W.4 Kapitel 3 Das ist lecker (2024)

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Kapitel 3

Feierst du mit?

 

Pak je boek voor je

Hast du Geschwister?

Wie geht es dir?

Wie heißt du?

Woher kommst du?

Was machen wir heute?

1. Grammatik (nieuw onderdeel)

2. Voorbereiding proefwerk

3. leestoets

4. Quizziz

Zelfstandig aan de slag!

Lernziel: Oefenen met lezen

Hausaufgaben 

Hausaufgaben: 7, 8, 9 en 10

Werken aan PO

Deadline eind februari.

Nico's weg: luisteropdracht

HW inleveren via classroom 

PO kwartet

Met wie werk je samen?

PO kwartet

Je gaat met z'n 2en een kwartetspel maken.

- Essen

 - Schulfächer

- Familie 

- Berufe

- Tiere

 - Sänger

- Sport

- Städte in Deutschland

- Kleidung

 - Fußballvereine in Deutschland

Was sollst du machen? 

● 1) Zoek bij elk woord een plaatje.

● 3) Maak 40 kaartjes

● 4) Schrijf op elk kaartje bovenaan de categorie en onderaan de 4 woorden die bij de categorie horen. Onderstreep op elk kaartje 1 woord en plak het plaatje dat bij dat woord hoort op het kaartje. 

Prüfungen

1. Luistertoets (week 3)

2. Leestoets (week 4)

3. PO (week 9)

4. Proefwerk Kapitel 2 und 3

Darf ich auf die Toilette gehen?

Lesedossier 

 Enquête beantwoorden

Deze les moet af: 

Text 4, 5 en 6 afmaken

Rangtelwoorden Aufgabe 4, S.178

Am 5. August treffen wir uns

getallen 1 t/m 19 = getal + te (zwei wordt zweite)

getallen vanaf 20 = getal + ste (zwanzig wordt zwanzigste)

Uitzonderingen zijn: 

eins - erste, drei - dritte, sieben - siebte, acht - achte 

achtste

1. acht
2. achtte
3. achte

vierde

1. vierste
2. vierte
3. viertte

24ste

1. vierundzwanzigte
2. vierundzwanzigste

drei

1. dreitte
2. dreite
3. dritte

Das ist lecker!

Leerdoelen

Eind van het hoofdstuk kan je..

- Essen und trinken bestellen

- Je kan luisterteksten en leesteksten over het thema eten begrijpen

- Je kunt een eenvoudig recept schrijven en over jouw eetgewoontes schrijven.

S. 90 Lesen

Aufgabe 16

Zeitungsartikel (krantenartikel)

Welcher Satz passt am besten zu welchem Zeitungsartikel?

S. 90 Lesen

Aufgabe 16

Die Diebe hat vielleicht Lust auf Schokolade = zin hebben in

Das war ein Kauf mit einer merkwürdigen Überraschung = een koop met een merkwaardige verrassing. 

Falsch übersetzt = verkeerd vertaald

S. 91 Lesen

Aufgabe 16

Eis - Trends

1. Im Brötchen

2. Asphalt und Beton

3. Cold Stone 

Frage 2 und 3: eigen antwoord

S. 98 Grammatik

Aufgabe 21 und 22

Vrouwelijke woorden en meervoud krijgen een -e =

eine en keine 

lidwoorden DIE

Mannelijk en onzijdig krijgen geen -e

ein en kein

lidwoorden DER en DAS

(een) Kind

1. ein
2. eine

Frau

1. der
2. die
3. das

Freunde

1. ein
2. eine

S. 92 Grammatik

Aufgabe 18

Ist das (een) Apfel (m)?

Ein/eine 

Möchtest du (een) Banane (v)?

1. ein
2. eine
3. kein
4. keine

Ich mag (geen) Zintrone (mv)

1. ein
2. eine
3. kein
4. keine

Hast du (geen) Lieblingsessen (o)?

1. ein
2. eine
3. kein
4. keine

Wiederholung Zahlen

Ergänze die fehlenden Zahlen.

Eins, zwei, __________, vier, fünf, sechs, _________, acht, _________ zehn...

Eins, zwei, __________, vier, fünf, sechs, _________, acht, _________ zehn...

1. drei, acht, sieben
2. drei, sieben, neun

S. 93 Wiederholung

Aufgabe 20

Hundert bis eine Milliarde

102 = hundert (und) zwei 

hundertundzwei 

103

1. hundertdrei
2. hundertunddrei

400

1. vierhunderd
2. vierhundert

4000

1. viertausend
2. viertausent

S. 94 Lesen

Aufgabe 22

Mein Hobby ist, Smoothies zuzubereiten.. 

Ernährung = voeding

Vitamine C Smoothies..

S. 93 Hoofdletters

Aufgabe 14

Welke woorden schrijf je met een hoofdletter?

WAAR JE DE OF HET VOOR KAN ZETTEN!

der, die, das

ich habe geburtstag

1. ich
2. habe
3. geburtstag

hast du eine katze

1. hast
2. du
3. eine
4. katze

Prüfung

Ernährung

1. vitamine
2. voeding

Hausaufgaben

Aufgabe 16 S. 90 und S. 91

Aufgabe 17, 18, 19, 20 ab S. 92

Aufgabe 22 S. 94