operaties urologie

Urologie
Houdt zich bezig met ziekten en aandoeningen van de nieren, urinewegen bij vrouwen en mannen en het mannelijk geslachtsorgaan.
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
VerpleegkundeMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Urologie
Houdt zich bezig met ziekten en aandoeningen van de nieren, urinewegen bij vrouwen en mannen en het mannelijk geslachtsorgaan.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we leren vandaag
De student......
Weet het urinestelsel te noemen
Kan verschillende defecten aan het urinewegstelsel benoemen
Weet welke operaties aan de urinewegstelsel gedaan kan worden.
Is in staat de verpleegkundige zorg te benoemen bij patiënten met aandoeningen aan het urinewegstelsel.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gaan we dat doen vandaag:
12.00 - 12.15 inloop en welkom
12.15 - 13.00 theorie
13.00 - 14.30 aan de slag met info grafic ( niertransplantatie)
en folder

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Even wat theorie over de nieren en urinewegen

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem eens een verschil tussen het urinewegstelsel bij mannen en vrouwen?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord
  • De urethra van de man is langer dan die van de vrouw.
  • Urethra opening bij vrouwen dichter bij de anus: blaasontstekingen.
  • Man deelt het urinewegstelsel met voortplantingstelsel, urethra

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke symptomen kan je als verpleegkundige observeren bij aandoeningen aan nieren en urinewegen?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord
Pijn in rug of zij aan 1 of beide kanten (nierstreek), koliekpijn
Koorts.
Mictie problemen: niet goed uitplassen, nachtelijk urineren, hematurie (kleur), eiwit in urine, stinkende urine enz.. (prehydreren )
Oedeem/opgezwollen gezicht
Hoge bloeddruk
Moe/bleek
Jeuk
Verward

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cyste Nieren

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Blaaskanker

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

*Wat is blaaskanker?
*Wat is de oorzaak?

*Wat zijn de symptomen/gevolgen?

*Welke behandeling?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is blaaskanker?
* Verzamelnaam van alle soorten kanker die in de blaas voorkomen.
* Er zitten 1 of meerdere kwaadaardige carcinomen  in de blaas.
* 2 verschillende soorten
- Niet spierinvatieve tumor, hierbij vormt de tumor zich in het blaasslijmvlies of bindweefsellaag en is niet doorgegroeid in de spierlaag eronder.
- Spierinvasieve tumor, hierbij is het carcinoom wel doorgegroeid tot in de spierlaag van de blaas.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaak
Geen precieze oorzaken, wel risicofactoren die de kans op blaaskanker vergroten:
* Roken
*Bepaalde chemo die ingezet word bij de behandeling van een andere vorm van kanker.
*Blootstelling van chemische stoffen, bijv bij het uitoefenen van bepaalde beroepen waarbij je met chemische stoffen in aanraking komt.
*Chronische irritatie van de blaas, veroorzaakt door gruis, stenen of herhaaldelijke infecties kunnen het risico ook vergroten.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Symptomen
Blaaskanker geeft pas klachten als de kanker er al langer zit.
Symptomen:
* Bloed plassen
*Vaak moeten plassen
*Pijn/Branderig gevoel bij het plassen

Zowel de ziekte als behandeling kunnen invloed hebben op de sexualiteit van de patient 
Daarnaast kun je onvruchtbaar worden.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling 

De behandeling wordt zoveel mogelijk afgestemd op de persoon zelf. 
Het hangt ook af van :
* Het type kanker
*Het stadium (de omvang) van de kanker
* De algehele gezondheidstoestand van de patient.
Behandelingen die er zijn:
*Operatie        *blaasspoeling
*Radiotherapie   *chemotherapie
                        

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cystectomie met ureretero-ileo-cutaneostomie volgens bricker
Cystectomie met een neoblaas

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Turp

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

TURP
  •  Trans 
  • Urethrale 
  • Resectie
  • Prostaat 

Slide 21 - Diapositive

TURP: Trans Urethrale Resectie van de Prostaat) is het mogelijk om de prostaat kleiner te maken. De operatie wordt via de plasbuis gedaan. U houdt er dus geen uitwendige wond aan over.

Tijdens de operatie
De uroloog schuift een buisje (cystoscoop) in uw plasbuis. In dit buisje zit een cameraatje en een lichtbron. Zo kan de uroloog de plasbuis en de prostaat van binnen bekijken. Aan het buisje zit een metalen lisje, waardoor elektrische stroom loopt. Daarmee kan de uroloog stukje voor stukje het prostaatweefsel wegsnijden dat op de plas­buis drukt. Om de verwijderde stukjes weef­sel af te voeren, wordt de blaas schoongespoeld met spoelvloeistof. De operatie duurt ongeveer een uur.

Weefselonderzoek
Het weggehaalde prostaatweefsel gaat voor onderzoek naar een laboratorium. Daar wordt vastgesteld of er afwijkingen zijn. Deze kunnen goedaardig zijn of kwaadaardig, zoals prostaatkanker. Als er een kwaadaardige afwijking wordt gevonden, neemt de uroloog uiteraard contact met u op.
TURP ingreep
Prostaat van binnenuit (grotendeels) in stukjes verwijderd.; schil blijft staan; prostaatweefsel kan aangroeien.
Urethra wond;
Externe sluitspier vaak overrekt  tijdelijk incontinent

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Nierstenen

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn verpleegkundige aandachtspunten bij een operatie aan nieren, urinewegen?

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord
Vochtbalans: mictie observatie! 1,5-2 liter drinken!
Vitale functies
Medicatie toedienen/infusie
Katheterzorg: cad, nefro drain, dubbel J katheter, SP katheter, Pijnmeten/bestrijden
Postoperatieve complicaties (delier)
Psychosociale begeleiding

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht per duo
Maak een infografic:
- ga op zoek wat is een infografic
- maak een in pp of canva
Wat moet er in:
-Non- heart breathing donatie
Heart beating donatie
proces verwijderen en transplanteren van donornier
Pre en postoperatieve zorg.



Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik weet nu meer over de verpleegkundige zorg bij zorgvragers met aandoeningen aan nieren en urinewegen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions