08 - Presentatie in de winkel

H 8: Presentatie in de winkel
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
Werken in de WinkelPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

H 8: Presentatie in de winkel

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De presentatie van een winkel
  1. Winkelinrichting - alles wat er staat en niet verkocht wordt
  2. Artikel/product presentatie - de manier waarop artikelen geplaatst worden
  3. Buitenkant van de winkel - manier waarop de winkel klanten naar binnen lokt 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelgroep
Een doelgroep =
  • Een groep klanten waar de winkel zich op richt.
  • Een doelgroep bestaat uit een groep mensen met dezelfde kenmerken.

Een winkel heeft een smalle doelgroep of een brede doelgroep.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Brede of smalle doelgroep?

Een winkel heeft een smalle doelgroep:
  • Een kleine groep klanten met dezelfde kenmerken. bv  Douglas Rituals

Een winkel heeft een brede doelgroep:
  • Een grote groep klanten met verschillende kenmerken. Bv Hema AH  Vomar etc








Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een winkel richt zich op grote groep klanten met verschillende kenmerken
A
Stopkracht
B
Zuigkracht
C
Smalle doelgroep
D
Brede doelgroep

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Winkelinrichting/ interieur
De inrichting is de binnenkant van de winkel en moet passen bij de buitenkant van de winkel. Het interieur moet aan 3 eisen voldoen:
  1. De winkel moet inspelen op de verwachtingen van de klant
  2. De winkel moet klanten op hun gemak stellen
  3. De winkel moet praktisch ingericht zijn


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Benoem van welke winkel jij het winkelinrichting het mooiste vind en waarom

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat hoort bij de inrichting?
  • Stellingen/schappen
  • Presentatiewand
  • Toonbank
  • Presentatiemeubels
  • Vitrine
  • Paskamers

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelen presenteren

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelpresentatie
Attentiewaarde - Opvallen!
Looproute:
  • Vaste route
  • Vrije route
  • Halfvaste route
Soort product:
  • Technische eisen (diepvries)
  • Diefstalgevoelig
  • Gescheiden plaatsing

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrije- en vaste looproute

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klanten kunnen zelf weten welke route ze lopen
A
Vrije looproute
B
Gedwongen looproute
C
Service looproute
D
Verkoop route

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk van onderstaande artikelen zou je in een vitrine presenteren?
A
sieraden
B
batterijen
C
tandpasta
D
kleding

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Producten bij elkaar plaatsen
De verschillende manieren:
  1. Op artikel/productgroep
  2. Op product
  3. Op gebruik
  4. Op merk
  5. Mix van presentatievormen

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Manier van presenteren
  • Hangen
  • Liggen
  • Verticaal
  • Horizontaal
  • Schuin

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het overzicht waarop staat hoe een schap moet worden ingericht?
A
Facing
B
Barcode
C
Assortiment
D
Schappenplan

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Vertellen: Bespreek de slide. De looptijd van een schappenplan is van te voren bekend. Afdeling inkoop (Category management) bepaalt hoe lang een assortiment blijft staan.
POS- materiaal > zie volgende slide
Facing > zie 2 slides verder

De facing
Het artikel met het plaatje naar voren
face=gezicht

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel facings heinz tomaten ketjup ????

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Attentiewaarde van een schap

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verkoopklaar maken
Producten klaar maken voor de winkel

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet er gebeuren om producten verkoopklaar te maken?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet deze prijsmachine?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelen bijvullen en verpakkingen

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het voordeel van prijzen met een tang?
A
Gaat lekker snel
B
Je kunt steeds op een ander plekje plakken
C
Je kunt hiermee de THT wegplakken
D
Kan ook voor kleding gebruikt worden

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de naam van prijzen met deze machine?
A
Riddertang
B
Ridderspoor
C
Kledingpistool
D
Lijmpistool

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent EAN code?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent PLU code?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een schapkaart?

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Actieposter
Reclamefolder
Wat staat erop?
  • Naam van het product
  • Nieuwe prijs groot
  • Oude prijs klein
  • Foto van het product
  • Voordelen van het product

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Laatste handelingen (5 - 6)
  1. Verwijderen van omverpakking
  2. Ompakken van producten
  3. Bewerken van producten
  4. Prijzen van producten
  5. Beveiligen van producten
  6. Inhangen van kleding

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan/bijvullen van producten 

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelen bijvullen
  • een leeg schap zorgt voor klantontevredenheid
  • een leeg schap zorgt voor minder verkoop
  • controleer altijd of het schap en de artikelen schoon zijn
  • zorg dat de artikelen met het etiket naar voren staan
  • zorg dat alle artikelen vooraan in het schap staan (spiegelen)


Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelen bijvullen - manieren
  • Ompakken - per stuk in schap zetten (netjes, maar tijdrovend)
  • Traypacken - bovenkant van ompakking verwijderen en de rest in het schap zetten (minder netjes, sneller)
  • Inhangen, vouwen of stapelen - kledingbranche  (netjes, maar tijdrovend)


Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les is afgelopen

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions