3. Rente: hoe bereken je dat (lenen)

Rente: hoe bereken je dat (lenen)?
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Rente: hoe bereken je dat (lenen)?

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
• Je kunt uitleggen wat ‘kredietkosten’ zijn
• Je kunt kredietkosten berekenen.
• Je kunt het verband uitleggen tussen rente (op lenen) en de kredietkosten

Slide 2 - Diapositive

Kredietkosten
FORMULE:
totale bedrag terugbetaald - lening = kredietkosten

Slide 3 - Diapositive

Totaal bedrag terugbetaald
Het totale bedrag dat is betaald is altijd meer dan het bedrag dat is geleend. Hoe kan dat? 

Je betaalt ook rente over het geleende bedrag.
Hoeveel rente je betaalt, is niet altijd even duidelijk. 

Slide 4 - Diapositive

Kredietkosten
Hoe bereken je de kredietkosten:
(aantal termijnen x termijnbedrag) - lening = kredietkosten

Slide 5 - Diapositive

Kredietkosten
Hoe hoog zijn de kredietkosten als ik € 1.000 leen en dit in 2 jaar afbetaal?
€ 130,88

Slide 6 - Diapositive

Kredietkosten
Hoe hoog zijn de kredietkosten als ik € 1.000
leen en dit in 2 jaar afbetaal?

Betaald24 x 47,12 = € 1.130,88
Geleend:                         € 1.000,00 -
Kredietkosten:             €    130,88

Slide 7 - Diapositive

Kredietkosten
Hoe hoog zijn de kredietkosten als ik € 1.000
leen en dit in 1 jaar afbetaal?

Betaald12 x 88,90 = € 1.066,80
Geleend:                         € 1.000,00 -
Kredietkosten:             €      66,80

Slide 8 - Diapositive

Kredietkosten en rente
Uit het vorige voorbeeld:
Betaald: 12 x 88,90 = € 1.066,80
Geleend:                         € 1.000,00 -
Kredietkosten:                  € 66,80
Hoeveel procent rente heb ik nu betaald over deze lening?


6,7%

Slide 9 - Diapositive

Kredietkosten en rente
Afbetalen in één jaar:
Geleend:                         € 1.000,00 -
Kredietkosten:                  € 66,80
€ 66,80 ÷ € 1.000 x 100 =      6,7%




Slide 10 - Diapositive

Kredietkosten en rente
Afbetalen in twee jaar:
Geleend:                         € 1.000,00 -
Kredietkosten:             €    130,88
€ 130,88 ÷ € 1.000 x 100 =      13,1% (over twee jaar)
Voor het gemak (is rekenkundig NIET juist) is dat per jaar 6,6%




Slide 11 - Diapositive

Rente en kredietkosten
 Kredietkosten worden veroorzaakt door:
  • de rente die je betaalt over je lening (hoe hoger de rente, hoe hoger dus ook de kredietkosten)
  • de looptijd van je lening (hoe langer je er over doet om terug te betalen , hoe meer kredietkosten je hebt). 


Slide 12 - Diapositive

Voorbeeld opgave
Welke gegevens heb ik nu nodig om de kredietkosten te kunnen berekenen?
(looptijd  x maandbedrag) - kredietbedrag

Slide 13 - Diapositive

Voorbeeld opgave
Welke gegevens heb ik nu nodig om de kredietkosten te kunnen berekenen?
€ (24 x € 55) - € 1.149
€ 1.320 - € 1.149 = € 171

Slide 14 - Diapositive

Waaruit bestaan de kredietkosten?
A
Aflossing lening + rente
B
Alleen de rente

Slide 15 - Quiz

Hoe bereken je de kredietkosten van een lening?
A
maandtermijn x looptijd
B
maandtermijn x looptijd - leenbedrag

Slide 16 - Quiz

Je leent €1.000 met een looptijd van twee jaar en betaalt in maandtermijnen van €100,-. Wat zijn de kredietkosten?
A
€1000
B
€1200
C
€1300
D
€1400

Slide 17 - Quiz


Tess leent €3000 en kiest voor een looptijd van drie jaar. 
Bereken de kredietkosten. 
A
€97
B
€492
C
€3000
D
€3492

Slide 18 - Quiz

Je leent €1500,-- met een persoonlijke lening. Je betaalt 36 maanden lang €55,--. Hoe bereken je de Kredietkosten?
A
36 x €55,-- = €1980
B
Niks berekenen: €55,--
C
36 x €55,-- = €1980 €1980,-- - €1500,-- = €480,-
D
€1500 : 36 = €41,67

Slide 19 - Quiz