SCORE lezen, alfabet en woordenboek, 0F

Alfabet en woordenboek
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolPraktijkonderwijsMBOvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Introduction

Methode: SCORE, micro vaardigheden: alfabet & woordenboek gebruiken.

Instructions

Deze leestraining biedt ondersteuning bij het ontwikkelen van de woordenschat en lezen op microniveau: het begrijpen van de tekst op woord- en zinsniveau. 
In het volgsysteem van SCORE ziet u of leerlingen hiermee moeite hebben.

U kunt deze training verdeeld over meerdere lessen geven.

Inhoud
1. Het alfabet
2. Een woordenboek gebruiken
3. Woorden opzoeken op internet
4. Woordbetekenis raden
5. De betekenis van een uitdrukking vinden

Éléments de cette leçon

Alfabet en woordenboek

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In deze les 

1. Het alfabet
2. Een woordenboek gebruiken

Slide 2 - Diapositive

Deze les hoort bij stap 3: precies lezen.
Wat doe je wanneer je een woord niet kent?
In de volgende les bespreken we nog meer manieren om precies te lezen:
- Woordbetekenis raden
- De betekenis van een uitdrukking vinden

1 Het alfabet 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet jij over het alfabet?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de volgende letters in alfabetische volgorde
A
VUW
B
UVW
C
UWV
D
WUV

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn na K de drie volgende letters in het alfabet?
A
H- I -J
B
L-M-O
C
P-Q-S
D
L-M-N

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar staan de woorden in alfabetische volgorde?
A
tijdschrift, boek, krant
B
boek, krant ,tijdschrift
C
boek, tijdschrift, krant
D
krant, boek, tijdschrift

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


2 Een woordenboek gebruiken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gebruik je een woordenboek?
1 De woorden staan op alfabetische volgorde. 

2 Je vindt in een woordenboek:
  • wat een woord betekent
  • hoe je het woord schrijft 
  • of het een de- of het- woord is
  • wat een uitdrukking betekent.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pak je woordenboek erbij.
Zoek op: woordenboek

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 
Er staat een 'o' achter, 'woordenboek' is dus onzijdig, een het- woord

Er staat -en achter, het meervoud schrijf je dus zo: 'woordenboeken'

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je wilt het woord spectaculair opzoeken. Op welke pagina vind je dat?
A
op de pagina met de specht
B
op de pagina met speer en spelling

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek in een woordenboek: 'spectaculair'.
Op welke bladzijde vind je het?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen een tekst lezen
  1. We lezen samen een tekst.
  2. Schrijf tenminste drie woorden op die je niet kent of waar je de betekenis van op wilt gaan zoeken. 
  3. Schrijf eerst zelf de betekenis op, zonder het woordenboek te gebruiken, wat denk je dat het betekent? 
  4. Zoek de woorden op in het woordenboek.
  5. Schrijf de betekenis op het blaadje, klopt het met wat je dacht?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vragen heb je nog?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions