Cette leçon contient 56 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Pak pen en papier en ga in de kring zitten
Slide 1 - Diapositive
H9 Schakeling
9.2 Parallelschakeling
P: De parallelschakeling
EO: Parallelschakeling
Slide 2 - Diapositive
Planning van de les
Herhalen H9 en samen oefenen
Slide 3 - Diapositive
9.1 Werken met weerstanden
Weerstandjes
Kleurcode
Vervangingsweerstand in serie
Rv=R1+R2+...
R=IU
Onderdelen in een schakeling:
Potmeter
NTC
LDR
Diode
LED
De rest van de onderdelen staan in 9.3
Slide 4 - Diapositive
Kleurcode weerstand
Wat is de weerstand en
hoe groot is de afwijking?
Slide 5 - Diapositive
Kleurcode weerstand
Wat is de weerstand en
hoe groot is de afwijking?
Slide 6 - Diapositive
9.1 Werken met weerstanden
Weerstandjes
Kleurcode
Vervangingsweerstand in serie
Rv=R1+R2+...
R=IU
Onderdelen in een schakeling:
Potmeter
NTC
LDR
Diode
LED
De rest van de onderdelen staan in 9.3
Slide 7 - Diapositive
Weerstand in serie schakeling
a. bereken de totale weerstand van de schakeling
b. bereken de totale stroomsterkte door de spanningsbron
c. bereken de spanning over weerstand 1 en spanning van weerstand 2
Slide 8 - Diapositive
9.2 Parallelschakelingen
Vervangingsweerstand in parallel
Rv1=R11+R21+...
R=IU
Slide 9 - Diapositive
Parallelschakeling
Bereken de stroomsterkte door de weerstand van 10 Ohm.
Bereken de totale weerstand van de schakeling.
Slide 10 - Diapositive
9.3 Automatische schakelaars
Sensor
Reedcontact
LDR
NTC
Potmeter
Verwerker
Weerstand
Diode
Relais
Transistor
Condensator
Actuator
LED
Lampje
Motor
wordt uitgelegd in 9.4
Slide 11 - Diapositive
Hoe werkt de schakeling?
Slide 12 - Diapositive
Serie schakelingen
Hoe werkt de schakeling?
Slide 13 - Diapositive
Parallel schakelingen
Hoe werkt de schakeling?
Slide 14 - Diapositive
Inbraakalarm met relais
Hoe werkt de schakeling?
Slide 15 - Diapositive
TRANSISTOR inbraakalarm
Hoe werkt de schakeling?
Slide 16 - Diapositive
Koelkastlampje
Hoe werkt de schakeling?
Slide 17 - Diapositive
Bubbelbad
De temperatuur van een bubbelbad wordt gemeten met een weerstand. Het water mag niet te heet worden. Bij een bepaalde temperatuur moet het verwarmingselement worden uitgeschakeld.
Maak de schakeling af
Slide 18 - Diapositive
9.4 Condensator
Condensator
Schakelingen met een condensator
Slide 19 - Diapositive
Lamp of led
Hoe werkt de schakeling hiernaast?
De lamp in het figuur wordt vervangen door een led.
Met welk symbool geef je een led aan?
Slide 20 - Diapositive
Ventilatorschakeling
Hoe werkt de schakeling?
Slide 21 - Diapositive
Een buitenlamp die vanzelf aangaat moet drie dingen hebben welke?
A
weerstand draad lamp
B
sensor lamp NTC
C
NTC LDR draad
D
sensor verwerker actuator
Slide 22 - Quiz
Een lamp springt aan als er iemand aankomt wat heeft deze lamp nodig ?
A
LDR
B
LTS
C
NTC
D
MTS
Slide 23 - Quiz
Wat betekend LDR
A
light dependant resistor
B
Lost dependant resistor
C
light dark resistor
D
lost dark read
Slide 24 - Quiz
In een fotocamera zit een NTC of een LDR
A
allebei
B
geen van beide
C
LDR
D
NTC
Slide 25 - Quiz
Als er licht op een LDR valt wordt de weerstand
A
lager
B
hoger
C
gelijk
D
gebeurd er niks
Slide 26 - Quiz
De temperatuur stijgt bij een NTC wat gebeurd er met de weerstand
A
hoger
B
gelijk
C
niks
D
lager
Slide 27 - Quiz
Wat gebeurt er met de stroomsterkte als de weerstand kleiner wordt.
Slide 28 - Question ouverte
9.3 Schakelen met een relais
Slide 29 - Diapositive
Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar
Slide 30 - Quiz
Wat is een voordeel van een relais?
A
Detecteren of een schakeling geopend of gesloten is.
