Cours du mercredi 2 juin A3fa4
Bonjour A3fa4
Mercredi 3 juin 2021
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Bonjour A3fa4
Mercredi 3 juin 2021
Slide 1 - Diapositive
Programme de la semaine - objectifs
Terugblik week 21 - Thème Organiser une fête et un rendez-vous
Cours d'instruction
- le conditionel - Ik ken de regels van de conditionel
- gespreksvaardigheid les #4- chap 7, J - ik kan een gesprek voeren in een restaurant
- continuer ton mindmap, thème "au restaurant"
- chap 7, leçon J, exercices 34, 35 et 36 (recontres, rdv, restaurant)
Slide 2 - Diapositive
Lis la présentation et fais le quiz
Tu trouves la présentation dans: Teams Bestanden Lesmateriaal
Continue avec ton woordweb
Slide 3 - Diapositive
Le conditionel
- prends ton livre
de Textes p 86
- prends ton livre
d'Exercices B p117
Slide 4 - Diapositive
Wanneer gebruik je de conditionnel?
Uit beleefdheid
Mag ik de rekening? - Je pourrais avoir l'addition?
Bij een voorwaarde
Als je je best deed, zou je goede cijfers halen - Si tu travaillais bien, tu aurais de bonnes notes
Bij een veronderstelling
Het zou morgen mooi weer worden - Demain il ferait beau
Slide 5 - Diapositive
De conditionel - de futur simple
conditionel --> een voorwaardelijke gebeurtenis in de toekomst Si je pouvais, je partirais en vacances demain
Als ik kon, zou ik morgen op vakantie gaan
futur simple --> een toekomstige gebeurtenis:
Demain je partirai en vacances
Slide 6 - Diapositive
Hoe maak je de conditionnel?
Stap 1 je gebruikt de stam van het werkwoord van de futur simple:
Bv: Je prendrai -> prendr = de stam van ww prendre in de futur
Stap 2 je voegt de uitgangen van de imparfait toe aan de stam
Bv: Je prendrais -> ais = de uitgang van de imparfait
Slide 7 - Diapositive
De conditionel bij Werkwoorden op -er
Bij werkwoorden op -er is de stam het gehele werkwoord
Conditionel Futur simple
Je donner ais Je donner ai
Tu donner ais Tu donner as
Il donner ait Il donner a
Nous donner ions Nous donner ons
Vous donner iez Vous donner ez
Ils donner aient Ils donner ont
Slide 8 - Diapositive
Werkwoorden op -re
Bij werkwoorden op -re heb je de stam als je de e weghaalt
Conditionnel Futur simple
Je prendr ais Je prendr ai
Tu prend rais Tu prendr as
Il prend rait Il prend ra
Nous prendr ions Nous prend rons
Vous prendr iez Vous prend rez
Ils prendr aient Ils prend ront
Slide 9 - Diapositive
Onregelmatige werkwoorden in de conditionel
Stam conditionel = dezelfde als de stam v.d. futur simple
Pouvoir in de conditionel Pouvoir in de futur simple
Je pourr ais Je pourr ai
Tu pourr ais Tu pourr as
il pourr ait Il pourr a
Slide 10 - Diapositive
Questions sur le conditionel
Slide 11 - Diapositive
Questions
Wanneer gebruik je de conditionel?
Welke 2 stappen neem je?
Hoe zeg je: Ik zou op vakantie willen zijn (aimer in de conditionel)?
Hoe zet je werkwoorden op -re in de conditionel?
Slide 12 - Diapositive
timer
1:00
