Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
PVNM eerste en vierde naamval_les1
Naam + Vallen = Naamvallen ?????
1 / 29
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
29 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Naam + Vallen = Naamvallen ?????
Slide 1 - Diapositive
NAAMVALLEN?
Naamvallen zijn de verschillende vormen die woorden aannemen, afhankelijk van hun functie in de zin.
Naamvallen komen o.a. voor bij zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden, lidwoorden en voornaamwoorden.
Voorbeelden:
Een
groot
huis. / Het
grote
huis
Ik
wil graag chips eten. / Deze chips zijn voor
mij
.
Slide 2 - Diapositive
Doel:
Aan het einde van de les:
Ken jij de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits in de 1e en 4e naamval
Kan jij minimaal 1 voorzetsel met een 4e naamval opnoemen
Kan jij de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits gebruiken in de 1e en 4e naamval
Slide 3 - Diapositive
Welke persoonlijke voornaamwoorden ken jij in het Duits?
Slide 4 - Carte mentale
Persoonlijk voornaamwoord zoals je kent staat in de
1e naamval
--> dit is het onderwerp
Ich
spiele Fußball.
Wir
spielen gerne Battle Royal.
Slide 5 - Diapositive
Persoonlijk voornaamwoord zoals je kent staat in de
1e naamval
--> dit is het onderwerp
1e naamval:
ik jij hij zij het wij jullie zij u
ich du er sie es wir ihr sie
Sie
Ik
kom morgen ook. / Ich komme morgen auch.
ik / ich
= onderwerp (doet actief iets)
Slide 6 - Diapositive
In het Nederlands
Ik
wil graag een schnitzel.
De schnitzel is
voor
mij
.
Jij
wil graag een schnitzel.
De schnitzel is
voor
jou
.
--> Het persoonlijk voornaamwoord verandert door het voorzetsel "voor"!
Slide 7 - Diapositive
In het Duits gebeurt dat ook
Ich
möchte ein Schnitzel.
Das Schnitzel ist
für
mich
.
Du
möchtest ein Schnitzel.
Das Schnitzel ist
für
dich
.
--> Het persoonlijk voornaamwoord verandert door het voorzetsel "für"!
Slide 8 - Diapositive
1e en 4e naamval
In het Duits noemen we deze verandering van het persoonlijk voornaamwoord een
4e naamval
.
Alle persoonlijke voornaamwoorden in het Duits bestaan dus in de 1e naamval en in de 4e naamval.
Mich
Ich
Slide 9 - Diapositive
Persoonlijk voornaamwoord dat je nu nieuw leert de
4e naamval
--> dit is het lijdend voorwerp
4e naamval:
mij jou hem haar het ons jullie hun/hen u
mich dich ihn sie es uns euch sie Sie
Ich backe einen Kuchen für
d
ich.
(Ik bak een taart voor jou.)
jou / dich = lijdend voorwerp (doet
niet
actief iets)
Slide 10 - Diapositive
Persoonlijk voornaamwoord
1e en 4e naamval
1e naamval:
ik jij hij zij het wij jullie zij u
ich du er
sie es
wir ihr
sie Sie
4e naamval:
mij jou hem haar het ons jullie hun/hen u
mich
dich ihn
sie es
uns euch
sie Sie
Slide 11 - Diapositive
Wanneer gebruik je de 4e naamval?
We hebben net gezien dat je de 4e naamval gebruikt na het voorzetsel
für .
Er zijn nog een aantal voorzetsels waarachter
ALTIJD
een 4e naamval komt.
durch, für, ohne, um, bis, gegen
Slide 12 - Diapositive
Voorzetsels met de 4e naamval
Voorzetsels behorend bij 4e naamval:
1.
durch
= door
2.
für
= (bestemd) voor
3.
ohne
= zonder
4.
um
= om
5.
gegen
= tegen
Voorzetsels:
in
de kast,
op
de kast,
naast
de kast, etc.
Slide 13 - Diapositive
Spiekblad
Gebruik dit als als spiekbriefje
voor de oefeningen (vandaag en in de volgende lessen).
