Epilepsie

Epilepsie
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapsonderwijsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Epilepsie

Slide 1 - Diapositive

Wat weet jij van
epilepsie

Slide 2 - Carte mentale

17

Slide 3 - Vidéo

00:58
Wat is epilepsie?
A
Een verbinding in je hersenen
B
Kortsluiting in je hersenen

Slide 4 - Quiz

00:58
Hoeveel mensen hebben epilepsie in Nederland?
A
300.000
B
200.000

Slide 5 - Quiz

01:22
Als eerste heb je de tonische fase.
Deze duurt....?
A
1 minuut
B
een halve minuut

Slide 6 - Quiz

01:22
De meest bekende aanval heet:
een tonisch-clonische aanval
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

00:58
Als je een epileptische aanval hebt dan gaat er iets mis in de hersenen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

01:22
Wat gebeurt er in de tonische fase?
A
Verkramping en verstijving van je lichaam
B
Je ontspant je lichaam

Slide 9 - Quiz

01:50
Dan komt de clonische fase deze duurt......
A
Tussen de 0,5 en 1,5 minuut
B
Tussen de 1 tot 1,5 minuut

Slide 10 - Quiz

01:50
Wat gebeurt er in de clonische fase?
A
Je gaat rillen en je adem stopt
B
Je gaat schokken en je gaat weer ademen

Slide 11 - Quiz

02:00
Je komt bij uit een epileptische aanval je bent:
A
Verward en vermoeid
B
Fit
C
Verward, hoofdpijn, spierpijn, vermoeid

Slide 12 - Quiz

02:09
Wat kun jij doen bij een epileptische aanval?
A
Om hulp roepen
B
Kalm blijven en slachtoffer ondersteunen

Slide 13 - Quiz

02:35
Waarom kan er bloed uit de mond komen?
A
Door tand door de lip
B
Door bijten op de tong

Slide 14 - Quiz

03:15
Waar lijkt een epileptische aanval op?
A
Een hartaanval
B
Flauwvallen

Slide 15 - Quiz

03:15
Wat moet je altijd doen bij een epileptische aanval?
A
Bel de dokter
B
Bel 112

Slide 16 - Quiz

03:38
De aanval is over.
Hoe leg je het slachtoffer dan neer?
A
Op zijn/haar buik
B
Op zijn/haar zij

Slide 17 - Quiz

04:07
Wat moet je niet doen tijdens een aanval?
A
Leg iets onder de tong en geef wat water
B
Stop niets tussen de tanden en geen water geven

Slide 18 - Quiz

04:07
Wat kun je doen tijdens een aanval?
A
Kussen onder het hoofd, knellende kleding losmaken
B
Helemaal niets

Slide 19 - Quiz

04:34
De drie stappen voor hulp bij een epileptische aanval
A
Herken de signalen, bel 112, ondersteun het slachtoffer
B
Bel 112, herken de signalen, ondersteun het slachtoffer

Slide 20 - Quiz

Wat weet je nu van
epilepsie?

Slide 21 - Carte mentale

Slide 22 - Vidéo