Fictie Naomi

Hoe maakt een schrijver een verhaal spannend?
  1. Geheim of raadsel
2. Spannende/griezelige omgeving, geluiden en personen.
3. Gevaarlijke situaties
4. Uitstellen van het onthullen van het geheim of raadsel.
5. Je krijgt een vermoeden over de afloop, maar klopt dit vermoeden ook?
6. Cliffhanger
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoe maakt een schrijver een verhaal spannend?
  1. Geheim of raadsel
2. Spannende/griezelige omgeving, geluiden en personen.
3. Gevaarlijke situaties
4. Uitstellen van het onthullen van het geheim of raadsel.
5. Je krijgt een vermoeden over de afloop, maar klopt dit vermoeden ook?
6. Cliffhanger

Slide 1 - Diapositive

Lees het volgende fragment.
(Een fragment toevoegen uit het boek 6 seconden van Daniëlle Bakhuis)

Slide 2 - Diapositive

Welke truc(s) heeft de schrijver gebruikt om dit fragment spannend te maken?

Slide 3 - Question ouverte

Zoek op internet een filmpje dat eindigt met een cliffhanger.
  • Het filmpje mag niet meer dan 4 minuten duren.
  • Het is geschikt om te tonen in de klas.

Slide 4 - Diapositive

Plak hier de link van het filmpje dat je gevonden hebt.

Slide 5 - Question ouverte

Beoordelingswoorden
Als je je mening moet geven over een verhaal, boek of film gebruik je beoordelingswoorden.
spannend - saai
leerzaam - niet leerzaam
grappig - droevig
zet me aan het denken - doet me niets 

Slide 6 - Diapositive

beoordelingswoorden

Slide 7 - Carte mentale

Beoordelingswoorden
Opdracht (noteer in je schrift):
Geef je mening over een boek dat je onlangs gelezen hebt of een film die je gezien hebt. Schrijf kort op waar het boek/de film over gaat en vertel wat je van dit boek/deze film vindt. Gebruik daarbij drie beoordelingswoorden. Leg bij elk beoordelingswoord uit waarom je voor dit woord gekozen hebt.

Slide 8 - Diapositive

Soorten verhalen
Er zijn allerlei soorten verhalen. Al deze verhalen kun je verdelen in twee categorieën:
  • realistische verhalen: wat in het verhaal gebeurt, kan in de werkelijkheid ook echt gebeuren. 
  • fantasieverhalen (niet-realistische verhalen): wat in het verhaal gebeurt, kan niet in de werkelijkheid niet gebeuren.
 

Slide 9 - Diapositive

Welke van de volgende boeken zijn realistische verhalen?
A
Spijt (Carry Slee)
B
Donald Duck
C
Harry Potter (J.K. Rowling)
D
Hoe overleef ik de brugklas? (Francine Oomen)

Slide 10 - Quiz

Welke van de volgende boeken zijn realistische verhalen?
A
Spijt (Carry Slee)
B
Donald Duck
C
Harry Potter (J.K. Rowling)
D
Hoe overleef ik de brugklas? (Francine Oomen)

Slide 11 - Quiz

Verhaalsoorten/genre

Slide 12 - Diapositive

Welke soorten verhalen (genres) zijn vaak fantasieverhalen?

Slide 13 - Question ouverte

Geloofwaardigheid

Slide 14 - Diapositive