Huiswerk H3g 20 januari - Oefenen beeldspraak + stijlfiguren

In deze LessonUp-les...
...oefen je met beeldspraak en stijlfiguren.

Het is huiswerk voor woensdag 20 januari.
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

In deze LessonUp-les...
...oefen je met beeldspraak en stijlfiguren.

Het is huiswerk voor woensdag 20 januari.

Slide 1 - Diapositive

Trouwens..
...op ELO vind je een overzicht met de stijlfiguren en beeldspraak die je moet kennen (onder speciaal voor H3g).

De uitleg en voorbeelden staan er niet bij. 
Tip: vul zelf het overzicht aan met uitleg en voorbeelden, zodat je een mooie samenvatting hebt. 

Slide 2 - Diapositive

En dan nu oefenen...
Bij de volgende opdrachten zie je steeds een plaatje (van een tweet, krantenkop, gedichtje, etc.) met een stijlfiguur. Op de slide erna geef je aan om wat voor soort stijlfiguur het gaat. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

1. Welk stijlfiguur staat in het berichtje op de vorige slide?
A
herhaling
B
metafoor
C
hyperbool
D
opsomming

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

2. Welk stijlfiguur staat in het onderschrift bij de foto's op de vorige slide?
A
understatement
B
metafoor
C
hyperbool
D
eufemisme

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

3. Welk stijlfiguur staat in de tweet op de vorige slide?
A
herhaling
B
climax
C
opsomming
D
drieslag

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

4. Welk stijlfiguur staat in het gedichtje op de vorige slide?
A
herhaling
B
climax
C
anticlimax
D
drieslag

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

5. Welk stijlfiguur staat in de krantenkop op de vorige slide?
A
herhaling
B
metafoor
C
hyperbool
D
opsomming

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

6. Welk stijlfiguur staat in het berichtje op de vorige slide?
A
understatement
B
metafoor
C
hyperbool
D
eufemisme

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

7. Welk stijlfiguur staat in de tweet op de vorige slide?
A
herhaling
B
vergelijking
C
eufemisme
D
metafoor

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

8. Welk stijlfiguur staat in de tweet op de vorige slide?
A
herhaling
B
climax
C
anticlimax
D
drieslag

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

9. Welk stijlfiguur staat in het berichtje op de vorige slide?
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool
D
metafoor

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

10. Welk stijlfiguur staat in het citaat op de vorige slide? (Het nieuwsbericht gaat over een autovrij stadscentrum)
A
herhaling
B
vergelijking
C
eufemisme
D
metafoor

Slide 23 - Quiz

Klaar!

Slide 24 - Diapositive