Prinsjesdag

Prinsjesdag
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Prinsjesdag

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al van Prinsjesdag?

Slide 2 - Carte mentale

Wat is Prinsjesdag?
A
Begin van de verkiezingen
B
Opening van het werkjaar van de 1e en 2e kamer

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

Er klopte 2 dingen niet in het filmpje
Welke twee dingen zijn dat?
A
De minister en de koets
B
De koning en de koningin
C
De hoedjes en de ridderzaal

Slide 5 - Quiz


Wanneer is het Prinsjesdag?
A
De eerste dinsdag van september.
B
De tweede dinsdag van september.
C
De derde dinsdag van september.
D
Dat is ieder jaar anders.

Slide 6 - Quiz

Waar wordt de Troonrede normaal gesproken voorgelezen?
A
Ridderzaal
B
Koningszaal
C
Paradiso
D
Paleis Noordeinde

Slide 7 - Quiz

Troonrede 2023
- Ridderzaal
- De Ridderzaal is een ontvangstzaal midden op het Binnenhof in Den Haag
- Om klokslag 13.00 uur vertrekt de Glazen Koets van Paleis Noordeinde naar de Ridderzaal

Slide 8 - Diapositive

Waar vind je het Binnenhof in Nederland?
Sleep het vlaggetje naar de goede plek en klik op controleren.
controleren

Slide 9 - Diapositive


Waarmee begint de troonrede ieder jaar?
A
Geachte aanwezigen ...
B
Yo beste matties ...
C
Hooggeëerd publiek ...
D
Leden van de Staten Generaal ...

Slide 10 - Quiz


Wat wordt er in de Troonrede bekend gemaakt?
A
De nieuwe plannen voor het komende jaar.
B
Hoeveel geld de overheid het afgelopen jaar heeft uitgegeven.
C
Wie de mooiste hoed op heeft.
D
Welke belangrijke mensen er in de Ridderzaal zitten.

Slide 11 - Quiz

Koning Willem Alexander
- Leest de troonrede voor
- Hij is politiek verantwoordelijk voor het kabinet
- Geeft advies en stelt vragen, maar de troonrede wordt geschreven door de minister-president

Slide 12 - Diapositive

Wat gebeurd er na de troonrede?
A
Gaat de koning met de kamerleden lunchen
B
Vergaderen de kamerleden met de koning over de troonrede
C
Minister van financiën gaat met koffertje naar de 2e kamer
D
Maken alle kamerleden een rondrit door Den Haag

Slide 13 - Quiz

Wie is dit?

Slide 14 - Question ouverte

Wat zit er in het koffertje?
A
Miljoenennota en Rijksbegroting
B
Overzicht van alle besluiten van afgelopen jaar
C
Overzicht van alle kosten van afgelopen jaar

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Lien

Koffertje
- Miljoenennota en Rijksbegroting overhandigt aan de 2e kamer
-Rijksbegroting: Hoeveel geld er binnenkomt en wat ze verwachten uit te geven
Miljoenennota: Uitleg over de Rijksbegroting bij de belangrijkste keuzes, plannen en uitgaven
- Goedkeuring van de begroting door 1e en 2e kamer
- Koffertje is een traditie sinds 1947: 1e begroting na de WOII
 

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Waar komt het grootste deel van de inkomsten van de overheid vandaan?
A
Zorgverzekeringen
B
Indirecte belastingen
C
Directe belastingen

Slide 19 - Quiz

Waar geeft de overheid het meeste geld aan uit?
A
Onderwijs, cultuur en wetenschap
B
Justitie & veiligheid
C
Zorg
D
Sociale zekerheid

Slide 20 - Quiz

Waar geeft de overheid het minste geld aan uit?
A
Buitenlandse zaken en internationale samenwerking
B
Landbouw, natuur en voedselkwaliteit
C
Justitie en veiligheid
D
Economische zaken en klimaat

Slide 21 - Quiz

De overheid heeft een sluitende begroting (inkomsten = uitgaven)
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Waaraan moet de overheid volgens jou meer geld aan uit geven?

Slide 23 - Question ouverte

Waaraan mag de overheid van jou wel wat minder geld uitgeven?

Slide 24 - Question ouverte

Einde van de les!

Slide 25 - Diapositive