Herhalingsles: Chemie I

Chemie I - herhalingsles
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
ChemieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Chemie I - herhalingsles

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhalingsles
  • Per leerdoel wordt de lesstof herhaald;
  • Check of je het leerdoel goed beheerst; 
  • Maak de oefentoets. 

Let op: 
Dit is de laatste les voor de toets, dit betekent: dat je vandaag nog vragen kunt stellen over de lesstof! 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb vertrouwen in het maken van de toets
010

Slide 3 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Element, verbinding, 
atoom en molecuul
Kan toelichten wat er wordt verstaan onder de termen element, verbinding, atoom en molecuul

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mengsels
Zuivere stoffen
Ontleedbare stoffen
Niet-ontleedbare stoffen
Verbindingen
bijv. H2O
Elementen
bijv. O2
Fysische scheidingsmethode
Atoom
bijv. O
Chemische ontleding
Een zuivere, ontleedbare stof kan gesplist worden in verschillende nieuwe stoffen met verschillende eigenschappen. 

Dat kan worden gedaan door: 
  • Thermolyse: ontleding door warmte
  • Fotolyse: ontleding door licht
  • Pyrolyse: ontleding door warmte met vuurverschijnselen
  • Elektrolyse: ontleding door elektriciteit
Br I N Cl H O F
Moleculen 

2 atomen

Slide 6 - Diapositive

Moleculen - is opgebouwd uit twee of meer atomen die met elkaar verbonden zijn. 

Atomen - kleine deeltjes. 

Verbindingen
- ontleedbare stoffen. Bijv. H2O 

Elementen - niet-ontleedbare stoffen. Bijv. O2 en H2. 
Stofeigenschappen
Kunt uitleggen wat stofeigenschappen zijn, waarbij je het verschil tussen kwalitatieve en kwantitatieve eigenschappen kunt onderscheiden

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een stofeigenschap?

Slide 8 - Question ouverte

Elke stof is herkenbaar aan zijn stofeigenschappen. Dit zijn onder andere smeltpunt, kookpunt, smaak, geur, kleur dichtheid, brandbaarheid en geleidbaarheid door elektrische stroom. Een chemische reactie is vaak te herkennen aan een verandering van stofeigenschappen. 
Kwantitatieve stofeigenschappen
Kwalitatieve stofeigenschappen
Zoetheid
Bitterheid
Geur
Smaak
Hoeveelheden
Grootte
Smeltpunt
Kookpunt

Slide 9 - Question de remorquage

Kwantitatieve eigenschappen zijn meetbaar. 
Fase toestanden
Kan de termen fasetoestand en faseovergang toelichten aan de hand van voorbeelden

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Benoem 3 fase toestanden

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Vast = ieder deeltje heeft een vaste plaats t.o.v. van andere deeltjes. De onderlinge aantrekkingskracht is groot genoeg om op de plaats te blijven. 

Vaste vorm + vast volume. 

Vloeibaar= geen vaste rangschikking tussen deeltjes. Beweging = willekeurig. De deeltjes laten elkaar niet los. 

Vorm is variabel + vast volume

Gas = geen aantrekkingskracht tussen de deeltjes. 

Vrij volume + vrije vorm
Fase overgangen
Vast
Vloeibaar
Gas
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Fase overgangen
  1. Rijpen
  2. Vervluchtingen
  3. Condenseren
  4. Verdampen
  5. Smelten
  6. Stollen 
Vast
Vloeibaar
Gas
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een voorbeeld van verdampen

Slide 15 - Question ouverte

  • Natte kleren aan een waslijn
  • Natte vloer wordt droog
  • Alcohol wanneer het verhit wordt
  • Aceton
  • Parfum

Mengsels en zuivere stoffen
  • Kan aan de hand van praktijkvoorbeelden het verschil tussen heterogene mengsels en homogene mengsels toelichten; 
  • Kan voorbeelden benoemen van emulsies, suspensies, ware oplossingen en colloïde oplossingen; 
  • Kan de definitie van zuivere stoffen en mengsels geven. 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een mengsel?