B
De stroomrichting één kant op laten gaan.
C
Een grote stroomkring activeren met een kleine stroom.
D
De spanning verlagen tot een veilig niveau.
Slide 31 - Quiz
In een schakeling is een relais opgenomen als schakelaar. Door welk onderdeel wordt het relais bediend?
A
door het anker
B
door het
breekcontact
C
door de
elektromagneet
D
door de spoel
Slide 32 - Quiz
Gaat de lamp branden..
..als je de schakelaar
indrukt?
Slide 33 - Diapositive
Gaat de lamp branden..
Slide 34 - Diapositive
Gaat de lamp branden..
Slide 35 - Diapositive
Gaat de lamp branden..
Slide 36 - Diapositive
Gaat de lamp branden..
Slide 37 - Diapositive
Gaat de lamp branden..
Slide 38 - Diapositive
Door welke schakeling loopt de grootste stroom?
A
de Linker schakeling
B
de Rechter schakeling
C
Beide evenveel
Slide 39 - Quiz
Hoe noemt men het volgende symbool:
A
Voltmeter
B
LDR
C
Schakelaar
D
Spanningsmeter
Slide 40 - Quiz
De weerstand van een LDR kan in korte tijd sterk veranderen. Wanneer wordt de weerstand van een LDR kleiner?
A
Meer licht op de LDR
B
Minder licht op de LDR
C
Temperatuur van de LDR daalt
D
Temperatuur van de LDR stijgt
Slide 41 - Quiz
Wanneer er meer licht op een LDR valt, wordt de weerstand ...... en de stroomsterkte door de LDR ......
A
Groter, Kleiner
B
Kleiner, Groter
C
Groter, Blijft Gelijk
D
Kleiner, Kleiner
Slide 42 - Quiz
De weerstand van een NTC kan in korte tijd sterk veranderen. Wanneer wordt de weerstand van een NTC groter?
A
Meer licht op de NTC
B
Minder licht op de NTC
C
Temperatuur van de NTC daalt.
D
Temperatuur van de NTC stijgt.
Slide 43 - Quiz
Reedcontact
Diode
Batterij
Spanningsbron
(wisselspanning)
Relais
LED
Slide 44 - Question de remorquage
Wat is een diode?
A
Een soort lampje
B
Een weerstand
C
een elektronisch onderdeel dat de stroom maar één richting doorlaat
D
Een stroombron
Slide 45 - Quiz
Wat is er bijzonder aan een LED licht
A
Het kan meer spanning aan
B
Het kan meer stroomsterkte aan
C
De stroom kan maar in 1 richting er doorheen
D
De stroom kan in alle richtingen er doorheen
Slide 46 - Quiz
Koppel de juiste schakelsymbolen
NTC
LDR
Diode
LED
Slide 47 - Question de remorquage
Wat is geen stroomrichting in een transistor
A
basis --> collector
B
basis --> emitter
C
Collector - Emitter
Slide 48 - Quiz
Een transistor wordt opgenomen als schakelaar. Door welk onderdeel wordt de transistor bediend?
A
Door de basis
B
Door de emitter
C
Door de collector
D
Door een draadje
Slide 49 - Quiz
Sleep de woorden op de juiste symbolen
NTC
Lamp
Relais
Transistor
LDR
Slide 50 - Question de remorquage
Sleep de namen naar de juiste beschrijving
Laat maar in 1 richting stroom door
Weerstand neemt toe als de temperatuur toeneemt
Weerstand neemt af als de temperatuur toeneemt
Een constante weerstand
Weerstand neemt af als de lichtintensiteit toeneemt
LDR
Ohmse weerstand
NTC
PTC
Diode
Slide 51 - Question de remorquage
Een transistor heeft een aan- en een uit-stand. Welke stromen lopen er in de aan-stand door de transistor?
A
basis -> emitter
collector -> emitter
B
basis -> collector
basis -> emitter
C
collector -> emitter
basis -> collector
Slide 52 - Quiz
Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar
Slide 53 - Quiz
Hoe noemt men het volgende symbool:
A
Voltmeter
B
LDR
C
Schakelaar
D
Spanningsmeter
Slide 54 - Quiz
Een deurbelbeveiliging wordt met een reedcontact op de deurpost gemaakt. Als de deur opengaat, beweegt de magneet van het reedcontact af. a. Het reedcontact staat hierdoor in de
A
AAN-stand
B
UIT-stand
Slide 55 - Quiz
Een deurbelbeveiliging wordt met een reedcontact op de deurpost gemaakt. Als de deur opengaat, beweegt de magneet van het reedcontact af. b. De stroom door de basis neemt daardoor