MW H9 negatieve getallen 9.5

Je krijgt zo een plaatje te zien.
Schrijf op wat je er al over weet.

Denk aan hoe dit hoofdstuk heet: NEGATIEVE GETALLEN.
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Je krijgt zo een plaatje te zien.
Schrijf op wat je er al over weet.

Denk aan hoe dit hoofdstuk heet: NEGATIEVE GETALLEN.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Carte mentale

Deze grafiek gaat over het invriezen van eten. Hierbij hoort de volgende vraag:

Wat was de temperatuur van het eten toen het nog in de vriezer gestopt moest worden? 

Slide 3 - Diapositive

Wat was de temperatuur van het eten toen het nog in de vriezer gestopt moest worden?
A
-18
B
6
C
12
D
0,5

Slide 4 - Quiz

Deze grafiek gaat over het invriezen van eten. Hierbij hoort de volgende vraag:

Wat was de laagste temperatuur van het ingevroren eten?  

Slide 5 - Diapositive

Wat was de laagste temperatuur van het ingevroren eten?

Slide 6 - Carte mentale

Deze grafiek gaat over het invriezen van eten. Hierbij hoort de volgende vraag:

Na 3 dagen wordt het eten uit de vriezer gehaald. Het wordt in de koelkast gezet. Wat is de temperatuur van in de koelkast? 

Slide 7 - Diapositive

Na 3 dagen wordt het eten uit de vriezer gehaald. Het wordt in de koelkast gezet. Wat is de temperatuur van in de koelkast?

Slide 8 - Question ouverte

Deze grafiek gaat over het invriezen van eten. Hierbij hoort de volgende vraag:

Wat is het verschil tussen de hoogste en laagste temperatuur?
Laat je berekening zien!

Slide 9 - Diapositive

Wat is het verschil tussen de hoogste en laagste temperatuur?
Laat je berekening zien!

Slide 10 - Question ouverte

Hoe goed is het gelukt om de vragen te beantwoorden? 0=niet goed 100=super goed
0100

Slide 11 - Sondage

Negatieve getallen aftrekken
710
A
-3
B
3
C
-17
D
17

Slide 12 - Quiz


Negatieve getallen optellen
-84+-3=
A
87
B
81
C
-81
D
-87

Slide 13 - Quiz


Negatieve getallen optellen
4+-3=
A
7
B
1
C
-1
D
-7

Slide 14 - Quiz

negatieve getallen aftrekken


811
A
-19
B
3
C
-3
D
19

Slide 15 - Quiz


Negatieve getallen optellen
-4+-3=
A
7
B
1
C
-1
D
-7

Slide 16 - Quiz

negatieve getallen aftrekken


1211
A
-1
B
1
C
-23
D
23

Slide 17 - Quiz


Ik weet wat negatieve getallen zijn.

A
Ja
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog wat hulp nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 18 - Quiz

Wat zijn negatieve getallen?
A
Getallen onder de 0
B
Getallen boven de 0

Slide 19 - Quiz

-3
-7
-7
7
-10
-10
Sleep naar de goede plek
Positieve getallen
Negatieve getallen
>
=
<

Slide 20 - Question de remorquage

Huiswerk
af: 9.5 (aanstaande donderdag)

Slide 21 - Diapositive