4.1 Herhaling 1

4.1 Oorlog in Europa
1939-1945 
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

4.1 Oorlog in Europa
1939-1945 

Slide 1 - Diapositive

Planning
Herhalen
Zelfstandig aan de slag
Nakijken

Slide 2 - Diapositive

Het begin van de oorlog
  • Hiter komt aan de macht 1933      ---> wil zorgen voor meer leefruimte en rijkdom voor zijn land. 

  • Hitler hield zich niet aan het Verdrag van Versailles
  • FRA & ENG deden niets -->wilden geen oorlog. willen doormiddel van  Diplomatie (overleg) een oorlog voorkomen. 

  • Ze gaven Hitler zijn zin!  Hitler kreeg Sudetenland.  MAAAAR

Slide 3 - Diapositive

1 sept. 1939

Duitsland valt Polen binnen!


Frankrijk en Verenigd koninkrijk verklaren nu de  oorlog aan Duitsland. 

Slide 4 - Diapositive

1

Slide 5 - Vidéo

Blitzkrieg in West-Europa
Blitzkrieg = snelle manier van aanvallen

Duitsland verovert de volgende landen in rap tempo 
* maart 1940 Denemarken & Noorwegen
* mei 1940 Nederland, België en Frankrijk binnen


Slide 6 - Diapositive

Hoe verloor Duitsland uiteindelijk de oorlog?
 ---> Keerpunten = gebeurtenissen die beslissend waren in het verlies van Duitsland

Er zijn twee keerpunten

Slide 7 - Diapositive

Keerpunt 1 
1941: Duitsland valt de Sovjet-Unie binnen

1943 Russische leger wint de slag om  Stalingrad

1945 Sovjet-Unie verovert Berlijn 


Slide 8 - Diapositive

Keerpunt 2 
6 juni 1944: D-Day (Decision Day)

Verenigde staten      Canada                   Groot-Brittannië 

130.000 soldaten landen op de stranden van Normandie (Frankrijk)

Slide 9 - Diapositive

Einde oorlog
8 mei 1945: Duitsland capituleert


Hitler heeft ondertussen zelfmoord gepleegd

Slide 10 - Diapositive

https://schooltv.nl/video/high-speed-history-wat-was-de-holocaust/playlist/313/

Slide 11 - Diapositive

Antisemitisme
  • Antisemitisme = Jodenhaat

1. Discriminatie en uitsluiting
2. Razzia's (georganiseerde jacht op mensen)
3.Doorgangskampen


Slide 12 - Diapositive

Antisemitisme
4. Gedeporteerd




Deze volkerenmoord 
noemen we de Holocaust
Werkkampen
Vernietigings
kampen

Slide 13 - Diapositive

Wat betekent capituleren?
A
Gebied veroveren
B
Snelle aanval
C
Overleg tussen staten
D
Overgeven

Slide 14 - Quiz

Wat betekent het begrip Blitzkrieg?
A
Overleg tussen Staten
B
Je overgeven aan de vijand
C
Dit was een Duits gevechtsvliegtuig
D
Een bliksemoorlog (snelle aanval)

Slide 15 - Quiz

De aanval op welk land start de Tweede Wereldoorlog?
A
Oostenrijk
B
Tsjechië
C
Polen
D
Frankrijk

Slide 16 - Quiz

Wat is GEEN keerpunt uit de Tweede Wereldoorlog?
A
Bombardement van Rotterdam
B
D-Day
C
Invasie van de Sovjet-Unie

Slide 17 - Quiz

Geallieerden
As- landen

Slide 18 - Question de remorquage

Wat betekent antisemitisme?

Slide 19 - Question ouverte

Tijdens de Holocaust zijn alleen Joden vermoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

De Nazi's startten de Holocaust door
A
Razzia's uit te voeren
B
Joden te deporteren
C
Joden te concentreren

Slide 21 - Quiz

Zelfstandig werken
MAKEN
Opdracht 1 t/m 2 
Blz. 123

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo