Quiz par. 1.1 + 1.2

Het vlakke figuur heeft:
• vier hoeken.
• geen evenwijdige zijden.
• geen symmetrieas
1 / 12
suivant
Slide 1: Question ouverte
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Het vlakke figuur heeft:
• vier hoeken.
• geen evenwijdige zijden.
• geen symmetrieas

Slide 1 - Question ouverte

Het vlakke figuur heeft:
• vier hoeken
• zijden die allemaal even lang zijn
• hoeken die allemaal recht zijn

Slide 2 - Question ouverte

Het vlakke figuur heeft:
• drie hoeken.
• geen rechte hoeken
• twee even lange zijden

Slide 3 - Question ouverte

Het vlakke figuur heeft:
• drie hoeken.
• een rechte hoek
• geen even lange zijden

Slide 4 - Question ouverte

Dit vlakke figuur heeft:
• drie zijden
• een rechte hoek
• twee zijden die even lang zijn
A
Rechthoekige driehoek
B
Gelijkbenige rechthoekige driehoek
C
Gelijkzijdige driehoek
D
Gelijkbenige driehoek

Slide 5 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• drie zijden
• drie hoeken
• één rechte hoek
• zijden die niet even lang zijn
A
Gelijkbenige driehoek
B
Gelijkzijdige driehoek
C
Rechthoekige driehoek
D
Gelijkbenige rechthoekige driehoek

Slide 6 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• vier zijden
• zijden die allemaal even lang zijn
• hoeken die niet recht zijn
A
Vierkant
B
Ruit
C
Rechthoek
D
Vlieger

Slide 7 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• geen hoeken
• een ronde vorm
A
Ellips
B
Gewone driehoek
C
Cirkel
D
Onbekende figuur

Slide 8 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• geen hoeken
• een straal en diameter die overal gelijk is
A
Ovaal
B
Gewone driehoek
C
Cirkel
D
Onbekende figuur

Slide 9 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• geen hoeken
• de vorm van een rondje
A
Vierkant
B
Ellips
C
Cirkel
D
Parallellogram

Slide 10 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft:
• vier hoeken
• geen evenwijdige zijden
• één symmetrieas.

A
Vierkant
B
Vlieger
C
Rechthoek
D
Gewone vierhoek

Slide 11 - Quiz

Lesdoelen
Ik weet welke vormen een grensvlak kunnen hebben.
Ik weet wat een grensvlak is
Ik ken de benaming van de ruimtefiguren. Ik kan de ruimtefiguren benoemen.

Slide 12 - Diapositive