Ardrijkskunde toets 17 oktober 2024

• Mentorles
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

     Aardrijkskunde toets
        17 oktober 2024

Samen oefenen

Deel 1. Creatief aan de slag

Deel 2. Oefentoets!

Deel 1: Creatief!

Wat ga je doen?
Je gaat creatief aan de slag door een moodboard of doodle te maken over de onderwerpen van de aardrijkskundetoets.
Gebruik woorden en tekeningen om je kennis visueel weer te geven!

Een collage van afbeeldingen, woorden en tekeningen rond één thema.

Het helpt je om op een leuke en creatieve manier te leren.

Wat is een doodle?

Kleine, eenvoudige tekeningetjes die je gedachten verbeelden.

Het gaat niet om perfecte tekeningen, maar om ideeën op papier te zetten.

Moodboard / Doodle

1. Moodboard: Een collage van afbeeldingen, woorden en tekeningen rond één thema.

Het helpt je om op een leuke en creatieve manier te leren.

2. Doodle: Kleine, eenvoudige tekeningetjes die je gedachten verbeelden.

Het gaat niet om perfecte tekeningen, maar om ideeën op papier te zetten.

Stap 1: Het onderwerp

Begin met het onderwerp "Aardrijkskunde" 

Schrijf het woord “Aardrijkskunde” groot in het midden van het papier, als een soort titel.

Stap 2: Verdeel het moodboard in 4 vakken of zones 

1. Zoeken in de atlas

2. Geografische coördinaten

3. Schaal

4. Schaalniveaus

1. Zoeken in de Atlas

- Teken een atlas (een boek met landkaarten).

- Schrijf op wat je in een atlas zoekt, zoals plaatsnamen, landen, rivieren of bergen.

- Doodle een vergrootglas, want dat symboliseert dat je iets zoekt.

- Teken een kaart van bijvoorbeeld Nederland of een wereldbol.

2. Geografische Coördinaten

- Teken een wereldbol met lijnen (meridianen en parallellen) erop.

- Schrijf een voorbeeld van coördinaten, zoals: 52°N, 4°E (coördinaten van Nederland).

- Doodle een kompas of een pijl die de richtingen wijst (Noord, Zuid, Oost, West).

3. Schaal

- Teken een lineaal of een schaalstok die je op een kaart ziet.

- Schrijf een schaal op zoals 1:100.000 (dat betekent dat 1 cm op de kaart gelijk is aan 100.000 cm in het echt).

- Doodle kleine en grote objecten, zoals een huis versus een hele stad om te laten zien dat een schaal groot of klein kan zijn.

4. Schaalniveaus

- Teken verschillende kaarten: één van een stad, één van een land, en één van de wereld om de schaalniveaus te laten zien (lokaal, nationaal, mondiaal).

- Schrijf de woorden: lokaal (plaatselijk), regionaal (een regio), nationaal (landelijk), continentaal (een continent), en mondiaal (de hele wereld).

- Doodle een vergrootglas dat inzoomt op iets kleins, zoals een dorp, en dan steeds groter wordt.

Tip!

Vergeet niet ergens op het moodboard ook een tekening van een geodriehoek en een rekenmachine te zetten. Schrijf erbij dat deze nodig zijn voor de toets, zodat je het niet vergeet!

Klaar? 

Kijk nog eens naar je moodboard: begrijp je alles wat je hebt getekend? 

Zo ja, dan ben je goed voorbereid voor de toets!

Oefentoets!

Dit is een oefentoets, wat betekent dat de vragen niet precies hetzelfde zullen zijn als de echte toets.
Het doel is om je te helpen voorbereiden en te oefenen met het soort vragen dat je kunt verwachten.

TIPS!

1. Lees de vragen rustig en goed door

Neem de tijd om de vragen te begrijpen voordat je begint met antwoorden.

2. Werk binnen de tijd van de timer

Net als op een echte toets heb je een beperkte tijd om de vragen te maken. Oefen om binnen de tijd te blijven werken.

3. Blijf rustig en gefocust

Het is oké om fouten te maken tijdens het oefenen, daar leer je van! Het belangrijkste is dat je probeert en je best doet.

4. Veel succes!

Je bent aan het oefenen om beter te worden, dus zie het als een kans om te leren. Je kunt het!

Vraag 1

Op welke pagina in de Grote Bosatlas vind je Delft?

Welke schaal wordt gebruikt op deze kaart?

Vraag 2

Zoek Den Haag op in de Atlas. Welke grote wegen lopen door Den Haag en in welke richting?

Vraag 3

Wat zijn de Geografische Coördinaten (breedte- en lengtegraad) van Delft? 

Vraag 4

Een kaart van Nederland heeft de schaal 1:200.000. Hoeveel kilometer is de werkelijke afstand als twee plaatsen op de kaart 5 cm van elkaar liggen?

Vraag 5

Je hebt een kaart met een schaal van 1:50.000. 
Hoeveel kilometer is 2 cm op deze kaart in werkelijkheid?

Vraag 6

Op een kaart van Europa zie je zowel Nederland als Frankrijk. 

Welk schaalniveau wordt hier gebruikt: lokaal, regionaal, ntionaal, continentaal?

Maak je eigen toetsvraag!

Welke vraag gaat de juf/meester volgens jou zeker stellen. 
Ontwerp de vraag en leg het antwoord uit!

Wij zijn altijd trots op jou!