Les 2: Welke kosten zijn er verbonden aan een verzekering?

Les 2: Verzekeren
Welke kosten zijn er verbonden aan een verzekering?
Welkom 3TL
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Les 2: Verzekeren
Welke kosten zijn er verbonden aan een verzekering?
Welkom 3TL

Slide 1 - Diapositive

Check vorige les ✅
  • Maak gebruik van je wisbordje
  • We gaan vragen beantwoorden om de eerste les te herhalen.

Slide 2 - Diapositive

Waar vind je de rechten en plichten van de verzekeraar en de verzekerde?
A
Polisvoorwaarden
B
Polis
C
Premie
D
Risico

Slide 3 - Quiz

Premie is de vergoeding die de verzekeraar betaald om verzekerd te zijn.
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Waar of NIET waar:
als je een verzekering afsluit ben je de verzekeraar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Het bedrag dat de verzekeraar aan de verzekerde betaalt bij schade
noem je.....
A
Premie
B
Claim
C
Schadevergoeding
D
Geldsom

Slide 6 - Quiz

Bij schade betaalt de verzekeraar je een schadevergoeding als je verzekerd bent.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Hoe noemen we het overnemen van de financiële gevolgen van een verzekerde door een verzekeraar?
A
Verzekeren
B
Premie
C
Polisvoorwaarden
D
Assurantiebelasting

Slide 8 - Quiz

Een verzekering sluit je af bij een verzekeringsmaatschappij.
Dat is de....
A
Verzekeraar
B
Verzekerde

Slide 9 - Quiz

Lesdoel van vandaag
Na deze les weet/kun je...:
  • De premie van een verzekering berekenen door de juiste gegevens toe te passen op een casus. 

  • De totale kosten van een verzekering berekenen

  • De schadevergoeding berekenen met behulp van de gegeven informatie en een tabel, waarbij je ook het eigen risico meeneemt.

  • Het werk van een medeleerling beoordelen door te zeggen wat goed is en wat beter kan.

        Slide 10 - Diapositive

        Slide 11 - Vidéo

        Leerdoel 1
        Wat is een premie?

        Slide 12 - Diapositive

        Je wilt een telefoon verzekeren tegen schade en diefstal voor een looptijd van 1 jaar. De telefoon heeft een waarde van 550 euro. Wat is de premie hiervoor?
        Antwoord
        De premie is €100

        Slide 13 - Diapositive

        Leerdoel 2
        Wat zijn de kosten om een verzekering af te sluiten?

        Slide 14 - Diapositive

        Verzekeringskosten= 
        (Premie + poliskosten) + assurantiebelasting

        Voorbeeldopgave:
        Premie €67,50
        Poliskosten €35
        Assurantiebelasting 21%

        Hoeveel bedraagt de verzekeringskosten?

        Premie
        Het bedrag dat je aan de verzekeraar betaalt om verzekerd te zijn.
        Poliskosten
        De administratieve kosten die een verzekeraar aan jou in rekening brengt.
        Assurantiebelasting
        Belasting op verzekeringen.
        Antwoord
        67,50 + 35 = €102,50
        €102,50 : 100 x 121= €124,03

        Slide 15 - Diapositive

        Leerdoel 3
        Wat is een schadevergoeding?

        Slide 16 - Diapositive

        Slide 17 - Vidéo

        Wat is eigen risico?

        Slide 18 - Carte mentale

        Ben je verzekerd? Bij schade krijg je van de verzekeraar een schadevergoeding.
        Eigen risico: je betaalt zelf een deel van de schade.




        Voorbeeld: 
        Schade € 678 
        Eigen risico € 250 -  
        ----------------------------------
        Schadevergoeding € 428

        Slide 19 - Diapositive

        Aan de slag met de opdrachten
        Instructies:
        1. Je gaat zelfstandig aan de slag met de opdrachten op het werkblad.
        2. Kom je er niet samen uit? Steek je vinger op, ik kom langs.
        3. Als de timer af gaat, gaan we elkaars werk nakijken.
        timer
        1:00

        Slide 20 - Diapositive

        Nakijken van de opdrachten
        We gaan in tweetallen nakijken:
        • Geef je werk aan je buurman.
        • Controleer de opdrachten met een andere kleur pen en voorzie elkaar van feedback
        • Stel vragen als iets niet duidelijk is of als je iets niet begrijpt.

        Slide 21 - Diapositive