Interpunctie

Welkom
Doel van deze les: aan het einde van de les kun je uitleggen waarom interpunctie belangrijk is.
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Doel van deze les: aan het einde van de les kun je uitleggen waarom interpunctie belangrijk is.

Slide 1 - Diapositive

Wat is interpunctie?

Slide 2 - Question ouverte

Lees de volgende tekst
hallo allemaal welkom bij het onderdeel spelling hoofdletters en leestekens je leert wanneer je een hoofdletter moet plaatsen en wanneer je leestekens moet gebruiken zoals je ziet mist dit hele stuk hoofdletters en punten wat vind jij daarvan leest het makkelijk of leest het juist moeilijk leestekens en hoofdletters zijn er voor om teksten makkelijker te kunnen lezen dus hoe het hier staat is natuurlijk helemaal fout maar hoe moet het dan wel 

Slide 3 - Diapositive

En nu?
Hallo allemaal, welkom bij het onderdeel spelling hoofdletters en leestekens. Je leert wanneer je een hoofdletter moet plaatsen en wanneer je leestekens moet gebruiken. 
Zoals je ziet mist dit hele stuk hoofdletters en punten. Wat vind jij daarvan? Leest het makkelijk of leest het juist moeilijk? Leestekens en hoofdletters zijn er voor om teksten makkelijker te kunnen lezen. Dus hoe het hier staat is natuurlijk helemaal fout, maar hoe moet het dan wel? 

Slide 4 - Diapositive

De plaats van een komma
Ik hou van je mama.


Ik hou van je, mama.


Slide 5 - Diapositive

De plaats van een komma
Ik zat op haar schoot en viel in slaap.

Ik zat op haar, schoot, en viel in slaap.


Slide 6 - Diapositive

De plaats van een komma
Ik hou van katten eten en tv kijken.

Ik hou van katten, eten en tv kijken.


Slide 7 - Diapositive

Wat is het verschil tussen deze twee zinnen?

Dus je kunt onbeperkt eten zonder dik te worden?
Dus je kunt onbeperkt eten zonder dik te worden.

Slide 8 - Question ouverte

Een paar regels over de komma:
  • Hoor je, als je de zin uitspreekt, een rust of een duidelijk verschil in toonhoogte? Zet dan een komma.
    voorbeeld: Ik was het niet het was volgens mij Joris die jongen die gisteren ook mee voetbalde.
  • Als er twee werkwoorden op elkaar volgen die niet bij elkaar horen, komt daar meestal een komma tussen.
    voorbeeld: Als jij niet belt, bel ik zelf wel even.
Ik was het niet, het was volgens mij Joris, die jongen die gisteren ook mee voetbalde.

Slide 9 - Diapositive

Een paar regels over de komma:
  • Er komt vaak ook een komma als er midden in de zin een voegwoord staat. Bijvoorbeeld bij omdat, doordat, zoals, terwijl, aangezien, want en maar..
    voorbeeld: Ik kan niet naar het feest, omdat ik dan op vakantie ben.
    Zij kon niet slapen, doordat haar broertje snurkte.
  • Zet een komma als de betekenis anders niet klopt of om de betekenis duidelijk te maken.
    voorbeeld: 
    • De scholieren, die hun huiswerk niet deden, kregen straf.
    • De scholieren die hun huiswerk niet deden, kregen straf.

Slide 10 - Diapositive

Opdracht:
  • Maak het werkblad van Taalvoutjes over interpunctie (voor thuis staat het werkblad op It's)
  • Werk zelfstandig of in tweetallen. 
  • Tijd: 10 minuten, daarna bespreken we het kort. 
  • Doel: je krijgt inzicht in hoe belangrijk de plaats van een komma kan zijn.
timer
10:00

Slide 11 - Diapositive