4.1 Een eigen bedrijf?

4.1 Een eigen bedrijf?
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.1 Een eigen bedrijf?

Slide 1 - Diapositive

Welkom
Leerdoelen
De les
Weektaak
Herhaling
Afsluiten



Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen voor 4.1
> Je kunt motieven noemen om een eigen bedrijf te starten.
> Je kunt verschillende ondernemingsvormen uitleggen.
> Je kunt uitleggen dat aansprakelijkheid per rechtsvorm verschilt.
> Je kunt het verschil tussen werknemer en werkgever aangeven.
> Je kunt voorbeelden noemen van (niet-)commerciële organisaties.

Slide 3 - Diapositive

Waarom eigen bedrijf?

Slide 4 - Carte mentale

Hoe start je een eigen bedrijf?
1. Je informeert bij de gemeente of je een bedrijf mag starten op de
    gekozen plaats.
    - Voor sommige bedrijven heb je de juiste diploma's nodig.
2. Je schrijft je in bij de Kamer van Koophandel (KvK)
    - Je kiest een ondernemingsvorm (rechtsvorm).
    - Dit is bepalend voor wie eigenaar is
    - Wie er verantwoordelijk is voor de onderneming
    - Welke belastingen je moet betalen.
3. Je meld je aan bij de belastingdienst.

Slide 5 - Diapositive

Welke ondernemingsvorm kies je?
Eenmanszaak
Vennootschap onder firma (vof)
Besloten vennootschap (BV)
Naamloze vennootschap (NV)

Slide 6 - Diapositive

Eenmanszaak
Eigenaar
Geen rechtspersoon
Eigenaar is aansprakelijk

Inkomstenbelasting
Omzetbelasting (BTW)

Slide 7 - Diapositive

Vennootschap onder firma (vof)
Meerdere eigenaren
Geen rechtspersoon
Iedere vennoot is aansprakelijk

Inkomstenbelasting per vennoot
Omzetbelasting (btw)

Slide 8 - Diapositive

Besloten vennootschap (bv)
Rechtspersoon
Aandeelhouders zijn de eigenaar
Aandelen zijn niet vrij verhandelbaar.

Vennootschapsbelasting over winst omzetbelasting (btw)

Slide 9 - Diapositive

Naamloze vennootschap (nv)
Rechtspersoon
Aandeelhouders zijn eigenaar
Aandelen zijn vrij verhandelbaar.

Vennootschapsbelasting over de winst (btw)

Slide 10 - Diapositive

Aandelen zijn vrij verhandelbaar
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 11 - Quiz

Iedere vennoot is aansprakelijk
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 12 - Quiz

Aandelen op naam hoort bij:
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 13 - Quiz

De winst is voor maar één eigenaar
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 14 - Quiz

Welk bedrijfsvorm betaald omzetbelasting (BTW)?
Er zijn meer mogelijkheden.
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 15 - Quiz

Kun je mensen in dienst nemen?
De meeste ondernemers starteten als zzp'er.
zzp = zelfstandige zonder personeel

Indien het bedrijf groter wordt en groeit kan de ondernemer overwegen om personeel aan te nemen. 
Dit noem je dan een werknemer. 
De ondernemer wordt dan een werkgever.

Slide 16 - Diapositive

Commerciële organisatie
Doel: Winst
Niet commerciële organisatie
Doel: Geen winst

Slide 17 - Diapositive

Wat is een goed voorbeeld van een commercieel bedrijf?
A
Stichting AAP
B
McDonald's
C
Kika
D
War Child

Slide 18 - Quiz

Wat is het doel van een niet-commercieel bedrijf
A
Streven naar winst
B
Werkgevers
C
Werknemers
D
Streven niet naar winst

Slide 19 - Quiz

Aan de slag
Maken opdracht 1 t/m 12 (blz. 98 t/m 101)


Volgende les
4.2 Een goed idee?
Hoe maak je een plan om een onderneming te starten?

Slide 20 - Diapositive