Les wederkerend ww

Bonjour et bienvenue!
BLC
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Bonjour et bienvenue!
BLC

Slide 1 - Diapositive

Wederkerend werkwoord
  • Répétition: présent en passé composé
  • Futur proche 

Slide 2 - Diapositive

Exercice
Welk wederkerend woord moet je gebruiken bij de verschillende persoonlijk voornaamwoorden?

Slide 3 - Diapositive

je
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
me / m’
nous
se / s’
se / s’
vous
te / t’

Slide 4 - Question de remorquage

Vervoeg het werkwoord correct in de présent: tu (se laver)

Slide 5 - Question ouverte

Elles (s’amuser)

Slide 6 - Question ouverte

In de passé composé

Slide 7 - Diapositive

Pers. vnw. + hulpww ... + volt. dw.
Welk hulpww gebruiken we bij wederkerende werkwoorden?
A
avoir
B
être

Slide 8 - Quiz

Komt het wederkerend woord (me, te, se, nous, vous) vóór of achter het hulpww in de passé composé?
A
Ervoor
B
Erachter

Slide 9 - Quiz

Répondez à la question: Tu t’es levé(e) à quelle heure aujourd’hui?

Slide 10 - Question ouverte

Futur proche

Slide 11 - Diapositive

De regel
pers. vnw. + juiste vorm van aller  +  het hele werkwoord

Dit geldt ook voor wederkerende werkwoorden, maar je moet wel het wederkerend woord gebruiken dat bij het pers. vnw. hoort. Exemple:
Je  vais me laver
Tu  vas t’amuser à la fête

Slide 12 - Diapositive