8.4 BK Geluidshinder
1 / 24
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Meter 1 wijst 50 decibel aan. Meter 2 wijst 90 decibel aan.
Hoe zie je dat?
Hoe zie je dat?
A
Aan de stand van de wijzer.
B
De wijzer geeft 50 maar ook 90 decibel aan.
C
50 dB omdat de keuzeknop op 'Lo' staat
D
50 dB omdat de keuzeknop op 'Hi' staat
Slide 15 - Quiz
Een geluid van 90 dB ligt ver onder de pijngrens. Hoe komt het dat een geluid van 90 dB je gehoor kan beschadigen?
A
Je hoort het geluid voor het eerst.
B
Je hebt het geluid te lang gehoord.
C
Je hebt het geluid even gehoord.
D
Je bent wakker geworden van het geluid
Slide 16 - Quiz
Bij welke geluidssterkte moet je altijd gehoorbeschermers dragen?
A
20 dB
B
50 dB
C
80 dB
D
120 dB
Slide 17 - Quiz
Welk geluid hinderlijk is, is voor iedereen verschillend.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Geluidshinder is irritant, maar niet schadelijk voor je gezondheid.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Wat kan je doen tegen gehoorschade?
A
oordoppen dragen
B
geluid niet te hard zetten
C
gehoorbescherming dragen
D
alles
Slide 20 - Quiz
Wanneer krijg je direct gehoorschade?
A
90 dB
B
60 dB
C
130 dB
D
140 dB
Slide 21 - Quiz
Wat is gehoorschade?
A
Een verkleining van het oor
B
Een verhoogde gevoeligheid voor geluid
C
Een tijdelijke vermindering van het gehoor
D
Een permanente beschadiging van het gehoor
Slide 22 - Quiz
Wat is tinnitus?
A
Weinig horen
B
Piepend geluid
Slide 23 - Quiz
Hoe heet een blijvende piep of suisgeluid in de oren?
A
frequentie
B
decibel
C
Tinnitus
D
doofheid
