VH3 Rekenen met massa en zwaartekracht

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Welkom

Ga rustig zitten

Pak je boek, schrift, laptop, pen, en rekenmachine erbij

Rekenen met massa en zwaartekracht

 

Lesdoelen:

- Krachten berekenen

- Krachten tekenen

- Resultante kracht bepalen

- rekenen met veerkracht

            =  Zwaartekracht 

g = 9,81 N/kg

In woorden: zwaartekracht is massa x 9,81 N/kg

Let op: massa moet in kg.

bv: Bereken de zwaartekracht op een fles cola van 800 gram.

uitwerking: massa = 800gram = 0,8 kg

dus  Fz = m x g = 0,8 x 9,81 = 7,85 Newton

F​z​​=m⋅g

Wat is de zwaartekracht op een massa van 4400 gram?

1. 43164 N
2. 4316 N
3. 43,16 N
4. 4,316 N

Wat is de kracht op een watermeloen met een massa van 1,3 kilogram?

1. 127530 N
2. 12753 N
3. 127,53 N
4. 12,753 N

Op welke massa werkt een zwaartekracht van 23 N?

1. 2,34 kg
2. 23,4 kg
3. 234 kg
4. 0,234kg

Krachten 

Een kracht teken je met behulp van een pijl.

Een kracht heeft drie eigenschappen

• Aangrijpingspunt (het punt waar de kracht

       wordt uitgeoefend)

• Richting van de kracht
• Grootte van de kracht
  

Het aangrijpingspunt is......

1. het punt waar de kracht wordt uitgeoefend
2. het eindpunt van de kracht
3. het zwaartepunt
4. de normaalkracht

De stappen...

1. Kies een gepaste schaal
2. Maak je berekeningen
3. Teken je kracht met het juiste aangrijpingspunt

Voorbeeld: Teken een kracht naar rechts van 40 N...

Stap 1:       1 cm ≙ 5 N.

Stap 2:       40 N = 8 cm

De volgende opdracht gaat over het voorgaande filmpje

Teken een kracht van 40N dat Ilse op het winkelwagentje uitoefent. De schaal blijft hetzelfde 1 cm ≙ 5 N. Teken net zoals in het filmpje de winkelwagen met Ilse. De kracht netjes met liniaal. Maak een foto van de tekening.

Krachten optellen en aftrekken:

• Krachten in dezelfde richting tellen we bij elkaar op.
  
• Dus 100N + 180N = 280N naar links, dat is de somkracht

Krachten in tegenovergestelde richtingen trekken we van elkaar af.

De resulterende kracht is 

180N - 100N = 80N

Dus met 80N naar rechts.

Dat is de somkracht.

De rechter smurf wint.

Wat is de som kracht?

1. 290 N links
2. 290 N rechts
3. 50 N rechts
4. 50 N links

Wat is de som kracht?

1. 490 N rechts
2. 490 N links
3. 150 N links
4. 150 N rechts

De somkracht van twee krachten kan je altijd gewoon bij elkaar optellen

1. Waar
2. Niet Waar
3. soms
4. altijd

1 hokje ≙ 100 N. Hoe groot is de somkracht?

1. 100 N
2. 200 N
3. 300 N
4. 500 N

Wanneer de somkracht 0 is, dan...

1. sta je altijd stil
2. Sta je stil of beweeg je met een constante snelheid
3. versnel je
4. vlieg je weg

Als de somkracht kleiner is dan alle tegenwerkende krachten samen, dan is de beweging?

1. Versneld
2. Vertraagd
3. Constant
4. kun je niet weten

Veerkracht

Veerkracht        is de kracht die door een (spring)veer uitgeoefend wordt. Wanneer je een veer indrukt of uit elkaar trekt, de veer heeft altijd de neiging om in zijn neutrale vorm terug te komen.                                        

F​v​​

Veerkracht

Fv

Veerkracht....

• als je een veerkrachtig voorwerp induwt of uitrekt voel je de veerkracht
• hoe meer induwen of uitrekken, hoe groter de veerkracht is
• de richting van de veerkracht is altijd zo gericht dat de veer terug wil naar zijn normale lengte 

Veerconstante

Rechtevenredig

Veerconstante

• Hoe groter de veerconstante des te stugger de veer.

• Welke veer is het stugst
  

Waar staat C voor in de formule voor de veerkracht

1. Veerkracht
2. Veerconstante
3. Uitrekking
4. Celsius

De veerkracht is...

1. ...de kracht die een veer uitoefent als deze wordt vervormd
2. ...de kracht die ervoor zorgt dat atleten heel hoog kunnen springen
3. ...de kracht die de zwaartekracht uitoefent op een spiraalveer
4. hoeveel veren in je kussen zitten

Welke richting werkt de veerkracht?

1. Naar links
2. Naar rechts
3. Naar binnen
4. Naar buiten

Hoe bereken je veerkracht

1. Fv= C x t
2. Fv= C x u
3. Fv= C x v
4. Fz= m x g

De eenheid van veerconstante is

1. C
2. c
3. N/cm
4. Ncm

Wat geeft de veerconstante aan?

1. hoeveel kracht er aan de veer hangt om 1 cm uit te rekken
2. hoe ver de veer uitrekt
3. hoeveel kracht er aan de veer hangt
4. hoe lang de veer is

Bereken de veerconstante

1. 50 N/m
2. 0,5 N/m
3. 5 N/m
4. 2 N /m

Samenvatting:

- Kracht berekenen

- Krachten tekenen

- Resultante kracht bepalen

- veerconstante bepalen

Maak nu opgaven 67 t/m 74 in je schrift 

Dit is ook het huiswerk