwarming van 2,0 graden?
  • Wat gebeurt er als de permafrost smelt?

Oriënteren
  • Inlezen: artikelen zoeken over de gevolgen van 2,0 graden opwarming. 
  • Bronnen zoeken/slecteren: verdiepende bronnen zoeken over de verschillende gevolgen en een aantal geschikte uitkiezen.
  • Globaal informatie ordenen over de gevolgen: de belangrijkste gevolgen uitkiezen en daar een korte samenvatting van maken, bijvoorbeeld aan de hand van een mindmap.
  • Relevante deelvragen opstellen bij je onderwerp: bij ieder belangrijk gevolg een goede deelvraag bedenken. 

Slide 19 - Diapositive

Plan van aanpak
  • Hoeveel tijd kosten de verschillende onderdelen, wie doet wat, welke materialen zijn er nodig en wanneer moet iets af zijn?

  • Gebruik het werkschema en het schrijfplan.

  • Donderdag 13 april leveren jullie het onderzoek in
  • Vrijdag 14 april presenteren jullie het onderzoek aan de hand van een poster (daarvoor meer in de Nederlands les)

Slide 20 - Diapositive

Samenwerking
Bij deze opdrachten werken jullie in groepjes van 4 leerlingen, het is jullie onderzoek.

  • Werk samen in een bestand via de Workspace en help elkaar ook.

  • Maak een goede taakverdeling:
    Allemaal een eigen deelvraag, inleiding, slot, spellingcontrole, opmaak. 

  • Jullie hebben allemaal een rol binnen je groep:
    Voorzitter, notulist, productcoördinator, tijdbewaker
Bij het maken van groepjes is het makkelijk om te een groepje te vormen met vrienden/vriendinnen. Je kunt echter ook een groepje maken op basis van interesses en op basis van streefcijfer (als jij graag een 8,0 wilt halen, maar de rest van je groepje neemt genoegen met een 6,5 ontstaat er namelijk een probleem). 

Slide 21 - Diapositive




  • Het onderzoek vormt een mooi geheel.
  • Jullie houden elkaar(s werk) in de gaten en helpen elkaar.
  • De inleiding en de conclusie zijn goedlopend en compleet.
  • Iedereen doet ongeveer even veel.




  • Elke deelvraag is een losstaand mini-onderzoekje.
  • Iedereen gaat zijn/haar eigen gang, jullie weten niet wat de ander doet.
  • De inleiding en de conclusie zijn onsamenhangd en vaag.
  • De taken zijn niet eerlijk verdeeld.
Goede en minder goede samenwerking

Slide 22 - Diapositive

Aan de slag!
Voor de pauze
  • Groepjes maken (per klas)
  • Beoordelingsrubric doornemen
  • Hoofdvraag uitkiezen (zie bestand op de ELO)

Na de pauze
  • Starten met bronnen verzamelen
  • Deelvragen opstellen (laat ze controleren door een docent)

Slide 23 - Diapositive