Regelmatige ww op -er - 1AHA - chapitre 2

Aujourd'hui...
  • Voca A & B
  • Grammaire


Doel: aan het einde van de les kun je een werkwoord wat eindigt op -er vervoegen.
Mercredi 8 décembre
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Aujourd'hui...
  • Voca A & B
  • Grammaire


Doel: aan het einde van de les kun je een werkwoord wat eindigt op -er vervoegen.
Mercredi 8 décembre

Slide 1 - Diapositive

Voca A & B
We gaan kort de woordjes van A en B herhalen. 

Ga naar slimstampen
en oefen de woordjes. 
Zet de timer aan.
timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

bron D - chapitre 2
WERKWOORDEN OP -ER

Slide 3 - Diapositive

REGELmatige werkwoorden
'regelmatig' omdat...
  • je alle werkwoorden die eindigen op -er op dezelfde manier vormt.
  • er vaste regels zijn om de werkwoorden te vormen.
  • je aan elke vorm kunt zien bij welk werkwoord het hoort. 

Slide 4 - Diapositive

Ken je al een paar werkwoorden op -er?
werkwoorden op -er

Slide 5 - Carte mentale

Regelmatige ww op -er
De meeste werkwoorden in het Frans eindigen op -ER
Bijvoorbeeld:
  • danser
  • travailler
  • donner
Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Dit noemen we de regelmatige werkwoorden op-er. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Hoe vervoeg je een 
werkwoord op -er?!
Je volgt 2 stappen.

Stap 1: je neemt de stam van het werkwoord 

Stap 2: je zet er een uitgang achter. 

Slide 8 - Diapositive

Stap 1: De stam
De stam van het werkwoord maak je door -ER van het hele werkwoord af te halen. Later plak je hier de uitgangen achter...

Bijvoorbeeld:
parler --> parl
danser --> dans

Slide 9 - Diapositive

je (ik)
+ e
tu (jij)
+ es
il (hij)
+ e
elle (zij)
+ e
on (men/we)
+ e
nous (wij)
+ ons
vous (jullie/u)
+ ez
ils (zij, mnl)
+ ent
elles (zij, vrl)
+ ent
Stap 2:
Uitgangen

Zet de juiste uitgang achter de stam.

Slide 10 - Diapositive

Laten we oefenen!

Slide 11 - Diapositive

Wat is de stam van parler?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de stam van marcher?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de stam van danser?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is de stam van inviter?

Slide 15 - Question ouverte

Sleep de uitgangen naar de juiste plek!

Je
Tu
Il
Nous
Vous
Ils
E
ES
E
ONS
EZ
ENT

Slide 16 - Question de remorquage

Zet in de goede vorm:
tu (regarder) ____________
A
regarde
B
regardes
C
regardons
D
regardent

Slide 17 - Quiz

Zet in de goede vorm:
vous (arriver) ____________
A
arrive
B
arrives
C
arrivons
D
arrivez

Slide 18 - Quiz

Zet in de goede vorm:
ils (gagner) ____________
A
gagnes
B
gagnons
C
gagnent
D
gagnez

Slide 19 - Quiz

Zet in de goede vorm:
nous (trouver) ____________
A
trouvez
B
trouvons
C
trouves
D
trouvent

Slide 20 - Quiz

donner - tu ...
A
donner
B
donne
C
donnes
D
donnons

Slide 21 - Quiz

demander - nous ...
A
demandez
B
demandent
C
demandons
D
demande

Slide 22 - Quiz

manger - je ...
A
manger
B
mangez
C
manges
D
mange

Slide 23 - Quiz

danser - elle ...
A
dansons
B
danses
C
danse
D
dansez

Slide 24 - Quiz

parler - vous ...
A
parlez
B
parlons
C
parlent
D
parle

Slide 25 - Quiz

vertaal:
hij praat
A
il parles
B
il parlons
C
il parler
D
il parle

Slide 26 - Quiz

vertaal:
jij zoekt
A
tu cherches
B
tu cherche
C
tu cherchons
D
tu cherchez

Slide 27 - Quiz

Ik ken de regel om regelmatige werkwoorden op -er te vervoegen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Sondage

Les devoirs
Apprendre (leren): 
de regel van werkwoorden
 op -er + uitgangen

Faire (maken): 
ex. 16abd, 17abc+ 18a blz. 72


Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive