8.2 Wat is een ontwikkelingsland?

Herhaling hoofdstuk 8.1
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Herhaling hoofdstuk 8.1

Slide 1 - Diapositive

Welvaart is:
A
de mate waarin in behoeften kan worden voorzien
B
de situatie waarbij ondernemingen goederen maken die mensen willen hebben
C
als 'armoede de wereld uit is'
D
als iedereen een hoog inkomen heeft

Slide 2 - Quiz

Zimbabwe heeft een nationaal inkomen van $641.000.000 en 16.200.000 inwoners. Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking
A
$37,92
B
$43.693,43
C
$39,57
D
$52.001,33

Slide 3 - Quiz

1. Armoede
2. niet kunnen lezen of schrijven
3. niet naar school
4. kinderarbeid
5. ongeschoold werk

Wat is de juiste volgorde van de vicieuze cirkel?
A
1 - 2 - 3 - 4 -5 -1 - ...
B
1 - 2 - 4 - 3 - 5 - 1-...
C
1 - 4 - 2 - 3 - 5 - 1-...
D
1 - 4 - 3 - 2 - 5 - 1 - ...

Slide 4 - Quiz

H8 Ontwikkelingslanden


§ 8.1 Verschillen in de welvaart.
§ 8.2 Wat is een ontwikkelingsland?
§ 8.3 Hoe boekt een land vooruitgang?
§ 8.4 Hoe dragen we ons steentje bij?

Slide 5 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik kan uitleggen welke kenmerken ontwikkelingslanden hebben
  • Ik  kan uitleggen waarom de waarde van de productie in een ontwikkelingsland vaak laag is
  • Ik kan uitleggen wat de oorzaken van onderontwikkeling zijn
  • Ik kan uitleggen wat een ruilvoet is en wanneer die verbetert of verslechtert  

Slide 6 - Diapositive

Kenmerken van ontwikkelingslanden:
- veel werkloosheid
- ondervoeding
- snelle bevolkingsgroei
- analfabetisme
- beperkte technische ontwikkeling
- eenzijdige economische structuur, m.n. landbouw
  (monocultuur)
Welke sectoren zijn er nog meer?
industriesector 
dienstensector (commercieel en niet-commercieel) zie § 5.2

Slide 7 - Diapositive

Oorzaken van onderontwikkeling
gebrek aan goed onderwijs, gebrekkige technische kennis
1
slechte infrastructuur
2
bevolking groeit sneller dan de economie
3
hoge schulden, hoge rentelasten
4
protectiemaatregelen door andere landen
5
natuurrampen
6
corruptie, burgeroorlogen
7

Slide 8 - Diapositive

Monocultuur
landen waarvan de exportinkomsten afhankelijk zijn maar één of enkele (landbouw)producten 
(bijv. koffie, cacao, rijst).


Slide 9 - Diapositive

Nadelen van een monocultuur
de toegevoegde waarde van landbouwproducten is lager dan van hoogwaardige industriële producten
1
grondstoffenprijs wordt op de wereldmarkt bepaald, dus afhankelijk van de wereldmarkt
2
de oogst kan mislukken, dan nauwelijks exportinkomsten
3
als de (wereld)vraag daalt, dan nauwelijks exportinkomsten
4

Slide 10 - Diapositive

Ruilvoet
= de verhouding tussen de prijs 
van exportproducten en de prijs 
van importproducten

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Waarom worden buffervoorraden aangelegd?
Omdat de (wereld)prijzen van grondstoffen erg kunnen schommelen, bijv. door een mislukte oogst.
Hoe werken buffervoorraden?
door het aanbod gelijk te houden, blijft de prijs stabiel

Slide 13 - Diapositive

Aan het werk
Maken: § 8.2
opg. 1 t/m 10 (blz. 238 - 241)
Zelf nakijken via It's Learning

Slide 14 - Diapositive