EHBO Quiz

                        
                                           Kennisquiz EHBO
Kennisquiz EHBO
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

                        
                                           Kennisquiz EHBO
Kennisquiz EHBO

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


1. Hoeveel belangrijke punten zijn er bij EHBO?
A
6
B
5
C
4
D
3

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


2. Welke basisregel van de EHBO is juist?
A
Haal direct een AED
B
Let op gevaar
C
Bel de conciërge
D
Zorg voor de omstanders

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


3. Kan je altijd 112 bellen?
A
Nee, ik moet beltegoed hebben
B
Nee, ik moet een SIM-kaart hebben
C
Nee, ik moet beltegoed + een SIM-kaart hebben
D
Ja, ik kan ALTIJD 112 bellen (met batterij)

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


4. Wie verleent EHBO?
A
Iedereen
B
Personeel in het ziekenhuis
C
Politie, brandweer en ambulance
D
Alleen mensen met een EHBO-diploma

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


5. Wat is de eerste hulp bij een acute bloeding?
A
Druk op de wond uitoefenen, 112 bellen
B
Lichaamsdeel hooghouden
C
Tourniquet aanbrengen
D
Verbinden met een snelverband

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

6. Je treft een student aan op de vloer van het toilet.
Je schudt aan haar schouders maar krijgt geen reactie.
Wat doe je als eerste?
A
Ademhaling controleren
B
112 (laten) bellen
C
Starten met reanimatie
D
Een kussen onder het hoofd leggen

Slide 7 - Quiz

Als iemand niet reageert, dan moet je meteen 112 (laten) bellen! Roep ook hard om hulp, zodat mensen je mogelijk horen en kunnen komen helpen. Controleer nu de ademhaling. Ademt ze niet, start dan zelf met de reanimatie. Dat zullen de mensen van 112 ook stap voor stap vertellen. 
7. Je bent te laat voor het werk en rijdt met snelheid de parkeerplaats op. Je bent even afgeleid en hoort een klap.
Er ligt een student bewusteloos op de grond.
Wat doe je?
A
Je haalt de conciërge op
B
112 bellen
C
De auto wegrijden
D
Het slachtoffer verplaatsen

Slide 8 - Quiz

Je ziet dat iemand niet reageert en je ziet dat het een ongeluk is. Dan moet je meteen 112 bellen! Verplaatsen mag niet, de situatie is niet onveilig want de auto staat stil. Je hebt geen tijd om je handen te wassen en je moet meteen helpen/iets doen, dus wachten en kijken heeft ook geen zin.
8. Studenten van de opleiding Retailmanager gaan op studiereis naar Suriname. Moeten de studenten worden ingeënt tegen Tetanus?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Een student is uitgegleden met zijn fiets op de parkeerplaats.
Hij heeft een schaafwond.
Wat doe je?
A
Een pleister op de wond plakken
B
De wond onder lauw stromend water houden
C
Desinfectans erop doen
D
Een verband er omheen

Slide 10 - Quiz

Altijd eerst de wond schoon spoelen. Daarna maak je de omgeving van de wond voorzichtig droog en als het nodig is, dan kan er een verbande op met een gaas eronder zodat het niet vast plakt. Het is beter om de wond aan de lucht te laten drogen. Let erop dat je werkt met handschoenen i.v.m. infecties.
10. Je collega is uitgegleden op de parkeerplaats.
De collega kan niet staan en het been heeft een onnatuurlijke stand.
Wat is er waarschijnlijk aan de hand?
A
Het bovenbeen is gebroken
B
Er is sprake van een kneuzing
C
Heupfractuur
D
Er is een inwendige bloeding

Slide 11 - Quiz

Als iets een verkeerde kant op staat en iemand kan het niet bewegen of er op leunen, dan is het vaak gebroken. Beweeg iemand niet! Bel eerst naar de huisarts/huisartsenpost en vraag wat je moet doen.
11. Jan verslikt zich in een pindarotsje.
Je probeert hem te laten hoesten, maar dat lukt niet.
Wat doe je?
A
Je vraagt of Jan een notenallergie heeft en legt een EpiPen klaar
B
5 stoten op de rug geven
C
5 buikstoten geven
D
Water laten drinken

Slide 12 - Quiz

Als hoesten niet helpt, geef dan eerst 5 stoten (slaande beweging van onder naar boven tussen de schouderbladen) op de rug. Werkt dat ook niet, dan doe je buikstoten (ook wel bekend als de greep van Heimlich). Als het dan nog steeds niet werkt, dan moet je meteen 112 bellen. 

12. Brandwonden ontstaan door;
A
Het sap van een berenklauw (plant)
B
Hete thee
C
Elektriciteit
D
alle genoemde antwoorden zijn juist

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


13. Wat is de reden om een slachtoffer in de stabiele zijligging te leggen?
A
Betere bloedtoevoer naar de hersenen
B
Om de ademhaling te stabiliseren
C
Om rug- en/of nekletsel te stabiliseren
D
Zodat je de rugzijde van het slachtoffer kunt onderzoeken

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

14. Stelling A:
Bij het wikkelen van het verband kijkt men in de rol
Stelling B:
Verband wordt gewikkeld van het hart af
A
stelling A is juist
B
stelling B is juist
C
beide stellingen zijn juist
D
beide stellingen zijn onjuist

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


15. In geval van shock is de huid...
A
bleek & klam
B
warm
C
gemarmerd
D
vurig rood

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


16. Tijdens een reanimatie maak je de luchtweg vrij door...
A
stabiele zijligging
B
Chin lift
C
Heimlich
D
Beademing

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


17. Welke brandwonden doen
het minste pijn?
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


18. Een groot stuk glas haal je wel of niet uit de wond?
A
Wel
B
Niet

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


19. Druk uitoefenen op de wond mag met een theedoek.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


20. Tijdens een ouder gesprek wordt de vader onwel. Hij heeft een 'niet reanimeren tatoeage' op zijn borst. Mag je starten met BLS?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions