De dia's bevatten nuttige informatie. Neem je tijd om de afbeeldingen, tekst en filmpjes goed te bekijken.
Bij de blauwe dia's moet je een opdracht uitvoeren.
Beluister de ingesproken tekstjes, hiervoor gebruik je je oortjes.
Contoleer steeds of je antwoord correct is. Klik op 'toon uitleg'.
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs
Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Hoe ga je te werk?
De dia's bevatten nuttige informatie. Neem je tijd om de afbeeldingen, tekst en filmpjes goed te bekijken.
Bij de blauwe dia's moet je een opdracht uitvoeren.
Beluister de ingesproken tekstjes, hiervoor gebruik je je oortjes.
Contoleer steeds of je antwoord correct is. Klik op 'toon uitleg'.
Slide 1 - Diapositive
Welke voedselrelaties zijn er tussen organismen in een biotoop?
voedselketen - voedselweb
Slide 2 - Diapositive
Welke zin over het biotoop is niet waar? (zoek op op de mindmap p. 14b)
A
In een biotoop zorgen planten en dieren voor hun eigen voedsel
B
Het is een plaats waar bepaalde planten en dieren samenleven bij bepaalde abiotische factoren.
C
Een voorbeeld van een biotoop is: een vis
Slide 3 - Quiz
Wat betekent 'organisme'? (zie wb p. 11)
Slide 4 - Question ouverte
Welke voedselrelaties zijn er tussen organismen in een biotoop?
Slide 5 - Diapositive
Wat is een voedselrelatie?
Dit is een relatie tussen organismen, waarbij het ene organisme het andere opeet.
Slide 6 - Diapositive
Geef twee voorbeelden van dieren die een ander dier opeten? bv. De kat eet een muis.
Slide 7 - Question ouverte
Geef twee voorbeelden van dieren die planten eten.
bv. De muis eet graan.
Slide 8 - Question ouverte
Ook de mens gebruikt planten en dieren als voedsel. Geef van ELK een voorbeeld.
bv. Mensen eten brood, dit komt van de tarweplant.
Slide 9 - Question ouverte
Wat is een voedselrelatie?
Tussen de 'verschillende dieren' of 'plant en dier' is er dus een relatie. Ze eten elkaar op, er is een voedselrelatie.
Slide 10 - Diapositive
Wat is een voedselketen?
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Wie wordt gegeten door wie?
--> = wordt gegeten door
Vink
Lieveheers-beestje
Vos
Sperwer
Bladluis
Slide 13 - Question de remorquage
Je maakte net een voedselketen. Deze start met de bladluis. Maar wat eet een bladluis?
Slide 14 - Question ouverte
Maak op volgende dia's de voedselketens.
Een pijl betekent: .... wordt gegeten door ....
Op p. 15 en 16 van het vademecum kan je terugvinden wat de verschillende dieren juist eten.
Slide 15 - Diapositive
eikenblad
rups
muis
vos
Slide 16 - Question de remorquage
eikenblad
rups
roodborst
torenvalk
Slide 17 - Question de remorquage
eikenblad
bladluis
lieveheersbeestje
roodborst
torenvalk
Slide 18 - Question de remorquage
Waarmee begint een voedselketen?
Slide 19 - Diapositive
Wie heeft er gelijk?
A
Sarah
B
Jose
C
Chelsea
D
Curtis
Slide 20 - Quiz
Een voedselketen begint steeds met
A
een bodemdiertje
B
een roofdier
C
een groene plant
D
zand
Slide 21 - Quiz
Lees in je werkboek p. 32.
Lees goed de groene begrippen en hun betekenis. Onderstreep in potlood de betekenis van deze woorden. (bv. Wat betekent autotroof, producent, ... ?)
De vragen op volgende dia's gaan hierover.
Slide 22 - Diapositive
Een voedselketen start met een groene plant. Die maken zelf hun voedsel. We noemen groene planten daarom 'voortbrengers' of .................
Slide 23 - Question ouverte
'Auto' betekent 'zelf', 'troof' betekent 'voeding' Groene planten zijn autotroof. Dit betekent ...
Slide 24 - Question ouverte
De organismen van de tweede, derde , .... schakel eten andere organismen. We noemen deze de 'verbruikers' of .......
Slide 25 - Question ouverte
Organismen die enkel planten eten zijn ...
A
herbivoren
B
omnivoren
C
carnivoren
D
detritivoren
Slide 26 - Quiz
De derde schakel in een voedselketen eet vaak enkel andere dierlijke organismen. Het zijn ....
A
detritivoren
B
carnivoren
C
omnivoren
D
herbivoren
Slide 27 - Quiz
Sommige organismen eten zowel planten als dieren. Dit zijn ...
A
omnivoren
B
carnivoren
C
detritivoren
D
herbivoren
Slide 28 - Quiz
Dode planten en dieren worden opgeruimd door 'afvaleters' of .........
A
herbivoren
B
carnivoren
C
omnivoren
D
detritivoren
Slide 29 - Quiz
Neem achteraan uit je kaft p. 15 van het vademecum.
Maak op p. 33 een voedselketen die start bij de brandnetel en waar het lieveheersbeestje deel van uitmaakt. (Gebruik p. 15) Trek pijlen in de juiste richting (potlood!)
Welk dier eet nog van de brandnetel? Maak ook hiermee een voedselketen. Trek weer pijlen in potlood.
Maak nog een derde voedselketen die start bij de vlier en het roodborstje in voorkomen.
1
2
3
4
Slide 30 - Diapositive
Lees de laatste zin van p 33. Voedselketens die met elkaar verbonden zijn, vormen samen een .....
Slide 31 - Question ouverte
Maak het voedselweb op volgende dia verder af met de gegeven organismen. Gebruik de hulpbladzijde p. 15.
Denk eraan: een pijl betekent '...wordt gegeten door...'.
Slide 32 - Diapositive
eikenblad
roodborst
bladluis
rups
muis
lieveheersbeestje
torenvalkt
Slide 33 - Question de remorquage
Zoek op in in de groene kader p. 35 Wat is een voedselketen?
Slide 34 - Question ouverte
Zoek op in in de groene kader p. 35 Waarmee start iedere voedselketen?
Slide 35 - Question ouverte
Zoek op in in de groene kader p. 35. Groene planten maken zelf hun voedsel, daarom noemen we ze de ...
Slide 36 - Question ouverte
Zoek op in in de groene kader p. 35 Wat is een voedselweb?
Slide 37 - Question ouverte
Werk op je kladblad.
Maak een voedselweb met volgende voedselketens.
hazelaar -> regenworm -> roodborstje -> uil
hazelaar -> muis -> uil
gras -> ree -> wolf
gras -> muis -> uil
Steek je kladblad in je kaft.
Slide 38 - Diapositive
Ik denk dat ik de leerstof goed begrepen heb. Ik kon de vragen vlot beantwoorden.
😒🙁😐🙂😃
Slide 39 - Sondage
Ik werk graag met lessonUp.
😒🙁😐🙂😃
Slide 40 - Sondage
Heb je nog een vraag over de leerstof of wil je iets anders melden? Noteer het hier.