Oefentoets

Wat zijn proletariërs?
A
Arme Romeinen
B
Slaven
C
Romeinen zonder bezit
D
Rijke Romeinen
1 / 23
suivant
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat zijn proletariërs?
A
Arme Romeinen
B
Slaven
C
Romeinen zonder bezit
D
Rijke Romeinen

Slide 1 - Quiz

De Romeinen veranderden veel in de veroverde gebieden. Wat gebeurde er niet?
A
De Romeinen bouwden nieuwe wegen
B
De Romeinen verkochten nieuwe spullen
C
De Romeinen verboden de oorspronkelijke godsdienst
D
De Romeinen brachten nieuwe kleding mee

Slide 2 - Quiz

De romeinen hebben heel Nederland bezet!
A
goed
B
fout

Slide 3 - Quiz

Noem 4 voorbeelden van romanisering.

Slide 4 - Question ouverte

➤Hoe heet de eerste keizer van het Romeinse Rijk?

Slide 5 - Question ouverte


Welke rivier in Nederland is de grens van het Romeinse rijk?

Slide 6 - Question ouverte

Rondom welke zee lag het Romeinse rijk?

Slide 7 - Question ouverte

Welke kaart is de kaart van het Romeinse rijk?

Slide 8 - Question de remorquage

Hiervan namen de Romeinen goden over
Belangrijke Romeinse legeraanvoerder
Plek in Noord- Afrika waar de Romeinen tegen vochten
Imperium Romanum

Carthago

De Grieken
Het Romeinse Rijk

Julius Caesar

Slide 9 - Question de remorquage

Juist
Onjuist
Een deel van de grenzen van het Romeinse Rijk zijn natuurlijke grenzen.
De grens rond Rome noemden de Romeinen limes.
De Germanen woonden binnen het Romeinse rijk
De mensen in het Romeinse rijk waren onderdanen van de keizer.

Slide 10 - Question de remorquage

Waarom kon de oude stad Rome uitgroeien tot een grote stad? Noem 2 oorzaken.

Slide 11 - Question ouverte

Wat is het Latijnse woord voor Romeins Rijk?
A
Impestum Patronum
B
Imperium Romanum
C
Imperius Expelliarmus
D
Imperio Romarus

Slide 12 - Quiz

Welk land veroverde Julius Caesar?
A
Israël
B
Egypte
C
Gallië
D
Nederland

Slide 13 - Quiz

Welke koning werd als laatste verjaagd?
A
Julius Caesar
B
Augustus Caesar
C
Karel de Grote
D
Targuinius Superbus

Slide 14 - Quiz

Wie werd de opvolger van Julius Caesar?
A
Marcus Antonius
B
Augustus

Slide 15 - Quiz

De Romeinen hadden verschillende vormen van bestuur, welke volgorde is juist?
A
koningstijd , republiek,keizertijd
B
Keizertijd,koningstijd, republiek
C
Republiek,keizertijd, koningstijd
D
Republiek, koningstijd, keizertijd

Slide 16 - Quiz

Hoeveel Consul(s)hadden de Romeinen in de tijd van de Republiek?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 17 - Quiz

Hoe noem je de mannen die
Caesar vermoord hebben?
A
Consuls
B
Plebejers
C
Patriciërs
D
Senatoren

Slide 18 - Quiz

De senaat/senatoren hoort in welke sociale groep?
A
patriciërs
B
plebejers
C
proletariers
D
slaven

Slide 19 - Quiz

Wie waren er in het begin van de Republiek machtiger?
A
Patriciërs
B
Plebejers

Slide 20 - Quiz

Augustus is de eerste.....
A
Legionair
B
Plebejer
C
Keizer
D
Consul

Slide 21 - Quiz

Welke zin over de klassieke cultuur is juist?
A
De klassieke cultuur is een combinatie van de Romeinse, Griekse en Egyptische culturen.
B
De klassieke cultuur is een combinatie van de Griekse en Romeinse cultuur.
C
De klassieke cultuur is een combinatie van de Romeinse en de Keltische cultuur.
D
De klassieke cultuur is vooral gebaseerd op de Romeinse cultuur.

Slide 22 - Quiz

Wat is een forum?
A
Een grote tempel
B
Een belangrijk plein
C
Het huis van iemand van adel
D
Een groot appartementengebouw

Slide 23 - Quiz