Slide 14 - Diapositive
Noteer deze op het spiekblad
Voorzetsels behorend bij 4e naamval:
1.
durch
= door
2.
für
= (bestemd) voor
3.
ohne
= zonder
4.
um
= om
5.
gegen
= tegen
Voorzetsels:
in
de kast,
op
de kast,
naast
de kast, etc.
timer
1:00
Slide 15 - Diapositive
Maar hoe weet ik nu of het de eerste of tweede naamval is?
Slide 16 - Diapositive
Maar hoe weet ik nu of het de eerste of tweede naamval is?
Tip 1: Kijk naar de voorzetzels (für, gegen etc.)
Tip 2: Hij/hem-regel
hij = onderwerp = 1e naamval
hem = lijdend voorwerp = 4e naamval
Ich singe das Lied für _____ (Ik zing het lied voor ____)
Ich und ____ waren auf der Party. (Ik en ____ waren op het feestje.)
Slide 17 - Diapositive
Übung im Buch
Seite 116, Aufgabe 17
Seite 117, Aufgabe 18
Duur: ca. 8 min.
Hoe: Alleen, zachtjes praten
(zodat iedereen kan focussen)
Klaar? Seintje
Hulp: spiekbrief of boek, buurman, docent
Uitkomst: via lesson-up bespreken (gedeeltelijk)
timer
8:00
Slide 18 - Diapositive
Vertaal het vetgedrukte woord:
Ich
habe kein Geld dabei. (1)
A
Ik
B
Wij
C
Jou
D
Ida
Slide 19 - Quiz
Vertaal het vetgedrukte woord:
Hast du einen Euro
für
mich
? (1)
A
Mij
B
Wij
C
Ons
Slide 20 - Quiz
Vertaal het vetgedrukte woord:
Sie mag Äpfel und Orangen. Hier ist Obst
für
sie
. (4)
A
u
B
zij
C
haar
Slide 21 - Quiz
Vertaal het vetgedrukte woord:
Ich habe
für
euch
eingekauft. (6)
A
ons
B
jullie
C
wij
Slide 22 - Quiz
Vertaal het vetgedrukte woord:
Eigentlich sind
sie
zu spät. (7)
A
zij
B
wij
C
hen
Slide 23 - Quiz
Check jouw antwoorden. Hoe veel had je juist?
Je mag het zo intikken.
Slide 24 - Diapositive
Ik heb ... juiste antwoorden!
1
2
3
4
5
6
7
8
meer dan 10
Slide 25 - Sondage
Doelen-Check:
Aan het einde van de les:
Ken jij de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits in de 1e en 4e naamval
Ken jij minimaal 1 voorzetsel met een 4e naamval opnoemen
Kan jij de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits gebruiken in de 1e en 4e naamval
Slide 26 - Diapositive
Heb je de leerdoelen uit deze les bereikt?
A
Ja, ik snap het helemaal
B
Ja, maar ik moet nog meer oefenen
C
Nee, ik snap het nog niet zo maar ik kom er zelf wel uit
D
Nee, ik snap het nog niet en heb hulp nodig van mijn docent
Slide 27 - Quiz
Welke voorzetsels krijgen altijd de 4e nv?
Slide 28 - Carte mentale
Voordat je door naamvallen om gaat vallen ...
... mag je rustig inpakken
Slide 29 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
1e en 4e naamval: persoonlijk voornaamwoord
Mars 2022
- Leçon avec
42 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
Décembre 2018
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
1e en 4e naamval: persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels
Avril 2023
- Leçon avec
40 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
K2 les 2 grammatik + lezen
Octobre 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Secondary Education
3 h Gesundheit DU3 L1
Octobre 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Duits
Secondary Education
3 h Gesundheit DU4 L1
Octobre 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Secondary Education
3 h Gesundheit DU4 L2 Grammatik
Octobre 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Secondary Education
2MH Kap 7 Persoonlijk vnw 4e naamval
Mars 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2