Verhoudingen 1

Welkom!

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?

  1. Je leert wat verhoudingen zijn
  2. Je leert wat een verhoudingstabel is en hoe je die kunt gebruiken
  3. Hoe je kunt verkleinen en vergroten


Slide 2 - Diapositive

Vorige les
We hebben het gehad over decimale getallen en breuken
Wat zijn decimale getallen? 
Wat zijn breuken

Slide 3 - Diapositive

Wat zijn verhoudingen?

Slide 4 - Carte mentale

Verhoudingen
Een verhouding is een rekenkundig verband tussen twee getallen
Vb. prijs per stuk, ingrediënten per persoon, enz

Om hier makkelijk mee te rekenen maken we gebruik van een verhoudingstabel

Slide 5 - Diapositive

Hoe maak je een verhoudingstabel? 
Vb. Op een school met 300 leerlingen hebben 40 leerlingen groene ogen. Hoeveel leerlingen zullen volgens deze verhouding groene ogen in een klas van 30? 

Slide 6 - Diapositive

Hoe maak je een verhoudingstabel? 
Vb. Op een school met 300 leerlingen hebben 40 leerlingen groene ogen. Hoeveel leerlingen zullen volgens deze verhouding groene ogen in een klas van 30? 

Slide 7 - Diapositive

Hoe maak je een verhoudingstabel? 
Vb. Op een school met 300 leerlingen hebben 40 leerlingen groene ogen. Hoeveel leerlingen zullen volgens deze verhouding groene ogen in een klas van 30? 
Totaal
Groen
School
Klas 

Slide 8 - Diapositive

Hoe maak je een verhoudingstabel? 
Vb. Op een school met 300 leerlingen hebben 40 leerlingen groene ogen. Hoeveel leerlingen zullen volgens deze verhouding groene ogen in een klas van 30? 
Totaal
Groen
School
300
40
Klas 
30
?

Slide 9 - Diapositive

Hoe reken je met een verhoudingstabel 
1. Kijk in de tabel voor iets dat opvalt 
2. Voeg een eenheidstabel toe 
3. Kruislings vermenigvuldigen  

Slide 10 - Diapositive

Wat valt op?
Totaal
Groen
School
300
40
Klas 
30
?
300:10 = 30 De klas is dus 10x zo klein als de school. 
40:10 = 4 Er zouden dus 4 leerlingen zijn met groene ogen per klas. 

Slide 11 - Diapositive

In één bioscoopzaal met 70 bezoekers eten er 15 popcorn. In totaal zijn er 60 porties popcorn verkocht.

Hoeveel bezoekers waren er die avond bij Foroxity?

Slide 12 - Question ouverte

2. Voeg een eenheidstabel toe
Appels 
zak 
doosje 
Prijs (€)
2,-
Aantal 
10
Reken met een eenheidstabel
Hoeveel betaal je voor 1 appel? 
1

Slide 13 - Diapositive

2. Voeg een eenheidstabel toe
Appels 
zak 
doosje 
Prijs (€)
2,-
Aantal 
10
Reken met een eenheidstabel
Hoeveel betaal je voor 1 appel? Als 10 appels 2,- kosten, 
kost 1 appel 2,- : 10 = 0,20 
0,20
1

Slide 14 - Diapositive

2. Voeg een eenheidstabel toe
Appels 
zak 
doosje 
Prijs (€)
2,-
0,80
Aantal 
10
Reken met een eenheidstabel
Hoeveel betaal je voor 1 appel? Als 10 appels 2,00 kosten, 
kost 1 appel 2,- : 10 = 0,20.
Dan kosten 4 appels 0,20 x 4 = 0,80. 
0,20
1

Slide 15 - Diapositive

Ga naar de opdrachten 
in studiemeter
Bekijk een instructievideo in studiemeter

Slide 16 - Diapositive

Op dit moment kost 3 gram goud €124,50.

Voor 17 gram goud krijg je dus € ..... .

Slide 17 - Question ouverte

3. Kruislings vermenigvuldigen 
Dit is een regel die ALTIJD toegepast kan worden. 
Je verhoudingstabel moet wel kloppen 
500
200
123

Slide 18 - Diapositive

3. Kruislings vermenigvuldigen 
Dit is een regel die ALTIJD toegepast kan worden. 
Je verhoudingstabel moet wel kloppen 
?
500
200
123

Slide 19 - Diapositive

3. Kruislings vermenigvuldigen 
?
500
200
123
Vermenigvuldig de twee getallen die tegenover elkaar staan. Deel hierna door het getal tegenover het vraagteken.

? = 200 x 500 : 123 

Slide 20 - Diapositive

Voor een recept van 12 koekjes heb je 112g boter nodig. Hoeveel boter is er nodig voor 21 koekjes?

Slide 21 - Question ouverte

Breuken en verhoudingen
Rekenen met breuken, maar dan met rekenmachine. 
vb. Ik heb dit weekend       van gekeken van Seizoen 3.  


Elk seizoen heeft 10 afleveringen. 
Hoeveel afleveringen heb ik gister gekeken?   
Hoeveel afleveringen heb ik in totaal gezien als ik gister begonnen ben aan S3? Hoeveel tijd heeft dit geduurd als een aflevering 50 min duurt?
51

Slide 22 - Diapositive

Verdelingen
Verdelingen zijn speciale verhoudingen waarbij je kijkt naar de losse delen en minder naar het totaal.

Vb. Ranja:  op de fles staat de verdeling 1:7 

Wat betekend dit?

Slide 23 - Diapositive

Ranja 1:7 
1 deel siroop en 7 delen water 
geeft 8 delen ranja. 
Siroop 
1
Water 
7
Ranja
8

Slide 24 - Diapositive

Ranja 1:7 
Welke vraag zou je hierbij kunnen stellen? 
Siroop 
1
700 ml = 1 fles
Water 
7
Ranja
8

Slide 25 - Diapositive

Ranja 1:7 
Hoeveel water heb je nodig voor een fles siroop?
Hoeveel ranja maak je met een fles siroop?
Siroop 
1
700 ml 
Water 
7
7 x 700 = 4900 ml
Ranja
8
8 x 800 = 5600 ml

Slide 26 - Diapositive

Hoeveel ml siroop heb je nodig voor een glas van 250 ml 
Siroop 
1
Water 
7
Ranja
8

Slide 27 - Diapositive

Hoeveel ml water heb je nodig voor een glas ranja van 250 ml.  
Siroop 
1
Water 
7
Ranja
8
250 ml

Slide 28 - Diapositive

Hoeveel ml water heb je nodig voor een glas ranja van 250 ml.  
Siroop 
1
250 : 8 = 31,25 ml
Water 
7
250 - 31,25 = 218,75 ml
Ranja
8
250 ml

Slide 29 - Diapositive


Vul in: = , > (groter dan) , < (kleiner dan)

30% van 5000 ... 80% van 1875

A
=
B
>
C
<
D
?

Slide 30 - Quiz


Vul in: = , > (groter dan) , < (kleiner dan)

101% van 2200 ... 99% van 2300

A
=
B
>
C
<
D
?

Slide 31 - Quiz

Voor volgende les
HS Verhoudingen: 
          • Vergroten en verkleinen
          • Breuken en verhoudingen
          • Verdelingen 


Slide 32 - Diapositive