Herhaling H6 en H8 ecologie

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

H6 en H8 Ecologie

pak blz 192 voor je

telefoon in je tas, tas op het rek

Noem vijf dikgedrukte begrippen uit H6 en H8

H6

soort , binominale naamgeving, taxonomie, populatie, beperkende factor, ver- en ontsnippering, biotische factoren, abiotische factoren, habitat, optimum, tolerantiegrenzen, niche, adaptatie, predator-prooirelatie, voedselketen, voedselweb, accumulatie, symbiose, commensalisme, mutualisme, parasitisme  

H8

ecosystemen, anorganische stoffen, organische stoffen, producenten, consumenten, reducenten, draagkracht, fotosynthese, omnivoren, herbivoren, biomassa, energiestroomschema, heterotroof, autotroof, BPP, NPP, humuslaag, aeroob, anaeroob, koolstofkringloop, dissimilatie, stikstofkringloop, successie, pionier stadium, subclimaxstadium, climaxstadium 

Biotisch of abiotisch?

1. biotisch
2. abiotisch

Wat is geen biotische factor?

1. insecten
2. boom
3. ziekteverwerker
4. water

wat zijn biotische factoren?

1. invloeden die afkomstig zijn van organismen
2. invloeden die afkomstig zijn van de levenloze natuur

Biotisch of Abiotisch?

1. Abiotisch
2. biotisch

Wat is de Latijnse naamgeving voor het vogelbekdier?

1. Pandion Haliaetus
2. phascolarctos Cinereus
3. equus quagga
4. Ornithorhynchus anatinus

Een populatie is een

1. Verzamelnaam voor alle dieren in een bepaald gebied
2. Verzameling van individuen van één soort in een bepaald gebied
3. Verzamelnaam voor alle dieren en planten in een bepaald gebied
4. Een groep dieren die voedsel voor elkaar zijn

In Nederland komt de Blauwe reiger voor. Door klimaatverandering komt ook de Kleine zilverreiger steeds vaker in Nederland voor. In de afbeelding staan twee curven getekend die de tolerantiegrenzen van de Blauwe reiger en de Kleine zilverreiger voorstellen ten aanzien van de temperatuur.

Welke curve, P of Q, hoort bij de Blauwe reiger?

1. P
2. Q

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme
4. Geen symbiose maar predatie

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme

Producenten

Voedselketen

Reducenten

Voedselweb

Consumenten

In een energiestroomschema is A/I de:

1. productiviteits-efficiëntie
2. energieopname op trofisch niveau n
3. energieverlies door respiratie
4. assimilatie efficiëntie

Biodiversiteit neemt toe, vegetatie vertoont gelaagdheid, creëert nieuwe niches, steeds meer competitie

abiotische factoren constant,

biodiversiteit hoog, veel biomassa

NPP even groot als afbraak, kringloop stoffen gesloten 

extreme abiotische omstandigheden

Pionierecosysteem

Successie: 

Climaxecosysteem:

Pioniersecosystemen en climaxecosystemen hebben elk hun eigen kenmerken en eigenschappen.

Sleep de volgende beschrijving naar het bijbehorende type ecosysteem

pioniersecosysteem

climaxecosysteem

kleine biodiversiteit

de BPP is groter dan de NPP

abiotische factoren zijn vrij constant

veel niches zijn vrij, nieuwe soorten vestigen zich makkelijk

de elementenkringlopen zijn gesloten

er is nauwelijks sprake van gelaagdheid

Stikstofkringloop (Binas tabel 93G)

Aeroob

Anaeroob

Denitrificatie

Ammonificatie

Deammonificatie

Fotochemische stikstoffixatie

Nitrificatie