Slide 17 - Question ouverte

Een mengsel zijn twee of meer zuivere stoffen samen. 

Bijv. zeewater, grondwater of drinkwater. In alle gevallen zijn er stoffen in het water opgelost. 

Kan door fysische scheiding worden ontleed. 
Wat is een zuivere stof?

Slide 18 - Question ouverte

Wanneer bijv. drinkwater gedestilleerd is (fysische scheiding) ontstaat er gedestilleerd water. Deze stof bestaat dan uit één soort deeltjes: watermoleculen, het is zuiver-water. 

H2O kan niet verder worden gezuiverd door fysische scheiding. Alleen door chemische ontleding. 
Mengsel en zuivere stoffen

Zuivere stof = één soort moleculen

Mengsel = bestaat uit meerdere soorten moleculen.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Homogeen mengsel

Heeft in ieder punt dezelfde samenstelling.

Voorbeeld:
  • thee of wijn
Heterogeen mengsel

Niet ieder punt heeft dezelfde samenstelling

Voorbeeld: 
  • een fles sinaasappelsap

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de oplossingen in de juiste volgorde van klein naar groot


  • Suspensie
  • Ware oplossing
  • Emulsie
  • Colloïde oplossing 

Slide 21 - Diapositive

  1. Ware oplossing, voorbeeld: suikeroplossing of zoutoplossing
  2. Colloïde oplossing, voorbeeld: melk of kleideeltjes in water
  3. Suspensie (met het blote oog te zien), voorbeeld: sinaasappelsap, verf. Deeltjes zweven in een vloeistof. Zakken naar de bodem
  4. Emulsie, voorbeeld: olie in water of mayonaise
Scheidingsmethoden en chemische ontleding
  • Kan fysische scheidingsmethoden benoemen aan de hand van voorbeelden
  • Kan uitleggen wat er wordt bedoeld met een chemische ontleding.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Scheidingsmethode
Uitleg scheidingsmethode
Voorbeeld scheidingsmethode
Te gebruiken bij
Berust op verschil in
Bezinken
Mengsel van een niet oplosbare vaste stof en vloeistof. Waarbij de vaste stof naar de bodem zakt. 
Mengsel van water en zand
Suspensie
Verschil in dichtheid
Centrifugeren
Indampen
Destillatie
Extractie
Adsorptie
Filtratie

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer wordt chemische ontleding toegepast?

Slide 24 - Question ouverte

Bij zuivere stoffen die ontleedbaar zijn. 
Wat is het verschil tussen fysisch scheiden en chemische ontleding?

Slide 25 - Question ouverte

Fysisch scheiding kan alleen worden toegepast bij mengsel en chemische ontleding alleen bij zuivere stoffen die ontleedbaar zijn. 
Mengsels
Zuivere stoffen
Ontleedbare stoffen
Niet-ontleedbare stoffen
Verbindingen
bijv. H2O
Elementen
bijv. O2
Fysische scheidingsmethode
Atoom
bijv. O
Chemische ontleding
Een zuivere, ontleedbare stof kan gesplist worden in verschillende nieuwe stoffen met verschillende eigenschappen. 

Dat kan worden gedaan door: 
  • Thermolyse: ontleding door warmte
  • Fotolyse: ontleding door licht
  • Pyrolyse: ontleding door warmte met vuurverschijnselen
  • Elektrolyse: ontleding door elektriciteit
Br I N Cl H O F

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Chemische reacties
Kan uitleggen wat een chemische reactie is met behulp van praktijkvoorbeelden

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke antwoorden over chemische reacties zijn waar?
A
Er ontstaan nieuwe stoffen
B
De eigenschappen van de stoffen blijven hetzelfde
C
De reactie kan worden teruggedraaid
D
De reactie kan niet worden teruggedraaid

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het bevriezen van water is een chemische reactie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het koken van een ei is een chemische reactie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het oplossen van suiker is een chemische reactie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactievergelijkingen kloppend maken 

Kan reactievergelijkingen kloppend maken

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen oefenen

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb vertrouwen in het maken van de toets
010

Slide 34 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions